Sony HCD101 Manual

Sony Midi sæt HCD101

Læs nedenfor 📖 manual på dansk for Sony HCD101 (199 sider) i kategorien Midi sæt. Denne guide var nyttig for 29 personer og blev bedømt med 4.5 stjerner i gennemsnit af 2 brugere

Side 1/199
Sony Corporation Printed in Japan
Compact
Component
System
3-861-305-44(1)
©1997 by Sony Corporation
CMT-101
HCD-101
Gebruiksaanwijzing
Bruksanvisning
Bedienungsanleitung
S
NL
D
f
2NL
Inhoudsopgave
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van de stereo-
installatie........................................... 4
Stap 2: Gelijkzetten van de klok ........... 6
Stap 3: Vastleggen van uw favoriete
radiozenders..................................... 7
Aansluiten van externe audio/video-
apparatuur en buitenantennes....... 9
Basisbediening
Afspelen van een compact disc .......... 11
Opnemen van een compact disc op
minidisc* ......................................... 12
Afspelen van een minidisc* ................ 13
Opnemen van een compact disc op
cassette** ......................................... 15
Afspelen van een cassette** ................ 16
Luisteren naar de radio ....................... 17
Ontvangst van RDS radio-uitzendingen
(alleen voor Europa)...................... 18
Opnemen van een radio-uitzending
op minidisc*.................................... 19
Opnemen van een radio-uitzending
op cassette**.................................... 20
Compact disc speler
Gebruik van het CD uitleesvenster.... 22
Herhaalde weergave van
muziekstukken op CD .................. 23
Willekeurige weergave van
muziekstukken op CD .................. 24
Programma-weergave van
muziekstukken op CD .................. 25
Titels voor uw compact discs
invoeren .......................................... 26
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht,
om gevaar van brand of een elektrische schok te
voorkomen.
Open de ombouw niet, om gevaar van elektrische
schokken te vermijden. Laat reparaties aan de
erkende vakhandel over.
Installeer het apparaat niet in een krappe,
omsloten ruimte zoals een boekenrek of een
inbouwkast.
Amerikaanse en buitenlandse octrooien onder
licentie van Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
De laser in dit apparaat is in staat straling uit te
zenden die de toegestane limiet van Klasse 1
overschrijdt.
Deze compact disc speler is geclassificeerd als een
LASER KLASSE 1 produkt. Het label met de
aanduiding CLASS 1
LASER PRODUCT
bevindt zich aan de
achterkant van het
apparaat.
Het volgende label bevindt zich binnenin het
apparaat.
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
Deze stereo-installatie is voorzien van het Dolby*
ruisonderdrukkingssysteem.
* Dolby ruisonderdrukking geproduceerd onder
licentie van de Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
De naam “DOLBY” en het dubbele-D symbool a
zijn handelsmerken van de Dolby Laboratories
Licensing Corporation.
Betreffende deze
gebruiksaanwijzing
De aanwijzingen in deze handleiding gelden voor
de tuner/compact disc speler HCD-101, de los
verkrijgbare minidisc-recorder MDS-MX101 en het
los verkrijgbare stereo cassettedeck TC-TX101. De
aanwijzingen voor de minidisc-recorder en het
stereo cassettedeck zijn alleen van belang voor
diegenen die zich de MDS-MX101 en TC-TX101
hebben aangeschaft.
Deze gebruiksaanwijzing beschrijft de bediening
van de volgende modellen:
– Tuner/compact disc speler: HCD-101
Minidisc-recorder: MDS-MX101 (los verkrijgbaar)
Stereo cassettedeck: TC-TX101 (los verkrijgbaar)
* Met de los verkrijgbare minidisc-recorder MDS-
MX101
** Met het los verkrijgbare cassettedeck TC-TX101
3NL
Minidisc-recorder*
Afspelen van minidiscs
Informatie in het uitleesvenster ......... 28
Herhaalde weergave van
muziekstukken op minidisc ......... 29
Willekeurige weergave van
muziekstukken op minidisc ......... 30
Programma-weergave van
muziekstukken op minidisc ......... 31
Opnemen op minidiscs
Alvorens te beginnen met opnemen . 32
Opnemen van CD’s met keuze van de
nummervolgorde........................... 33
Handmatig opnemen op een
minidisc........................................... 34
Veiligheids-opnamestart met zes
seconden muziek uit het
buffergeheugen .............................. 36
Invoegen van drie seconden pauze
tussen de muziekstukken ............. 37
Aanbrengen van muziekstuknummers
tijdens opnemen............................. 38
Bewerken van opgenomen
minidiscs
Alvorens te beginnen met
bewerken......................................... 39
Wissen van minidisc-opnamen .......... 40
Verplaatsen van opgenomen
muziekstukken............................... 42
Onderverdelen van opgenomen
muziekstukken............................... 43
Samenvoegen van opgenomen
muziekstukken............................... 44
Ongedaan maken van de laatste
wijziging ......................................... 45
Naamgeving van minidiscs en
muziekstukken............................... 46
Cassettedeck **
Opnemen van CD’s met keuze van de
nummervolgorde........................... 48
Handmatig opnemen van een CD e.d.
op cassette....................................... 49
Instellen van de weergave
Extra versterking van de bassen
(DBFB) ............................................. 51
Weergave met
akoestiekverruiming ..................... 52
Instellen van de luidsprekerbalans.... 52
Andere mogelijkheden
Naamgeving van uw
voorkeurzenders ............................ 53
Met muziek in slaap vallen ................. 54
Met muziek gewekt worden............... 55
Schakelklok-opname van radio-
uitzendingen................................... 57
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ........................ 59
Beperkingen van het
minidiscsysteem* ........................... 61
Verhelpen van storingen .....................62
Technische gegevens............................ 65
Index....................................................... 67
NL
4NL
Sluit de minidisc-recorder aan.
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
1Verbind het systeemaansluitsnoer van
de minidisc-recorder met de MD
aansluiting van de tuner/CD-speler.
Aansluiten
Losmaken
Voorbereidingen
Stap 1: Aansluiten van de stereo-installatie
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 6 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de
bijgeleverde snoeren en ander toebehoren. Met de stappen 2 en 3 is het installeren compleet.
2Sluit de optische kabel (bijgeleverd bij
de MDS-MX101) aan op de CD
DIGITAL OUT stekkerbus van de
tuner/CD-speler en de MD DIGITAL
IN stekkerbus van de minidisc-
recorder.
Aansluiten van de tuner/CD-speler
Aansluiten van de minidisc-recorder
1
Linker luidsprekerRechter luidspreker
FM-antenne AM-kaderantenne
Tuner/
CD-speler*
naar een
stopcontact
Cassettedeck** Minidisc-
recorder***
* De CMT-101/HCD-101 bestaat uit een compact disc speler, een tuner en een versterker.
** Dit is het los verkrijgbare cassettedeck TC-TX101. Beschikt u over dit apparaat, dan kunt u het aldus
aansluiten op de tuner/CD-speler.
*** Dit is de los verkrijgbare minidisc-recorder MDS-MX101. Beschikt u over dit apparaat, dan kunt u het aldus
aansluiten op de tuner/CD-speler.
Met dit teken
rechts.
MD
Trek deze
beschermhuls
naar u toe. De
huls komt los
en is terug te
schuiven.
MD
Insteken met het
SONY beeldmerk aan
de rechterkant.
DIGITAL
OPTICAL
IN
DIGITAL
OPTICAL
IN
Insteken met het SONY
beeldmerk aan de
linkerkant.
CD DIGITAL OUT
OPTICAL
CD DIGITAL OUT
OPTICAL
220-240
110-120
4
5
1-2 1-1
6
3
2
5NL
3
Sluit de luidsprekers aan.
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de
luidsprekerklemmen.
Houd de luidsprekersnoeren uit de
buurt van de antennes en
antennesnoeren, om storing in de
weergave te voorkomen.
Achterkant van de tuner/CD-speler
Achterkant van de SS-Q101/Q101A
luidspreker
Controleer of de luidsprekersnoeren
stevig zijn aangesloten door er even licht
aan te trekken. Als ze gemakkelijk
loskomen, dient u ze wat steviger aan te
sluiten.
Sluit het cassettedeck aan.
(alleen voor gebruikers van de TC-
TX101)
Verbind het systeemaansluitsnoer van
het cassettedeck met de TAPE
aansluiting van de tuner/CD-speler, op
dezelfde wijze als onder 1-1.
Sluit de FM- en AM-antennes aan.
FM draadantenne
De bijgeleverde FM draadantenne is een
eenvoudige voorlopige kamerantenne.
Voor de beste ontvangst is het
aanbevolen een los verkrijgbare FM
buitenantenne aan te sluiten.
AM-kaderantenne
Zet de kaderantenne in elkaar en sluit
deze aan.
42
Strek de FM-draadantenne
in verticale richting zo
hoog mogelijk uit.
Steek de stekker met de gleuf
aan de rechterkant in de
stekkerbus tot hij er in vastklikt.
Zwart (})
Grijs (])
Alleen de gestripte
kerndraad insteken.
Grijs (])
Zwart (})
Grijs (])
Alleen de gestripte
kerndraad insteken.
wordt vervolgd
FM 75
6NL
Stap 2: Gelijkzetten
van de klok
Om de schakelklok-functies te kunnen
gebruiken, zult u voor het inschakelen van de
stereo-installatie eerst de ingebouwde klok op
de juiste tijd moeten instellen.
Bij het Europese model wordt de tijd
aangegeven in een 24-uurs cyclus, bij andere
modellen volgens een 12-uurs cyclus.
De afbeelding toont het Europese model.
1Druk op de TIMER SET toets.
2Druk op de TIMER + of – toets
zodat de aanduiding “CLOCK”
verschijnt en druk dan op de
ENTER toets.
De uren-cijfers gaan knipperen.
3Stel met de TIMER + of – toets in op
het juiste uur en druk weer op de
ENTER toets.
De minuten-cijfers gaan knipperen.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
1
2,3,4
2,3,4
Stel de spanningskiezer (VOLTAGE
SELECTOR) in op de plaatselijk
geldende netspanning (niet voor
Europees model).
Sluit als laatste de voedingsstroom
aan.
Steek de netsnoerstekker van de tuner/
CD-speler pas in het stopcontact nadat
alle andere aansluitingen volgens de
beschrijving gemaakt zijn.
Plaats twee R6 (AA-formaat)
batterijen in de afstandsbediening
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer
zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet
meer goed op de afstandsbediening reageert,
vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet
gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit
verwijderen, om schade door eventuele
batterijlekkage en corrosie te vermijden.
Stap 1: Aansluiten van de stereo-
installatie (vervolg)
5
6
220-240
110-120
7NL
4Stel met de TIMER + of – toets in op
de juiste minuut en druk op de
ENTER toets.
De klok begint nu te lopen.
Corrigeren van de tijdinstelling
Herhaal de stappen 1 t/m 4.
Betreffende de tijdsaanduiding
• De ingebouwde klok zal ook na uitschakelen van
de apparatuur nog de juiste tijd blijven aangeven.
• De bovenste stip tussen de cijfers van de
tijdsaanduiding knippert gedurende de eerste
helft van elke minuut, van seconde 0 t/m 29, en de
onderste stip knippert gedurende de tweede helft,
van seconde 30 t/m 59.
Stap 3: Vastleggen
van uw favoriete
radiozenders
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
1Druk op de POWER toets om de
stereo-installatie in te schakelen.
Bij het model met 2 afstembanden kunt u
maximaal 30 van uw favoriete radiozenders
vastleggen, 20 voor de FM en 10 voor de AM.
Bij het model met 3 afstembanden kunt u tot
40 radiozenders vastleggen, 20 voor de FM,
10 voor de middengolf en 10 voor de
langegolf.
2
3
4,7
6,8
1
5
1
wordt vervolgd
8NL
n
Stap 3: Vastleggen van uw
favoriete radiozenders (vervolg) 9Herhaal de stappen 2 t/m 8 voor elk
van de voorkeurzenders die u wilt
vastleggen.
Afstemmen op een radiozender
die zwak doorkomt
Druk in stap 3 net zovaak op de
TUNING MODE toets tot de aanduidingen
“AUTO” en “PRESET” verdwijnen en druk
dan op de + of – toets om nauwkeurig op de
betreffende zender af te stemmen.
Vastleggen onder een ander
nummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 2.
Omschakelen van het afsteminterval
voor de AM (niet bij de modellen voor
Europa)
Het afsteminterval voor de AM ontvangst is in de
fabriek ingesteld op 9 kHz (voor sommige gebieden
10 kHz). Om dit AM afsteminterval over te
schakelen naar 10 kHz (of 9 kHz), drukt u enkele
malen op de TUNER/BAND toets tot er “AM”
wordt aangegeven en dan schakelt u het apparaat
uit. Houd vervolgens de + toets ingedrukt en
schakel zo de stroom weer in.
Bij omschakelen van het afsteminterval verdwijnen
alle vastgelegde AM voorkeurzenders uit het
afstemgeheugen. Om het afsteminterval weer terug
te schakelen, herhaalt u de bovenstaande stappen.
Opmerking
De vastgelegde voorkeurzenders blijven bij een
stroomonderbreking (stekker uit het stopcontact)
ongeveer een week lang in het afstemgeheugen
bewaard.
2Druk net zovaak op de
TUNER/BAND toets tot de
gewenste afstemband in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler wordt aangegeven.
Model met 2 afstembanden:
FM ˜ AM
Model met 3 afstembanden
FM n MW (MG) n LW (LG)
3Druk net zovaak op de
TUNING MODE toets totdat de
aanduiding “AUTO” in het
uitleesvenster verschijnt.
4Druk op de + of – toets om af te
stemmen op een radiozender die u
wilt vastleggen.
De frequentie-aanduiding verandert
terwijl de tuner de afstemband
doorzoekt, om te stoppen wanneer er op
een duidelijk doorkomende zender is
afgestemd. In het uitleesvenster
verschijnt de aanduiding “TUNED” (en
ook “STEREO” als er een FM stereo
radio-uitzending wordt ontvangen).
5Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot de aanduiding “Frq-
Memory?” verschijnt.
6Druk op de YES toets.
In het uitleesvenster gaat het
voorinstelnummer knipperen.
7Druk op de ? of / toets om in te
stellen op het gewenste
voorinstelnummer voor de zender.
8Druk op de YES toets.
De zender wordt nu vastgelegd onder
uw gekozen nummer.
9NL
Aansluiten van
externe audio/video-
apparatuur en
buitenantennes
Voor een veelzijdig gebruik van uw stereo-
installatie kunt u er los verkrijgbare
apparatuur op aansluiten. Zie voor nadere
bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing
van elk aan te sluiten apparaat.
Aansluiten van een
videorecorder/personal
computer
Op de tuner/CD-speler kunt u een
videorecorder of een personal computer
aansluiten, met behulp van gewone audio-
aansluitsnoeren (niet bijgeleverd).
Zorg bij het aansluiten dat u de kleuren van
de stekkers en de aansluitbussen niet
verwisselt.
Luisteren naar het geluid van de
aangesloten videorecorder/
personal computer
Druk net zovaak op de FUNCTION toets tot
het uitleesvenster “VIDEO” aangeeft.
Vervolgens kunt u heen en weer schakelen
tussen de aanduidingen “VIDEO” en “PC”
met behulp van de DISPLAY toets.
Het geluid van een aangesloten
videorecorder kan in stereo worden
weergegeven.
Tuner/CD-speler
naar de audio-uitgangen van
de videorecorder/pc
naar de audio-ingangen van
de videorecorder/pc
Ç : Signaalstroom
Aansluiten van digitale
apparatuur zoals een
minidisc-recorder e.d.
(alleen voor kopers van de MDS-
MX101)
U kunt digitale geluidsopnamen maken door
digitale geluidsbronnen aan te sluiten op de
MDS-MX101. Verbind de MD DIGITAL
OPTICAL OUT uitgangsaansluiting van de
MDS-MX101 met de digitale
ingangsaansluiting van andere digitale
apparatuur, met behulp van een optische
kabel (niet bijgeleverd).
Opmerking
Dit apparaat werkt met het één-generatie
kopieersysteem (“Serial Copy Management
System”) hetgeen u in staat stelt van digitale
geluidsbronnen via volledig digitale aansluitingen
digitale opnamen te maken, die dan daarna niet
verder digitaal gekopieerd kunnen worden.
naar de digitale ingang van
digitale apparatuur
Minidisc-recorder
Ç : Signaalstroom
wordt vervolgd
10NL
Aansluiten van
buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het
aanbevolen een of meer buitenantennes aan
te sluiten.
FM-antenne
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne
aan. Ook kunt u gebruik maken van een TV-
antenne.
IEC standaard
antennestekker
(niet bijgeleverd)
AM-antenne
Sluit de AM-kaderantenne aan en laat deze
altijd aangesloten, ook wanneer u daarnaast
een los verkrijgbare AM antenne aansluit op
de AM antenne-aansluiting.
Belangrijk
Bij gebruik van een buitenantenne dient deze
geaard te worden, ter bescherming tegen
blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit
aan op een gasleiding; gezien de kans op een
gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
Aansluiten van externe audio/
video-apparatuur en
buitenantennes (vervolg)
AM-kaderantenne
AM
Basisbediening
11NL
Basisbediening
Afspelen van een
compact disc
Voor het
Stoppen met
afspelen
Pauzeren
Opzoeken van
een muziekstuk
(AMS*
zoekfunctie)
Opzoeken van
een
muziekpassage
Uitnemen van
de CD
Instellen van de
geluidssterkte
§
0)
=+·P p
2
POWER 1
=0/
)+
p
VOL +/–
6
1Steek een compact disc in de CD-
gleuf.
De CD wordt automatisch verder naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
2Druk op de ^ toets (of op de CD
( weergavetoets van de
afstandsbediening).
Het afspelen begint met het eerste
muziekstuk van de CD.
* AMS: Automatische Muziek Sensor.
Tips
Als u na het indrukken van de 6 uitwerptoets de
compact disc niet verwijdert, wordt deze na 15
seconden automatisch naar binnen gehaald, om de
CD te beschermen.
Bij insteken van een compact disc wordt
automatisch de stroom ingeschakeld.
Bij indrukken van de ^ toets (of de CD ( toets
van de afstandsbediening) terwijl de stereo-
installatie nog uit staat, wordt deze automatisch
ingeschakeld en start de CD-weergave, mits er een
compact disc in het apparaat aanwezig is (één-
toets weergavestart).
Ook van het afspelen van een andere geluidsbron
kunt u rechtstreeks overschakelen naar de CD-
speler om de CD-weergave automatisch te starten
met een enkele druk op de ^ toets (of de CD (
toets van de afstandsbediening) (automatische
geluidsbron-keuze).
Met de bedrukte
label-kant boven.
§
0)
=+
·P p
Doet u het volgende
Druk op de p stoptoets.
Druk op de ^ toets (of
de P pauzetoets van de
afstandsbediening). Voor
doorgaan met afspelen
nogmaals drukken.
Druk op de )+ toets (om
vooruit te zoeken) of de
=0 toets (om
terugwaarts te zoeken) (of op
de + of = toets van de
afstandsbediening)
Houd de )+ of =0
toets (of de ) of 0 toets
van de afstandsbediening)
ingedrukt en laat de toets los
bij het gewenste punt in de
muziek.
Druk op de 6 uitwerptoets.
Druk op de VOL + of – toets.
Tuner/CD-speler
12NL
Opnemen van een
compact disc op
minidisc
— CD synchroon-opname
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Het maken van digitale opnamen van een
compact disc op een minidisc is zeer
eenvoudig met behulp van de “CD
synchroon-opname” functie, waarbij de
muziekstuknummers automatisch op de
minidisc worden vastgelegd in dezelfde
volgorde als op de CD. Bij het toevoegen van
nieuwe opnamen op een reeds gebruikte
opname-minidisc zal het opnemen
automatisch beginnen vanaf het eind van de
vorige opnamen.
1Steek een compact disc in de CD-
gleuf.
De CD wordt automatisch naar binnen
gehaald en de aanduiding verschijnt.
2Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de MD-gleuf.
De minidisc wordt automatisch naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
3Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“CD” verschijnt in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
4Druk op de CD SYNC toets.
De minidisc-recorder komt in
gereedheid voor opname en de CD-
speler komt in de weergavepauzestand.
5Druk op de ^ toets van de
minidisc-recorder.
Dan begint het opnemen.
Na afloop van de opname stopt de
minidisc-recorder automatisch en wacht
dan in de opnamepauzestand.
§
0)
=+·P p
2
0)
=+·P p
§
564
POWER 1
3
6
6
Minidisc-recorder
(los verkrijgbaar)
Met de bedrukte
label-kant boven.
§
0)
=+·P p
Met de label-
kant boven.
Met de pijl
naar binnen
gericht.
0)
=+·P p
§
Tuner/CD-speler
Basisbediening
13NL
Afspelen van een minidisc
Wanneer de aanduiding “TOC”
knippert of oplicht
Stoot dan niet tegen het apparaat en trek niet
de stekker uit het stopcontact, om de opname
niet te verliezen. Terwijl de aanduiding
“TOC” knippert is de minidisc-recorder bezig
de inhoudsopgave (TOC = Table of Contents)
bij te werken.
Tips
• U kunt de muziek van een compact disc in een zelf
gekozen nummervolgorde opnemen (zie blz. 33).
• Na het opnemen kunt u met de
bewerkingsfuncties de muziekstukken op de
minidisc naar wens aanpassen (zie blz. 39).
Opmerking
Het is niet mogelijk een CD tegelijk op minidisc en
op cassette op te nemen door tegelijk indrukken van
de CD SYNC toets op de minidisc-recorder en het
cassettedeck.
1Steek een bespeelde minidisc in de
MD-gleuf.
De MD wordt automatisch naar binnen
gehaald en de aanduiding verschijnt.
Voor het
Stoppen met
opnemen
Pauzeren van
de opname
Uitnemen van
de CD
Uitnemen van
de minidisc
Doet u het volgende
Druk op de p stoptoets van de
minidisc-recorder.
Druk op de ^ toets van de
tuner/CD-speler.
Druk op de 6 uitwerptoets
van de tuner/CD-speler.
Druk op de 6 uitwerptoets
van de minidisc-recorder.
Tuner/CD-speler
Minidisc-recorder
(los verkrijgbaar)
6Druk na afloop van het opnemen op
de p stoptoets van de minidisc-
recorder en verwijder dan de
minidisc uit het apparaat.
Vergeet niet om de minidisc na het
opnemen uit het apparaat te nemen,
omdat pas daardoor de informatie
betreffende de opname op de minidisc
wordt bijgeschreven.
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt een minidisc op dezelfde wijze
afspelen als een CD.
0)
=+·P p
§
§
0)
=+·P p
1
2
POWER
p
6
=0/
)+
VOL +/–
wordt vervolgd
Met de label-
kant boven.
Met de pijl
naar binnen
gericht.
0)
=+·P p
§
14NL
2Druk op de ^ toets van de
minidisc-recorder (of de MD (
weergavetoets van de
afstandsbediening).
Dan begint het afspelen.
Voor het
Stoppen met
afspelen
Pauzeren
Opzoeken
van een
muziekstuk
Opzoeken van
een
muziekpassage
Uitnemen van
de minidisc
Instellen van de
geluidssterkte
Doet u het volgende
Druk op de p stoptoets.
Druk op de ^ toets (of de P
pauzetoets van de
afstandsbediening).
Voor doorgaan met afspelen
nogmaals drukken.
Druk op de )+ toets (om
vooruit te zoeken) of de
=0 toets (om terugwaarts
te zoeken) (of op de + of =
toets van de afstandsbediening)
Houd de )+ of =0
toets (of de 0 of ) toets van
de afstandsbediening)
ingedrukt en laat de toets los bij
het gewenste punt in de
muziek.
Druk op de 6 uitwerptoets.
Druk op de VOL + of – toets.
Afspelen van een minidisc
(vervolg) Tips
Bij insteken van een minidisc wordt automatisch
de stroom ingeschakeld.
U kunt het afspelen beginnen vanaf elk gewenste
muziekstuk. Alvorens in stap 2 op de ^ toets (of
de MD ( toets van de afstandsbediening) te
drukken, kiest u eerst het gewenste muziekstuk
met enkele drukken op de )+ of =0
toets (of de + of = toets van de
afstandsbediening).
Bij indrukken van de ^ toets (of de MD ( toets
van de afstandsbediening) terwijl de stereo-
installatie nog uit staat, wordt deze automatisch
ingeschakeld en start de minidisc-weergave, mits
er een minidisc in het apparaat aanwezig is (één-
toets weergavestart).
Ook van het afspelen van een andere geluidsbron
kunt u rechtstreeks overschakelen naar de
minidisc-speler om de minidisc-weergave
automatisch te starten met een enkele druk op de
^ toets (of de MD ( toets van de
afstandsbediening) (automatische geluidsbron-
keuze).
Opmerkingen
Als u tijdens het opzoeken van een muziekpassage
het einde van de minidisc bereikt, stopt de
minidisc-speler.
Muziekstukken die maar enkele seconden lang
zijn, kunnen wel eens niet naar behoren worden
gevonden.
Wanneer tijdens het opzoeken van een
muziekpassage de aanduiding “OVER” in het
uitleesvenster verschijnt, hebt u het einde van de
minidisc bereikt. Druk dan op de =0 toets
van de minidisc-recorder (of de = toets van de
afstandsbediening).
Basisbediening
15NL
1Steek een compact disc in de CD-
gleuf.
De CD wordt automatisch verder naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
2Steek een voor opnemen geschikte
cassette in de cassettegleuf.
De cassette wordt automatisch naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
3Schuif de DIRECTION schakelaar in
de stand voor enkelzijdig of
dubbelzijdig opnemen.
* Het opnemen stopt altijd automatisch aan
het eind van de onderste kant van de
cassette. Voor dubbelzijdig opnemen dient u
te beginnen aan de bovenste kant.
4Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“CD” verschijnt in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
5Druk op de CD SYNC toets van het
cassettedeck.
Het cassettedeck komt in gereedheid
voor opname en de CD-speler komt in
de weergavepauzestand.
Met de bedrukte
label-kant
boven.
§
0)
=+·P p
Opnemen van een
compact disc op
cassette
— CD synchroon-opname
Tuner/CD-speler
Cassettedeck
(los verkrijgbaar)
(alleen voor gebruikers van de
TC-TX101)
De CD SYNC toets maakt het opnemen van
een compact disc op cassette uiterst
eenvoudig. Voor het opnemen kunt u naar
keuze TYPE I (normaalband) of TYPE II
(CrO2-band) cassettes gebruiken.
Controleer voor het opnemen wel even of de
wispreventienokjes van de cassette niet zijn
uitgebroken.
§
0)
·ª
p
P
§
0)
=+·P p
2
POWER 1
5763 p
p
4
DOLBY
NR
Voor opnemen op
één cassettekant
beide cassettekanten*
Zet u DIRECTION op
D
a
wordt vervolgd
16NL
Afspelen van een
cassette
(alleen voor gebruikers van de
TC-TX101)
Het cassettedeck is geschikt voor weergave
van TYPE I (normaalband), TYPE II (CrO2-
band) en TYPE IV (metaalband) cassettes. Bij
insteken van een cassette leest het deck de
bandsoort van de geplaatste cassette af en
begint dan automatisch met afspelen.
1Steek een bespeelde cassette in de
cassettegleuf.
De cassette wordt automatisch naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
Tuner/CD-speler
§
0)
·ª
P
p
6Druk op de ( of 9 toets om te
kiezen op welke kant van de
cassette u wilt beginnen met
opnemen.
Voor beginnen aan de bovenkant drukt
u op de ( toets (of de TAPE ( toets
van de afstandsbediening).
Voor opnemen op de onderkant drukt u
op de 9 toets (of nogmaals op de TAPE
( toets van de afstandsbediening)*.
* In het laatste geval zal er alleen worden
opgenomen op de onderste kant van de
cassette.
7Druk op de P pauzetoets.
Dan begint het opnemen. Na ongeveer
10 seconden begint ook het afspelen van
de compact disc.
Stoppen met opnemen
Druk op de p stoptoets van het cassettedeck
of de tuner/CD-speler.
Tips
Om storende bandruis in zacht doorkomende
hoge frequenties te onderdrukken, schuift u na
stap 3 de DOLBY NR schakelaar in de “ON”
stand.
Wanneer tijdens dubbelzijdig opnemen het einde
van de eerste cassettekant wordt bereikt, wordt
het geluid geleidelijk teruggedraaid, zodat het niet
plotseling wegvalt (synchroonopname-fading).
Hetzelfde muziekstuk zal nu weer als eerste op de
andere kant van de cassette worden opgenomen.
De synchroonopname-fading werkt ook bij
opnemen van een enkele cassettekant.
Opmerking
Het is niet mogelijk een CD tegelijk op minidisc en
op cassette op te nemen door tegelijk indrukken van
de CD SYNC toets op de minidisc-recorder en het
cassettedeck.
Opnemen van een compact disc op
cassette
— CD synchroon-opname (vervolg)
§
0)
=+
·P p
POWER
Cassettedeck
(los verkrijgbaar)
§
0)
·ª
p
P
1
2
p0/)D/
d
P
DOLBY
NR
Basisbediening
17NL
Luisteren naar de
radio
–– Geheugenafstemming
Leg eerst uw favoriete radiozenders in het
afstemgeheugen vast (zie blz. 7).
1Druk net zovaak op de BAND toets
tot de gewenste afstemband in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
2Druk net zovaak op de
TUNING MODE toets totdat de
aanduiding “PRESET” in het
uitleesvenster verschijnt.
2Druk op de ( toets om de
bovenkant van de cassette af te
spelen. Voor afspelen van de
onderkant drukt u op de 9 toets.
* Het cassettedeck stopt automatisch na vijfmaal
afspelen van beide cassettekanten.
Tips
• Bij indrukken van de ( of 9 toets terwijl het
apparaat nog uit staat, wordt automatisch de
stroom ingeschakeld.
• Van het afspelen van een andere geluidsbron kunt
u rechtstreeks overschakelen naar cassette-
weergave met een enkele druk op de ( of 9
toets (automatische geluidsbron-keuze).
• Voor het afspelen van een cassette die is
opgenomen met Dolby NR B ruisonderdrukking,
schuift u de DOLBY NR schakelaar in de “ON”
stand.
wordt vervolgd
Voor het
Stoppen met afspelen
Pauzeren
Opzoeken van het
begin van het
weergegeven of een
volgend muziekstuk
Snel vooruit- of
terugspoelen
Afspelen van één
kant van de cassette
Doorlopend afspelen
van beide
cassettekanten*
Uitnemen van de
cassette
Doet u het volgende
Druk op de p stoptoets.
Druk op de P pauzetoets.
Voor doorgaan met
afspelen nogmaals
drukken.
Druk tijdens afspelen op
de 0 of )
snelspoeltoets van het
cassettedeck.
Druk in de stopstand op
de 0 of )
snelspoeltoets van het
cassettedeck.
Schuif de DIRECTION
schakelaar in de A
stand.
Schuif de DIRECTION
schakelaar in de a
stand.
Druk op de 6
uitwerptoets.
§
0)
=+·P p
13
POWER
VOL +/–
STEREO/
MONO
2
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Tuner/CD-speler
18NL
Ontvangst van RDS
radio-uitzendingen
(alleen voor het Europese model)
Kies eenvoudigweg een zender van de FM-
band.
Bij afstemmen op een radiozender die RDS
informatie-uitzendingen verzorgt, verschijnt
automatisch de zendernaam in het
uitleesvenster.
Wat is het Radio Data Systeem?
Het Radio Data Systeem (kortweg RDS) is een
speciale radio-informatiedienst waarmee
radiozenders naast de gewone radio-
uitzendingen allerlei nuttige informatie
kunnen uitzenden. De RDS is alleen
beschikbaar via FM zenders.
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen
zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet
goed doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende
is.
* Niet alle FM radiozenders geven RDS informatie
door, en de zenders die dit wel doen bieden niet
alle dezelfde soorten informatie. Voor nadere
bijzonderheden omtrent de in uw woongebied
beschikbare RDS informatie kunt u het best
contact opnemen met de plaatselijk actieve
radiozenders.
Luisteren naar de radio (vervolg)
3Druk op de TUNING + of – toets
om in te stellen op het gewenste
voorkeurzendernummer.
Druk op de TUNING + toets voor een
hoger genummerde zender of op de
TUNING – toets voor een lager
genummerde zender.
Luisteren naar radiozenders die
niet zijn vastgelegd
Druk in stap 2 net zovaak op de
TUNING MODE toets tot de aanduidingen
“AUTO” en “PRESET” verdwijnen en druk
dan op de TUNING + of – toets om
nauwkeurig op de betreffende zender af te
stemmen.
Tips
Bij indrukken van de BAND toets terwijl de
stereo-installatie nog uit staat, wordt deze
automatisch ingeschakeld en begint de weergave
van de laatst ontvangen radiozender (één-toets
weergavestart).
U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron naar de tuner en de radio-
ontvangst starten, eenvoudig met een druk op de
BAND toets (automatische geluidsbron-keuze).
Om de beste radio-ontvangst te vinden kan het
nodig zijn verschillende standen van de
bijgeleverde antennes uit te proberen.
Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet
duidelijk doorkomt, drukt u net zovaak op de
STEREO/MONO toets, tot de aanduiding
“MONO” oplicht. Het stereo-effect zal nu verloren
gaan, maar de radio-ontvangst zal helderder
klinken. Druk nogmaals op de toets om weer naar
stereo-geluid te luisteren.
Voor het
Uitschakelen van
de radio
Instellen van de
geluidssterkte
Doet u het volgende
Druk op de POWER toets.
Druk op de VOL + of – toets.
Basisbediening
19NL
1Steek een voor opnemen geschikte
minidisc in de MD-gleuf.
De minidisc wordt automatisch naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
2Druk net zovaak op de BAND toets
tot de gewenste afstemband in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
3Druk net zovaak op de
TUNING MODE toets totdat de
aanduiding “PRESET” in het
uitleesvenster verschijnt.
4Druk op de TUNING + of – toets
om in te stellen op het gewenste
voorkeurzendernummer.
Druk op de TUNING + toets voor een
hoger genummerde zender of op de
TUNING – toets voor een lager
genummerde zender.
Met de label-
kant boven.
Met de pijl
naar binnen
gericht.
0)
=+·P p
§
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Opnemen van een
radio-uitzending op
minidisc
Tuner/CD-speler
Minidisc-recorder
(los verkrijgbaar)
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Na keuze van een vastgelegde
voorkeurzender kunt u een radio-uitzending
op een minidisc opnemen. Als u een
opname-minidisc met al eerdere opnamen
gebruikt, zal het opnemen automatisch
beginnen vanaf het eind van de laatste
opnamen.
wordt vervolgd
0)
=+·P p
§
1
675
§
0)
=+·P p
24
POWER
3
20NL
Opnemen van een
radio-uitzending op
cassette
Tuner/CD-speler
Cassettedeck
(los verkrijgbaar)
(alleen voor gebruikers van de
TC-TX101)
De eenvoudigste wijze om een radio-
uitzending op te nemen op cassette is door
keuze van een vastgelegde voorkeurzender.
Voor het opnemen kunt u naar keuze TYPE I
(normaalband) of TYPE II (CrO2-band)
cassettes gebruiken. Controleer voor het
opnemen wel even of de wispreventienokjes
van de cassette niet zijn uitgebroken.
5Druk op de •REC opnametoets van
de minidisc-recorder.
Die komt dan in gereedheid voor
opname.
6Druk op de ^ toets van de
minidisc-recorder.
Nu begint het opnemen van de radio-
uitzending.
7Druk na afloop van het opnemen op
de p stoptoets van de minidisc-
recorder en verwijder dan de
minidisc uit het apparaat.
Vergeet niet om de minidisc na het
opnemen uit het apparaat te nemen,
omdat pas daardoor de informatie
betreffende de opname op de minidisc
wordt bijgeschreven.
Stoppen met opnemen
Druk op de p stoptoets van de minidisc-
recorder.
Tips
Voor het opnemen van een uitzending van een
radiozender die niet is vastgelegd, drukt u in stap
3 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de
aanduidingen “AUTO” en “PRESET” verdwijnen
en dan drukt u op de TUNING + of – toets om
nauwkeurig op de betreffende zender af te
stemmen.
Om de beste radio-ontvangst te vinden kan het
nodig zijn verschillende standen van de
bijgeleverde antennes uit te proberen.
Opnemen van een radio-
uitzending op minidisc (vervolg)
§
0)
=+·P p
24
POWER
§
0)
·ª
p
P
1
7865 p
DOLBY
NR
Basisbediening
21NL
5Schuif de DIRECTION schakelaar in
de stand voor enkelzijdig of
dubbelzijdig opnemen.
* Het opnemen stopt altijd automatisch aan
het eind van de onderste kant van de
cassette. Voor dubbelzijdig opnemen dient u
te beginnen aan de bovenste kant.
6Druk op de REC opnametoets van
het cassettedeck.
Het cassettedeck komt in gereedheid
voor opname.
7Druk op de ( of 9 toets om te
kiezen op welke kant van de
cassette u wilt beginnen met
opnemen.
Voor beginnen aan de bovenkant drukt
u op de ( toets.
Voor opnemen op de onderkant drukt u
op de 9 toets*.
* In het laatste geval zal er alleen worden
opgenomen op de onderste kant van de
cassette.
8Druk op de P pauzetoets van het
cassettedeck.
Nu begint het opnemen.
Stoppen met opnemen
Druk op de p stoptoets van het cassettedeck.
Tips
Voor het opnemen van een uitzending van een
radiozender die niet is vastgelegd, drukt u in stap
3 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de
aanduidingen “AUTO” en “PRESET” verdwijnen
en dan drukt u op de TUNING + of – toets om
nauwkeurig op de betreffende zender af te
stemmen.
Om de beste radio-ontvangst te vinden kan het
nodig zijn verschillende standen van de
bijgeleverde antennes uit te proberen.
Om storende bandruis in zacht doorkomende
hoge frequenties te onderdrukken, schuift u na
stap 5 de DOLBY NR schakelaar in de “ON”
stand.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
1Steek een voor opnemen geschikte
cassette in de cassettegleuf.
De cassette wordt automatisch naar
binnen gehaald en de aanduiding
verschijnt.
2Druk net zovaak op de BAND toets
tot de gewenste afstemband in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
3Druk net zovaak op de
TUNING MODE toets totdat de
aanduiding “PRESET” in het
uitleesvenster verschijnt.
4Druk op de TUNING + of – toets
om in te stellen op het gewenste
voorkeurzendernummer.
Druk op de TUNING + toets voor een
hoger genummerde zender of op de
TUNING – toets voor een lager
genummerde zender.
§
0)
·ª
P
p
Voor opnemen op
één cassettekant
beide cassettekanten*
Schuift u DIRECTION
naar
A
a
3
22NL
Gebruik van het CD
uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u onder andere de
resterende speelduur van het weergegeven
muziekstuk of van de gehele compact disc
controleren.
Compact disc speler
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Controleren van de totale
speelduur en het aantal
muziekstukken op de compact disc
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“CD” verschijnt in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
2Druk in de stopstand enkele malen
op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
nTotaal aantal muziekstukken en
totale speelduur
µ
Disctitel*
* Als de betreffende compact disc nog niet van een
titel is voorzien, verschijnt eerst de aanduiding
“No Name” en dan weer het totale aantal
muziekstukken en de totale speelduur.
12
Controleren van de resterende
speelduur
Druk tijdens weergave enkele malen op
de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
nVerstreken speelduur van het
weergegeven muziekstuk
µ
Resterende speelduur van het
weergegeven muziekstuk
µ
Resterende speelduur op de weergegeven
compact disc
In de programma-weergavestand zullen de
aanduidingen ietwat andere informatie geven
dan hierboven staat aangegeven.
23NL
Herhaalde weergave
van muziekstukken
op CD
— REPEAT weergave
Met de herhaalfunctie kunt u een compact
disc laten herhalen met normale weergave,
willekeurige weergave of programma-
weergave.
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“CD” verschijnt in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
2Druk tijdens CD-weergave op de
REPEAT toets tot de aanduiding
“REPEAT” verschijnt.
Dan begint de herhaalde weergave.
Herhalen van een enkel
muziekstuk
Druk enkele malen op de REPEAT toets
zodat de aanduiding “REPEAT 1” in het
uitleesvenster verschijnt, tijdens
weergave van het muziekstuk dat u wilt
herhalen.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Uitschakelen van de
herhaalfunctie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat
de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding
dooft.
Opmerking
Het is niet mogelijk een enkel muziekstuk te
herhalen tijdens weergave in willekeurige volgorde
of geprogrammeerde weergave.
12
24NL
Willekeurige
weergave van
muziekstukken op CD
–– SHUFFLE weergave
U kunt alle muziekstukken van een compact
disc in willekeurige volgorde laten
weergeven.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
1Plaats een compact disc in de CD-
speler.
2Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“CD” verschijnt in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
3Druk enkele malen op de
PLAY MODE toets tot de
aanduiding “SHUFFLE” in het
uitleesvenster verschijnt.
4Druk op de ^ toets (of de CD (
weergavetoets van de
afstandsbediening).
De aanduiding “J” licht op en de
weergave in willekeurige volgorde van
alle muziekstukken begint.
Uitschakelen van de willekeurige
weergave
Druk enkele malen op de PLAY MODE toets
zodat de “SHUFFLE” aanduiding dooft.
Tips
Ook tijdens normale weergave kunt u
overschakelen op willekeurige weergave, door
enkele malen op de PLAY MODE toets te drukken
tot de aanduiding “SHUFFLE” verschijnt.
Om van het weergegeven muziekstuk
onmiddellijk door te gaan naar een volgend
muziekstuk, drukt u op de CD + toets van de
afstandsbediening. Het is niet mogelijk terug te
keren naar een eerder of een reeds weergegeven
muziekstuk met de CD = toets.
Tuner/CD-speler
§
0)
=+·P p
4
POWER
2
1
4
2
+
3
2
Afstandsbediening (buitenpaneel)
25NL
Programma-
weergave van
muziekstukken op CD
— PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselectie van
maximaal 25 nummers samenstellen, in de
volgorde waarin u de muziek wilt horen.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
wordt vervolgd
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“CD” verschijnt in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
2Druk in de stopstand enkele malen
op de PLAY MODE toets tot de
aanduiding “PROGRAM” in het
uitleesvenster verschijnt.
3Volg nu methode a of b.
aKiezen van muziekstukken met de
nummertoetsen van de
afstandsbediening:
Gebruik de nummertoetsen om de
gewenste muziekstuknummers te
kiezen in de volgorde waarin u de
muziek wilt horen.
Voor het kiezen van een muziekstuk
met een nummer boven de 11 drukt u
eerst op de >10 (groter-dan-10) toets.
Na elk gekozen nummer wordt de
totale speelduur inclusief het zojuist
gekozen muziekstuk aangegeven,
samen met het programma-
volgnummer.
Bij een vergissing in de
nummerkeuze
Druk op de CLEAR wistoets en druk
dan op de juiste nummertoets.
bKiezen van muziekstukken aan de
hand van de totale speelduur:
1Druk op de =0 of )+ toets
(of de ? of / toets op de
afstandsbediening) tot het gewenste
muziekstuknummer in het
uitleesvenster wordt aangegeven. In
het uitleesvenster knippert de totale
speelduur inclusief het zojuist
gekozen muziekstuk.
2Druk op de PLAY MODE toets.
Het programma-volgnummer (de
rangorde in uw muziekprogramma)
verschijnt ongeveer een seconde lang
en dan blijft de totale speelduur
branden.
4Herhaal de voorgaande stap 3 voor
elk van de muziekstukken die u wilt
programmeren.
Tuner/CD-speler
§
0)
=+·P p
513
POWER
p
5
1
Afstandsbediening (buitenpaneel)
Number
buttons
2,3
3
1
CLEAR
DISPLAY
Nummertoetsen
26NL
Titels voor uw compact
discs invoeren
Programma-weergave van
muziekstukken op CD
— PROGRAM weergave (vervolg)
Afstandsbediening (binnenpaneel)
1
5,6,7
3,8
4
2
Voor het
Toevoegen van
een muziekstuk
aan het eind van
uw programma*
Wissen van het
gehele
programma
Wissen van het
laatst gekozen
nummer
5Druk op de ^ toets (of de CD (
weergavetoets van de
afstandsbediening).
Alle geprogrammeerde muziekstukken
worden nu weergegeven in de door u
gekozen volgorde.
Uitschakelen van de programma-
weergave
Druk enkele malen op de PLAY MODE toets
zodat de “PROGRAM” aanduiding dooft.
Aanpassen van uw muziekprogramma
* Ook tijdens weergave kunt u nog muziekstukken
aan uw programma toevoegen, door ze te kiezen
met de nummertoetsen op de afstandsbediening
(methode a van stap 3).
Tips
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft
ook na afspelen nog in het geheugen van de CD-
speler bewaard. Om hetzelfde programma
nogmaals weer te geven, drukt u op de ^ toets
(of de CD ( weergavetoets van de
afstandsbediening).
Het programma-volgnummer verschijnt in het
uitleesvenster wanneer u in de stopstand op de
DISPLAY toets drukt.
Opmerkingen
De totale speelduur kan niet worden aangegeven
indien de totale speelduur de 100 minuten
overschrijdt.
Als u probeert meer dan 25 muziekstukken te
programmeren, verschijnt de aanduiding “STEP
FULL” in het uitleesvenster.
Doet u het volgende
Volg de bovenstaande
stappen 3 en 4 in de
stopstand.
Druk op de p stoptoets van
de tuner/CD-speler.
Druk op de CLEAR wistoets.
Telkens wanneer u op deze
toets drukt, vervalt het laatste
nummer van het programma.
Voor maximaal 35 van uw compact discs
kunt u een titel of trefwoord van 10 letters,
cijfers of symbolen vastleggen.
Een vastgelegde titel zal in het uitleesvenster
verschijnen wanneer u de betreffende
compact disc in de CD-speler plaatst.
1Druk net zovaak op de FUNCTION
toets tot de aanduiding “CD” in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler verschijnt en steek een
compact disc in de CD-speler.
2Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot de aanduiding “Name in?”
verschijnt.
Tuner/CD-speler
§
0)
=+·P p
POWER
p
1
1
27NL
3Druk op de YES toets.
De cursor (plaats-markering voor het
invoeren van letters) gaat knipperen.
4Druk net zovaak op de
CHARACTER toets van de
afstandsbediening tot het gewenste
lettertype wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de lettertype-aanduiding in
het uitleesvenster als volgt:
A (hoofdletters) n a (kleine letters) n
0 (cijfers)/! (symbolen)* n (spatie)
n A…
* De volgende symbolen zijn
beschikbaar voor gebruik in uw
disc-titels:
5Druk op de + of – toets van de
afstandsbediening tot het gewenste
letterteken wordt aangegeven.
Het gekozen letterteken knippert. Om
een spatie in te voeren, drukt u op de /
pijltoets van de afstandsbediening terwijl
de cursor knippert.
6Druk op de / pijltoetsvan de
afstandsbediening.
Het in stap 5 gekozen letterteken blijft
branden en de cursor schuift een plaatsje
naar rechts, voor de volgende letter.
7Herhaal de stappen 4 t/m 6 tot u de
gehele disctitel hebt ingevoerd.
Bij een vergissing in de letterkeuze drukt
u op de ? of / toets van de
afstandsbediening tot de letter die u wilt
wijzigen knippert en dan herhaalt u de
stappen 4 t/m 6.
Om een letterteken te wissen, drukt u op
de EDIT/NO toets terwijl het letterteken
knippert.
Als u probeert meer dan 10 letterteken in
te voeren, verschijnt de aanduiding
“Name Full” in het uitleesvenster.
8Druk op de YES toets om de
titelinvoer af te ronden.
De ingevoerde disctitel wordt in het
uitleesvenster aangegeven.
Uitschakelen van de titelinvoer
Druk op de p stoptoets.
Wissen van een disctitel
1Druk enkele malen op de EDIT/NO toets
tot de aanduiding “Name Erase?”
verschijnt.
2Druk op de YES toets.
De disctitel verschijnt.
Als er voor de betreffende CD geen
disctitel in het geheugen bestaat, verschijnt
de aanduiding “No Name”.
3Druk nogmaals op de YES toets.
De aanduiding “Complete” verschijnt en
de disctitel is uit het geheugen gewist.
Opmerking
U kunt geen disctitel invoeren tijdens het afspelen
van een CD .
! " # $ % & ' ( ) + , – . / : ; < = > ? @
_ `
28NL
n
Minidisc-recorder
Informatie in het
uitleesvenster
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
In het uitleesvenster kunt u o.a. de resterende
opnameduur en de totale speelduur van een
minidisc controleren.
2Druk in de stopstand op de
DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Totaal aantal muziekstukken en totale
speelduur
µ
Resterende opnameduur (alleen voor
opname-minidiscs*1)
µ
Disctitel*2
*1De resterende opnameduur kan niet
worden aangegeven voor voorbespeelde
minidiscs.
*2Als er geen disctitel is vastgelegd, verschijnt
de aanduiding “No Name”.
In de programma-weergavestand zullen de
aanduidingen ietwat andere informatie geven
dan hierboven staat aangegeven.
Controleren van het totale aantal
muziekstukken, de totale
speelduur, de resterende
opnameduur en de minidisc-titel
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“MD” verschijnt in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler.
0)
=+·P p
§
SCROLL
2
2
1
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Totaal aantal
muziekstukken Totale speelduur
29NL
Herhaalde weergave
van muziekstukken
op minidisc
— REPEAT weergave
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Met de herhaalfunctie kunt u een enkel
muziekstuk of alle muziekstukken op een
minidisc meermalen achtereen weergeven.
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“MD” verschijnt in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler.
2Druk tijdens minidisc-weergave
enkele malen op de REPEAT toets
tot er “REPEAT” (herhalen van alle
muziekstukken) of “REPEAT 1”
(herhalen van een enkel
muziekstuk) verschijntin het
uitleesvenster van de minidisc-
recorder.
Dan begint de herhaalde weergave.
* Het is niet mogelijk een enkel muziekstuk te
herhalen tijdens weergave in willekeurige
volgorde of geprogrammeerde weergave.
Uitschakelen van de
herhaalfunctie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat
de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding
dooft.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Controleren van de muziektitel en
de resterende speelduur van een
muziekstuk
Druk tijdens minidisc-weergave op de
DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
nMuziekstuknummer en verstreken
speelduur van het weergegeven
muziekstuk
µ
Muziekstuknummer en resterende
speelduur van het weergegeven
muziekstuk
µ
Titel van het weergegeven muziekstuk*
* Als er geen titel voor dit muziekstuk is vastgelegd,
verschijnt de aanduiding “No Name”.
Tips
• Tijdens minidisc-weergave kunt u de titels van de
minidisc en de muziekstukken controleren door
indrukken van de SCROLL doorlooptoets.
Aangezien het uitleesvenster slechts 12 letters
tegelijk kan tonen, zult u voor de volledige titel
vaak nogmaals op SCROLL moeten drukken.
Druk weer op de SCROLL toets om de
titelweergave even te pauzeren en nogmaals
wanneer u het doorlopen wilt hervatten.
• Zie voor het invoeren van een titel voor een
muziekstuk of een minidisc blz. 46.
Opmerking
Wanneer de totale speelduur de 100 minuten
overschrijdt, wordt er slechts “--m--s” aangegeven.
1
2
30NL
Willekeurige
weergave van
muziekstukken op CD
— SHUFFLE weergave
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt alle muziekstukken van een minidisc
in willekeurige volgorde laten weergeven.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“MD” verschijnt in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler.
2Druk in de stopstand enkele malen
op de PLAY MODE toets tot de
aanduiding “SHUFFLE” in het
uitleesvenster verschijnt in het
uitleesvenster van de minidisc-
recorder.
3Druk op de ^ toets (of de MD (
weergavetoets van de
afstandsbediening).
De aanduiding “J” licht op en de
weergave in willekeurige volgorde van
alle muziekstukken begint.
Uitschakelen van de willekeurige
weergave
Druk enkele malen op de PLAY MODE toets
zodat de “SHUFFLE” aanduiding dooft.
Tips
Om van het weergegeven muziekstuk onmiddellijk
door te gaan naar een volgend muziekstuk, drukt u
op de MD + toets van de afstandsbediening. Het
is niet mogelijk terug te keren naar een eerder of een
reeds weergegeven muziekstuk met de MD =
toets.
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
3
31
+
1
2
31NL
Programma-weergave
van muziekstukken op
minidisc
— PROGRAM weergave
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt uw eigen muziekselectie van
maximaal 25 nummers samenstellen, in de
volgorde waarin u de muziek wilt horen.
wordt vervolgd
1Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot de aanduiding
“MD” verschijnt in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler.
2Druk in de stopstand enkele malen
op de PLAY MODE toets tot de
aanduiding “PROGRAM” in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler verschijnt.
3Volg nu methode a of b.
aKiezen van muziekstukken met de
nummertoetsen van de
afstandsbediening:
Gebruik de nummertoetsen om de
gewenste muziekstuknummers te
kiezen in de volgorde waarin u de
muziek wilt horen.
Voor het kiezen van een muziekstuk
met een nummer boven de 11 drukt u
eerst op de >10 (groter-dan-10) toets.
Na elk gekozen nummer wordt de
totale speelduur inclusief het zojuist
gekozen muziekstuk aangegeven,
samen met het programma-
volgnummer.
Bij een vergissing in de
nummerkeuze
Druk op de CLEAR wistoets en druk
dan op de juiste nummertoets.
bKiezen van muziekstukken aan de
hand van de totale speelduur:
1Druk op de =0 of )+ toets
(of de ? of / toets op de
afstandsbediening) tot het gewenste
muziekstuknummer in het
uitleesvenster wordt aangegeven. In
het uitleesvenster knippert de totale
speelduur inclusief het zojuist
gekozen muziekstuk.
2Druk op de PLAY MODE toets.
Het programma-volgnummer (de
rangorde in uw muziekprogramma)
verschijnt ongeveer een seconde lang
en dan blijft de totale speelduur
branden.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
Minidisc-recorder
(los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
53 p
6
51
p
2,3 CLEAR
3
1
Nummertoetsen
32NL
Alvorens te beginnen
met opnemen
Programma-weergave van
muziekstukken op minidisc
— PROGRAM weergave (vervolg)
4Herhaal de voorgaande stap 3 voor
elk van de muziekstukken die u wilt
programmeren.
5Druk op de ^ toets (of de MD (
weergavetoets van de
afstandsbediening).
Alle geprogrammeerde muziekstukken
worden nu weergegeven in de door u
gekozen volgorde.
Uitschakelen van de programma-
weergave
Druk enkele malen op de PLAY MODE toets
zodat de “PROGRAM” aanduiding dooft.
Aanpassen van uw
muziekprogramma
Tip
Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft
ook na afspelen nog in het geheugen van de
minidisc-speler bewaard. Om hetzelfde programma
nogmaals weer te geven, drukt u op de ^ toets (of
de MD ( toets van de afstandsbediening).
Opmerkingen
Het muziekprogramma wordt gewist wanneer u
op de 6 uitwerptoets van de minidisc-recorder
drukt om de minidisc uit te nemen.
Wanneer de totale programma-speelduur de 100
minuten overschrijdt, wordt er “--m--s”
aangegeven.
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Minidiscs zijn een digitaal medium, waarop u
muziek kunt opnemen en afspelen met een
uitstekende geluidskwaliteit, nagenoeg gelijk
aan die van compact discs.
Belangrijke stap na opname
Vergeet niet om na het opnemen van muziek
de minidisc uit het apparaat te nemen, omdat
pas daardoor de informatie betreffende de
opname op de minidisc wordt bijgeschreven.
Hoe de minidisc-recorder de
opname-informatie op de minidisc
schrijft
De muziekstuknummers van uw opnamen
stellen u in staat om vlot en gemakkelijk een
bepaald muziekstuk op te zoeken en om uw
opnamen in een gewenste volgorde te zetten
of ongewenste muziekstukken weg te laten
e.d.
Er bestaan echter verschillen in de manier
waarop de muziekstuknummers worden
vastgelegd, al naar gelang de geluidsbron
waarvan u opneemt.
Bij opnemen met als geluidsbron:
De compact disc speler van deze
stereo-installatie
De digitale signalen van de compact disc worden
onveranderd overgenomen (digitale opname*1).
– De muziekstuknummers worden automatisch
vastgelegd, precies zoals op de oorspronkelijke
compact disc.
Andere digitale apparatuur
(zoals bijvoorbeeld een DAT cassettedeck)
De inkomende digitale signalen worden eerst
omgezet naar analoge signalen, dan weer omgezet
in digitale vorm en aldus opgenomen*2 (analoge
opname).
Aan het begin van de opname wordt automatisch
een muziekstuknummer vastgelegd, maar alleen
als u de “Level Sync” functie (zie blz. 38)
inschakelt, worden er daarna ook automatisch
muziekstuknummers vastgelegd afhankelijk van
het ingangssignaal van de geluidsbron.
Voor het
Toevoegen van
een muziekstuk
aan het eind van
uw programma*
Wissen van het
gehele
programma
Wissen van het
laatst gekozen
nummer
Doet u het volgende
Volg de bovenstaande stap 3
in de stopstand.
Druk in de stopstand op de p
stoptoets.
Druk op de CLEAR wistoets.
Telkens wanneer u op deze
toets drukt, vervalt het laatste
nummer van het programma.
33NL
0)
=+·P p
§
p
Opnemen van CD’s
met keuze van de
nummervolgorde
De tuner van deze stereo-installatie
en andere analoge apparatuur
(zoals bijvoorbeeld een cassettedeck)
De inkomende analoge signalen worden omgezet
in digitale vorm en aldus opgenomen (analoge
opname).
Aan het begin van de opname wordt automatisch
een muziekstuknummer vastgelegd, maar alleen
als u de “Level Sync” functie (zie blz. 38)
inschakelt, worden er daarna ook automatisch
muziekstuknummers vastgelegd afhankelijk van
het ingangssignaal van de geluidsbron.
*1Zie voor nadere bijzonderheden over de
beperkingen die gelden voor het digitaal opnemen
blz. 61.
*2Deze dubbele signaalomzetting vindt plaats
omdat dit apparaat niet beschikt over digitale in-
en uitgangen.
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt een aantal muziekstukken van een
compact disc opnemen in de gewenste
volgorde, met de programma-weergave en de
CD synchroon-opnamefunctie.
Tuner/CD-speler
wordt vervolgd
§
0)
=+·P p
1
2
2
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
34NL
1Plaats een compact disc in de CD-
speler.
2Druk net zovaak op de FUNCTION
toets tot de aanduiding “CD” in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler verschijnt.
3Stel uw muziekprogramma samen
uit de muziekstukken op de
compact disc.
Volg de aanwijzingen 2 t/m 4 onder
“Programma-weergave van
muziekstukken op CD” (zie blz. 25).
4Volg de aanwijzingen 3 t/m 5 onder
“Opnemen van een compact disc op
minidisc” (zie blz. 12).
Stoppen met opnemen
Druk op de p stoptoets van de minidisc-
recorder.
Handmatig opnemen
op een minidisc
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
De minidisc-recorder vindt automatisch het
eindpunt van de laatste opname en zorgt dat
de nieuwe opnamen daarop aansluiten.
Afstandsbediening (buitenpaneel)
Opnemen van CD’s met keuze van
de nummervolgorde (vervolg)
1Plaats een voor opnemen geschikte
minidisc in de minidisc-recorder.
2Druk op de FUNCTION toets en
kies de geluidsbron om van op te
nemen.
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
5314 p
Geluidsbron
Compact disc
Radio
Cassette
Andere audio/
video-apparatuur
Aanduiding
CD
TUNER
TAPE
VIDEO of PC
5
p
2
35NL
aanduiding geeft aan dat de minidisc-recorder bezig
is de inhoudsopgave (Table of Contents) bij te
werken.
Opmerking
Als u de opname pauzeert tijdens het opnemen van
een compact disc, wordt er op dat punt op de
minidisc een (extra) muziekstuknummer
vastgelegd. Daarentegen zullen meerdere
muziekstukken samen een enkel nummer krijgen
toegewezen als:
een bepaald muziekstuk van de CD meer dan eens
op de minidisc wordt opgenomen;
er twee of meer muziekstukken met hetzelfde
nummer van verschillende compact discs direct
achtereen worden opgenomen.
Afspelen van zojuist opgenomen
muziekstukken
Onmiddellijk na het opnemen kunt u als
volgt de opgenomen muziekstukken
beluisteren.
Druk na het stoppen met opnemen op
de ^ toets (of de MD (
weergavetoets van de
afstandsbediening) vóór u iets anders
doet. De weergave begint dan vanaf het
zojuist als eerste opgenomen
muziekstuk.
Na opnemen direct de weergave
starten vanaf het eerste
muziekstuk van de minidisc
1Druk nadat het opnemen gestopt is, nogmaals op
de p stoptoets van de minidisc-recorder.
2Druk op de ^ toets (of de MD ( weergavetoets
van de afstandsbediening).
De weergave start vanaf het eerste muziekstuk
van de minidisc.
Opmerking
Als u tijdens opnemen de FUNCTION toets indrukt,
zal de opname stoppen.
Tips
Tijdens het opnemen kunt u de opnameduur of de
resterende opnametijd op de minidisc controleren
door indrukken van de DISPLAY toets.
U kunt mono geluid opnemen met behulp van de
CD synchroon-opnamefunctie. Volg aanwijzing 3
hierboven vóór u op de CD SYNC toets drukt.
Als u instelt op CD, verschijnt de
aanduiding “D-IN” in het uitleesvenster
van de minidisc-recorder en schakelt de
minidisc-recorder automatisch over op
digitale opname.
3Voor het opnemen van mono geluid
gaat u als volgt te werk.
Alhoewel er hierbij geen stereo effect kan
worden opgenomen, komt er wel
tweemaal zo veel tijd voor opnemen
beschikbaar. Dit kan wel eens handig
zijn voor erg lange opnamen.
1Druk met de minidisc-recorder in de
stopstand op de EDIT/NO toets van
de minidisc-recorder tot de
aanduiding “MONO REC?” in het
uitleesvenster verschijnt.
2Druk op de YES toets van de minidisc-
recorder.
Nu wordt er “MONO REC Y/N”
aangegeven.
3Druk nogmaals op YES.
De aanduiding “MONO” verschijnt.
Bij stoppen met opnemen zal de
geluidsinstelling automatisch
terugkeren naar stereo geluid.
4Druk op de •REC opnametoets van
de minidisc-recorder.
De minidisc-recorder komt in
gereedheid voor opname.
5Druk op de ^ toets van de
minidisc-recorder (of de MD (
pauzetoets van de
afstandsbediening).
Dan begint het opnemen.
6Start de weergave van de op te
nemen geluidsbron.
Stoppen met opnemen
Druk op de p stoptoets van de minidisc-
recorder.
Wanneer de aanduiding “TOC”
oplicht of knippert
Stoot niet tegen de minidisc-recorder en trek niet de
stekker uit het stopcontact, als u de gemaakte
opnamen wilt behouden. De knipperende “TOC”
36NL
Veiligheids-
opnamestart met zes
seconden muziek uit
het buffergeheugen
— Tijdmachine-opname
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Bij opnemen van een FM radio-uitzending of
een satelliet-uitzending kunnen de eerste
paar seconden van de uitzending vaak
verloren gaan, omdat het even kan duren
voor u tot opnemen besluit en op de
opnametoets drukt. Om dit verlies van het
begin van muziekstukken e.d. tegen te gaan,
is dit apparaat voorzien van de tijdmachine-
opnamefunctie, die voortdurend de laatste 6
seconden aan audio-gegevens in een
buffergeheugen bewaart, zodat bij de
opnamestart eerst deze 6 seconden aan audio-
gegevens worden opgenomen, zoals in
onderstaande afbeelding aangegeven:
1Volg de aanwijzingen 1 t/m 4 onder
“Handmatig opnemen op een
minidisc” op blz. 34.
De minidisc-recorder komt in
gereedheid voor opname.
2Druk op de YES toets van de
minidisc-recorder bij het punt waar
u wilt beginnen met opnemen.
De opname begint nu met de 6 seconden
aan audiogegevens uit het
buffergeheugen.
Stoppen met de tijdmachine-
opname
Druk op de p stoptoets.
Opmerking
De minidisc-recorder begint met het opslaan van
audio-gegevens wanneer de recorder in de opname-
pauzestand staat en en u de weergave van de
geluidsbron start. Wanneer de geluidsbron nog
geen 6 seconden lang aan staat, zijn er dus nog geen
6 seconden aan audiogegevens in het
buffergeheugen opgeslagen, en dan zal de
tijdmachine-opname beginnen met minder dan 6
seconden aan audio-gegevens.
Indrukken van
de YES toets
in stap 2
Einde van het
programma dat u
wilt opnemen
Tijd
Opgenomen
gedeelte
Begin van het programma
dat u wilt opnemen
Audiogegevens in een
6-seconden buffergeheugen
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
2p
37NL
Invoegen van drie
seconden pauze tussen
de muziekstukken
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Met de “Smart Space” pauze-inkortfunctie en
de “Auto Cut” automatische pauzestand kunt
u bij het digitaal opnemen automatisch
standaard pauzes van drie seconden tussen
de muziekstukken invoegen.
“Smart Space” pauze-verkorting
Als er tijdens digitaal opnemen weer een
geluidssignaal doorkomt na een stilte van
maximaal 30 seconden, wordt de pauze
automatisch ingekort.
De minidisc-recorder vervangt de lange stilte
door een standaard pauze van 3 seconden
lengte en gaat dan gewoon door met
opnemen.
Overigens kunnen de muziekstukken voor en
na de ingekorte pauze worden opgenomen
als een enkel muziekstuk, onder een enkel
nummer.
“Auto Cut” automatische
pauzestand
De pauzestand wordt ingeschakeld als er
tijdens het opnemen van een CD al meer dan
30 seconden geen geluid is doorgekomen.
De stilte van 30 seconden wordt vervangen
door een standaard pauze van 3 seconden en
dan komt de minidisc-recorder in de
opnamepauzestand te staan.
De “Smart Space” pauze-inkortfunctie en de
“Auto Cut” automatische pauzestand kunnen
alleen beide tegelijk worden ingeschakeld.
Het is niet mogelijk een van de twee te
gebruiken zonder de andere.
0)
=+·P p
§
2,31
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
1Druk met de minidisc-recorder in de
opnamepauzestand net zovaak op
de EDIT/NO toets van de minidisc-
recorder tot de aanduiding
“S.Space?” in het uitleesvenster
verschijnt.
2Druk binnen drie seconden op de
YES toets van de minidisc-recorder.
Nu wordt er “S.Space ON?” aangegeven.
3Druk nogmaals op YES.
De aanduiding “S.Space ON” blijft
branden.
Wanneer tijdens opnemen de
aanduiding “Smart Space” verschijnt, is
de pauze-inkortfunctie ingeschakeld.
Wanneer de aanduiding “Auto Cut”
verschijnt, is de automatische
pauzestand ingegaan.
Uitschakelen van de “Smart
Space” pauze-inkortfunctie en de
“Auto Cut” pauzestand
1Druk in de opnamepauzestand net zovaak
op de EDIT/NO toets tot de aanduiding
“S.Space?” in het uitleesvenster verschijnt.
2Druk op de YES toets.
3Druk nogmaals op de de EDIT/NO toets
zodat er “S.Space OFF” wordt aangegeven.
Opmerkingen
Bij aflevering vanaf de fabriek zijn de “Smart
Space” pauze-inkortfunctie en de “Auto Cut”
pauzestandfunctie ingeschakeld.
Ook al trekt u de stekker uit het stopcontact of
wordt de stroom om een andere reden
onderbroken, bij weer inschakelen onthoudt de
minidisc-recorder de laatst gekozen instelling (aan
of uit) van de “Smart Space” pauze-inkortfunctie
en de “Auto Cut” pauzestandfunctie.
38NL
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Bij het opnemen van een compact disc
(digitale opname) worden de
muziekstuknummers automatisch
overgenomen op de minidisc. Daarnaast
bestaat de mogelijkheid om
muziekstuknummers aan te brengen:
bij zelf gekozen punten tijdens het
opnemen;
automatisch (volgens het opnameniveau)
tijdens analoog opnemen.
Handmatig aanbrengen
van muziekstuknummers
tijdens opnemen
— LEVEL-SYNC nummering
U kunt tijdens het opnemen op een minidisc
op elk gewenst moment een
muziekstuknummer aanbrengen, ongeacht de
geluidsbron waarvan u opneemt.
Aanbrengen van
muziekstuknummers
tijdens opnemen
Druk op de •REC opnametoets bij het
punt waar u tijdens het opnemen een
muziekstuknummer wilt plaatsen.
Automatisch aanbrengen
van muziekstuknummers
tijdens analoog opnemen
De minidisc-recorder heeft twee automatische
functies voor het vastleggen van
muziekstuknummers:
Bij opnemen van compact discs:
Hierbij neemt de minidisc-recorder
automatisch de muziekstuknummers over
van de CD. De minidisc bevat dus een
integrale kopie van de oorspronkelijke
opnamen.
Bij opnemen van een radio-uitzending of
een cassette:
Wanneer de aanduiding “LEVEL-SYNC”
brandt, brengt de minidisc-recorder
automatisch een muziekstuknummer aan
bij elk punt waar het geluid tijdelijk
wegvalt en dan weer begint.
Als de aanduiding “LEVEL-SYNC” niet
oplicht, gaat u als volgt te werk.
0)
=+·P p
§
1 2 3,4
0)
=+·P p
§
REC
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
39NL
1Druk op de •REC opnametoets.
De minidisc-recorder komt in
gereedheid voor opname.
2Druk net zovaak op de EDIT/NO
toets van de minidisc-recorder tot
de aanduiding “LevelSync?” in het
uitleesvenster verschijnt.
3Druk op de YES toets van de
minidisc-recorder.
Nu wordt er “LevelSync ON?”
aangegeven.
4Druk nogmaals op YES.
De aanduiding “LEVEL-SYNC” licht op
in het uitleesvenster van de minidisc-
recorder.
5Begin met opnemen.
Uitschakelen van de automatische
muziekstuknummering
Volg de aanwijzingen hierboven, maar druk
in stap 4 op de EDIT/NO toets. Dan dooft de
“LEVEL-SYNC” aanduiding. Nu wordt er bij
analoog opnemen alleen aan het begin van de
eerste opname een enkel muziekstuknummer
aangebracht.
Alvorens te beginnen
met bewerken
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Onthoud dat u na het bewerken van opnamen
altijd de minidisc even uit het apparaat moet
nemen, omdat pas daardoor de informatie
betreffende de opname/bewerking op de
minidisc wordt bijgeschreven.
Betreffende het bewerken van
muziek op minidisc
Opnieuw opnemen van een tegenvallende
minidisc is niet nodig, want met de
bewerkingsfuncties kunt u de gemaakte
opnamen geheel naar wens aanpassen.
Erase: Wissen van opnamen
Gebruik de ERASE wisfunctie (zie blz. 40).
Hiermee kunt u een enkel muziekstuk
verwijderen of alle nummers in één keer
wissen.
Move: Wijzigen van de volgorde van de
muziekstukken
Gebruik de MOVE verplaatsfunctie (zie blz.
42) om de muziekstukken in de gewenste
volgorde te zetten.
Divide: Markeren van het begin van een
muziekpassage
Gebruik de DIVIDE verdeelfunctie (zie blz.
43) om op de gewenste punten nieuwe
muziekstuknummers aan te brengen. Dan
zijn uw favoriete muziekpassages daarmee
direct op te zoeken.
Combine: Samenstellen van een medley
door samenvoegen van nummers
Gebruik de DIVIDE verdeelfunctie en de
ERASE wisfunctie om ongewenste nummers
of passages te verwijderen en combineer dan
de delen die goed samen klinken met behulp
van de COMBINE samenvoegfunctie (zie blz.
44).
Undo: Ongedaan maken van de laatste
wijziging
Met de UNDO herstelfunctie kunt u de laatste
ingreep op de minidisc ongedaan maken,
zodat de minidisc weer terugkomt in de
toestand die bestond vóór u de laatste
bewerking aanbracht (zie blz. 45).
Name: Naamgeving van minidiscs en
muziekstukken
Met deze functie kunt u de zelf opgenomen
minidiscs en alle muziekstukken daarop van
zelfgekozen titels voorzien. In uw titels kunt u
gebruik maken van hoofdletters, kleine letters,
cijfers en symbolen (zie blz. 46).
Door zorgvuldig, creatief gebruik van de
bewerkingsfuncties kunt u zelf originele nieuwe
minidisc-albums samenstellen.
40NL
Wissen van minidisc-
opnamen
— ERASE wisfunctie
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt ongewenste opnamen gemakkelijk
van een minidisc wissen, door enkel de
inhoudsopgave bij te werken. U kunt kiezen
uit de volgende drie wismethoden:
Wissen van een enkel muziekstuk
Wissen van alle muziekstukken
Wissen van een deel van een muziekstuk
Wissen van een enkel
muziekstuk
U kunt een muziekstuk wissen door
eenvoudigweg het nummer ervan in te
voeren. Bij het wissen wordt het aantal
muziekstukken op de minidisc met één
verminderd en schuiven alle muziekstukken
volgend op het gewiste nummer een plaatsje
op.
Voorbeeld: Wissen van muziekstuk B.
1Druk op de =0 of )+
toets totdat het nummer van het
muziekstuk dat u wilt wissen in het
uitleesvenster verschijnt.
2Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot er “Erase?” in het
uitleesvenster van de minidisc-
recorder wordt aangegeven.
3Druk op de YES toets als u het
muziekstuk wilt wissen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu
enkele seconden lang in het
uitleesvenster en het gekozen
muziekstuk wordt met titel en al van de
minidisc gewist. Als u een muziekstuk
aldus verwijdert tijdens afspelen ervan,
gaat de weergave onmiddellijk door met
het volgende muziekstuk.
4Herhaal de stappen 1 t/m 3 voor elk
van de muziekstukken die u wilt
wissen.
Annuleren van de enkel-nummer
wisfunctie
Druk enkele malen op de EDIT/NO toets of
op de p stoptoets totdat de aanduiding
“Erase” verdwijnt. Of druk op de =0 of
)+ toets totdat de aanduiding “Erase”
verdwijnt, als u een ander
muziekstuknummer wilt wissen.
Opmerking
De aanduiding “Erase !?” verschijnt als het
betreffende muziekstuk werd opgenomen of
bewerkt op een andere minidisc-recorder en tegen
wissen is beveiligd. Als u dit muziekstuk
desondanks wilt wissen, druk dan weer op de YES
toets terwijl deze “Erase !?” aanduiding oplicht.
1
1
23
2
4
3
Muziekstuknummers B wordt gewist.
Oorspronkelijke
opnamen AB C D
AC D
Wissen
(Erase)
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
p
123
41NL
Wissen van alle
muziekstukken
U kunt de minidisc-titel, alle muziekstukken
en al hun titels in één keer van de minidisc
wissen.
wordt vervolgd
1Druk met de minidisc-recorder in de
stopstand enkele malen op de
EDIT/NO toets tot er “All Erase?”
in het uitleesvenster van de
minidisc-recorder wordt
aangegeven.
2Druk op de YES toets.
Ter bevestiging verschijnt er “All Erase
??”.
3Druk nogmaals op de YES toets om
de gehele minidisc te wissen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu
enkele seconden lang in het
uitleesvenster en alle muziekstukken,
nummers en titels worden van de
minidisc gewist.
Annuleren van de complete-
minidisc wisfunctie
Druk enkele malen op de EDIT/NO toets of
op de p stoptoets totdat de aanduiding “All
Erase?” verdwijnt.
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
p
1 2,3
Wissen van een deel van
een muziekstuk
Met behulp van de functies voor
onderverdelen (Divide, zie blz. 43), wissen
(Erase, zie blz. 40) en samenvoegen van
muziekstukken (Combine, zie blz. 44) kunt u
een bepaald gedeelte van een muziekstuk
wissen.
Voorbeeld:Wissen van een deel van
muziekstuk A.
1
1
2
2
3
12 4
123
43
3
AB
Oorspronkelijke
opnamen
Muziekstuknummers Deel dat u wilt
wissen
* De muziekstukken krijgen nieuwe nummers.
A(a+c)B
Samenvoegen
(Combine, blz.
44)
A-aBA-c
Wissen
(Erase, blz.
40)
A-aBA-bA-c
Onderverdelen
(Divide, blz. 43)
Muziekstuk A in drie
delen scheiden.*
Deel A-b wissen.
Delen A-a en A-c
samenvoegen.
Hernummerde
muziekstukken
42NL
Verplaatsen van
opgenomen
muziekstukken
— MOVE verplaatsfunctie
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt de volgorde van de muziekstukken
aanpassen door een muziekstuk op een
andere plaats te zetten. Na het verplaatsen
van een muziekstuk worden alle
muziekstukken tussen de oude en de nieuwe
plaats automatisch hernummerd.
Voorbeeld: Verplaatsen van muziekstuk C
naar plaats nummer 2.
1Druk op de =0 of )+
toets om in te stellen op het nummer
van het muziekstuk dat u wilt
verplaatsen.
2Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot er “Move ?” verschijnt in
het uitleesvenster van de minidisc-
recorder.
3Druk op de YES toets.
4Druk op de =0 of )+
toets tot de nieuwe plaats voor het
muziekstuk wordt aangegeven.
5Druk op de YES toets om het
muziekstuk te verplaatsen.
De aanduiding “Complete” verschijnt nu
enkele seconden lang in het
uitleesvenster.
Annuleren van de verplaatsfunctie
Druk op de EDIT/NO toets of op de p
stoptoets.
1
1
2
2
43
4
3
AB C D
Muziekstuknummers
Oorspronkelijke
opnamen
Muziekstuk C
verplaatsen naar
de tweede plaats.
DCBA
Verplaatsen
(Move)
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
2 1,4 p
3,5
Oorspronkelijk
muziekstuknummer Nieuw gekozen
plaatsnummer
43NL
Onderverdelen van
opgenomen
muziekstukken
— DIVIDE verdeelfunctie
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Met deze functie kunt u muziekstuknummers
aanbrengen in een lange opname die ten
onrechte onder een enkel nummer staat.
Bovendien kunt u hiermee naar eigen inzicht
muziekstuknummers aanbrengen na afloop
van het opnemen. Bij een enkele
onderverdeling wordt het aantal nummers op
de minidisc met één verhoogd en schuiven
alle muziekstukken volgend op het gesplitste
nummer een plaatsje op.
Voorbeeld: Onderverdelen van muziekstuk 2
om deel B en deel C een eigen
muziekstuknummer te geven.
1Druk tijdens afspelen van een
minidisc op de ^ toets bij het punt
waar u het weergegeven
muziekstuk wilt onderverdelen.
De minidisc-recorder pauzeert de
weergave.
2Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot er “Divide ?” verschijnt.
3Druk op de YES toets.
Nu verschijnen om en om de
aanduidingen “Rehearsal” en “Position
ok?” in het uitleesvenster, terwijl het
begin van uw nieuwe muziekstuk
herhaaldelijk wordt weergegeven.
Om het verdeelpunt nauwkeurig in te
stellen als het nog niet geheel juist is:
1Druk op de EDIT/NO toets.
2Terwijl u naar de weergave luistert,
drukt u op de =0 of )+
toets om het beginpunt van uw
nieuwe muziekstuk precies goed in te
stellen.
U kunt het beginpunt verplaatsen in
kleine stapjes van elk ongeveer 0,06
seconde, binnen een bereik van –128
tot +127 stapjes, zoals aangegeven in
het uitleesvenster.
4Druk op de YES toets wanneer de
plaats van het beginpunt naar wens
is.
Nu wordt er enkele seconden lang
“Complete” in het uitleesvenster
aangegeven en begint het afspelen van
het nieuwe muziekstuk. Het door
onderverdelen gecreëerde nieuwe
muziekstuk heeft nog geen titel, ook al
had het oorspronkelijke muziekstuk er
wel een.
1
1
2
2
3
43
Oorspronkelijke
opnamen
Muziekstuknummers
ADBC
DAB C
Onderverdelen
(Divide)
Muziekstuk 2 verdelen in
muziekstuk B en muziekstuk C.
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
1p
=0/
)+ 3,42
wordt vervolgd
44NL
Onderverdelen van opgenomen
muziekstukken
— DIVIDE verdeelfunctie (vervolg)
1Druk op de =0 of )+
toets om in te stellen op het tweede
van de muziekstukken die u wilt
samenvoegen.
Als u bijvoorbeeld de muziekstukken 3
en 4 tot een enkel nummer wilt
samenvoegen, stelt u in op muziekstuk
nummer 4.
Samenvoegen van
opgenomen
muziekstukken
— COMBINE samenvoegfunctie
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Met deze functie kunt u verscheidene
muziekstukken of afzonderlijk opgenomen
passages tot een enkel muziekstuk
samenvoegen. Het totale aantal
muziekstukken op de minidisc wordt met één
verminderd en alle muziekstukken volgend
op de samengevoegde nummers worden
hernummerd.
Voorbeeld: Samenvoegen van muziekstukken
B en C.
Annuleren van de verdeelfunctie
Druk op de p stoptoets.
Tips
Ook tijdens opnemen kunt u de muziekstukken al
onderverdelen. Hiervoor drukt u bij het gewenste
verdeel/beginpunt eenvoudigweg op de •REC
toets.
Als u de twee delen van het muziekstuk later weer
wilt samenvoegen, gebruikt u de Combine functie
die hierna volgt.
1
1
2
2
3
43
AB C D
Oorspronkelijke
opnamen
Muziekstuknummers
DAB C
Samenvoegen
(Combine)
Samenvoegen van B en C tot
één muziekstuk.
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
0)
=+·P p
§
p
213,4
45NL
Ongedaan maken van
de laatste wijziging
— UNDO herstelfunctie
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Met de herstelfunctie kunt u de laatste
ingreep op de minidisc ongedaan maken,
zodat de minidisc weer in de oorspronkelijke
toestand terugkomt.
Overigens zult u een wijziging niet ongedaan
kunnen maken als u erna het volgende hebt
gedaan:
indrukken van de •REC opnametoets of de
CD SYNC toets van de minidisc-recorder;
bijwerken van de inhoudsopgave door
uitschakelen van de minidisc-recorder of
uitnemen van de minidisc;
verbreken van de stroomvoorziening, door
de stekker uit het stopcontact te trekken.
1Met de minidisc-recorder in de
stopstand, zonder een
muziekstuknummer in het
uitleesvenster, drukt u enkele malen
op de EDIT/NO toets tot er
“Undo?” in het uitleesvenster van
de minidisc-recorder verschijnt.
De aanduiding “Undo?” zal niet
verschijnen als er nog geen wijziging is
gemaakt.
2Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot er “Combine?” verschijnt in
het uitleesvenster van de minidisc-
recorder.
3Druk op de YES toets.
Nu verschijnen om en om de
aanduidingen “Rehearsal” en “Track
ok?” in het uitleesvenster, terwijl het
overgangspunt van de twee
muziekstukken (m.a.w. het eind van het
eerste muziekstuk en het begin van het
tweede muziekstuk) herhaaldelijk
achtereen wordt weergegeven.
Als u bij nader inzien de muziekstukken
niet wilt samenvoegen, drukt u nu op de
EDIT/NO toets of de p stoptoets.
4Druk nogmaals op de YES toets
wanneer de overgang tussen de
muziekstukken naar wens verloopt.
Nu wordt er enkele seconden lang
“Complete” in het uitleesvenster
aangegeven, terwijl de muziekstukken
worden samengevoegd.
Als de beide gecombineerde
muziekstukken elk een eigen titel
hadden, komt de tweede titel hierbij te
vervallen.
Annuleren van de combineerfunctie
Druk op de EDIT/NO toets of op de p
stoptoets.
Opmerking
Als er tijdens deze procedure “Sorry” in het
uitleesvenster verschijnt, dan kunnen de gekozen
muziekstukken niet worden samengevoegd. Dit
kan zich wel eens voordoen als er aan een bepaald
muziekstuk al te veel “gesleuteld” is. Dit hangt
samen met de technische beperkingen van het
minidisc-systeem en wijst niet op een mechanische
storing in de minidisc-recorder.
Tip
Als u de twee gecombineerde muziekstukken later
weer wilt scheiden, gebruikt u de Divide functie (zie
blz. 43).
0)
=+·P p
§
p
12,3
Minidisc-recorder (los verkrijgbaar)
wordt vervolgd
46NL
2,6,
7,8
14,9
5
3
PLAY MODE
CLEAR
SCROLL
Ongedaan maken van de laatste
wijziging
— UNDO herstelfunctie (vervolg) Naamgeving van
minidiscs en
muziekstukken
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
U kunt uw opgenomen minidiscs en alle
muziekstukken daarop van zelfgekozen titels
voorzien. Per minidisc kunt u in totaal 1700
lettertekens voor uw titels invoeren.
2Druk op de YES toets.
Een van de volgende aanduidingen
verschijnt in het uitleesvenster,
afhankelijk van de laatste wijziging die u
ongedaan kunt maken:
1Druk net zovaak op de FUNCTION
toets tot er “MD” wordt aangegeven
in het uitleesvenster van de tuner/
CD-speler.
2Als u de gehele minidisc van een
titel wilt voorzien, drukt u op de p
stoptoets zodat het afspelen van de
minidisc stopt.
3Druk nogmaals op de YES toets.
De aanduiding “Complete” verschijnt
enkele seconden lang in het
uitleesvenster en de inhoud van de
minidisc wordt weer in de
oorspronkelijke stand hersteld.
Uitschakelen van de herstel-
functie
Druk op de EDIT/NO toets of de p stoptoets.
Gemaakte wijziging:
Wissen van een enkel
muziekstuk
Wissen van een deel
van een muziekstuk
Onderverdelen van
een muziekstuk
Samenvoegen van
muziekstukken
Verplaatsen van een
muziekstuk
Naamgeving van een
muziekstuk of een
gehele minidisc
Wijzigen van een
bestaande titel
Wissen van alle titels
van de minidisc
Aanduiding:
“Erase Undo?”
“Divide Undo?”
“Combine Undo?”
“Move Undo?”
“Name Undo?”
Afstandsbediening (binnenpaneel)
1
2
Afstandsbediening (buitenpaneel)
47NL
De cursor schuift een plaatsje naar rechts
op en gaat knipperen, voor invoer van
de volgende letter.
8Herhaal de stappen 5 t/m 7 voor elk
van de volgende lettertekens, tot u
de gehele gewenste titel hebt
ingevoerd.
Als u per ongeluk een verkeerde letter
hebt ingevoerd, drukt u op de ? of /
toets tot het te corrigeren letterteken gaat
knipperen en dan herhaalt u dan de
stappen 5 t/m 7 voor het juiste
letterteken.
Om een letterteken te wissen, drukt u op
de CLEAR wistoets terwijl het
letterteken nog knippert.
9Druk tenslotte op de YES
invoertoets om de titelprocedure af
te ronden.
De ingevoerde titels lopen in volgorde
door het uitleesvenster.
Uitschakelen van de titelinvoer
Druk op de p stoptoets.
Controleren van de titels
Om de titel van de minidisc te controleren,
drukt u in de stopstand op de SCROLL
doorlooptoets. Om de titels van de
muziekstukken te zien, drukt u op de
SCROLL doorlooptoets tijdens het afspelen
van de minidisc. De titels lopen dan in
volgorde door het uitleesvenster. Druk weer
op de SCROLL toets om het doorlopen van
de titelweergave te pauzeren en nogmaals
wanneer u het doorlopen wilt hervatten.
Wissen van alle titels
1Druk enkele malen op de EDIT/NO toets
tot er “Name Erase?” wordt aangegeven in
het uitleesvenster van de minidisc-
recorder.
2Druk op de YES toets.
De aanduiding “Complete” verschijnt en
alle titels van de muziekstukken en de disc-
titel zelf worden van de minidisc gewist.
Opmerking
U kunt een weergegeven muziekstuk tijdens
weergave van een titel voorzien, maar dan moet u
wel de gehele titelprocedure voltooien voordat het
muziekstuk eindigt.
Om een muziekstuk van een titel te
voorzien, drukt u op de / toets van de
afstandsbediening tot het gewenste
muziekstuknummer wordt aangegeven.
Opmerking
Als er “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het
uitleesvenster wordt aangegeven, drukt u
enkele malen op de PLAY MODE toets tot die
aanduiding verdwijnt.
3Druk enkele malen op de EDIT/NO
toets tot er “Name in ?” wordt
aangegeven in het uitleesvenster
van de minidisc-recorder.
4Druk op de YES toets.
De cursor voor het invoeren van de
letters gaat knipperen.
5Druk enkele malen op de
CHARACTER toets om in te stellen
op het gewenste soort letterteken.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de letter-aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
A (hoofdletters) n a (kleine letters) n 0
(cijfers)/! (symbolen)* n (spatie)
n A…
*In uw muziektitels kunt u de
volgende symbolen gebruiken:
6Druk op de + of – toets van de
afstandsbediening) tot u het
gewenste letterteken ziet.
Het gekozen letterteken gaat knipperen.
Om een spatie in te voeren, drukt u op
de / toets terwijl de cursor knippert.
7Druk op de / toets van de
afstandsbediening) om het gekozen
letterteken in te voeren.
! " # $ % & ' ( ) + , – . / : ; < = > ? @
_ `
48NL
Stereo cassettedeck
Opnemen van CD’s
met keuze van de
nummervolgorde
(alleen voor gebruikers van de
TC-TX101)
Tijdens het samenstellen van een
muziekselectie voor opname op cassette kunt
u de totale speelduur aanpassen aan de
beschikbare opnametijd op de cassette.
1Plaats een compact disc in de CD-
speler.
2Druk enkele malen op de
FUNCTION toets tot er “CD” wordt
aangegeven in het uitleesvenster
van de tuner/CD-speler.
3Programmeer de muziekstukken die
u wilt opnemen op cassettekant A.
Volg de aanwijzingen onder
“Programma-weergave van
muziekstukken op CD – PROGRAM
weergave” (zie blz. 25).
4Druk op de P pauzetoets van de
afstandsbediening.
De aanduiding “P” verschijnt in het
uitleesvenster en de totale speelduur
wordt teruggesteld op “0m00s”
5Programmeer de muziekstukken
voor opname op cassettekant B op
dezelfde wijze als u hebt gedaan
voor kant A.
6Volg de aanwijzingen 3 t/m 6 onder
“Opnemen van een compact disc op
cassette (zie blz. 15).
Nu begint het opnemen.
Als u twee muziekprogramma’s hebt
gemaakt, voor cassettekanten A en B, zal
de compact disc weergave na afloop van
het opnemen op kant A in de
pauzestand blijven wachten. Het stereo
cassettedeck gaat echter ook zonder
signaal door met opnemen van stilte tot
het eind van kant A, om dan de
bandlooprichting om te keren en door te
gaan met het opnemen van uw gekozen
muziekstukken voor kant B. Nadat alle
muziekstukken zijn opgenomen, neemt
het deck nog vier seconden stilte op en
stopt dan.
Tuner/CD-speler
§
0)
=+·P p
2
POWER 1
§
0)
·ª
Pp
DIRECTION CD SYNC
p
4
2
Cassettedeck (los verkrijgbaar)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
49NL
(alleen voor gebruikers van de TC-
TX101)
Met handmatig opnemen kunt u de muziek
van een compact disc preciezer kiezen of
bijvoorbeeld een aantal muziekstukken
invoegen in reeds bestaande opnamen op een
cassette.
Handmatig opnemen
van een CD e.d. op
cassette
Uitschakelen van de programma-
opnamefunctie
Druk op de p stoptoets van het cassettedeck.
Opmerkingen
• Als het laatste gedeelte van een opgenomen
muziekstuk op de aanloopband terecht komt, zal
het geluid wegvallen en de opname incompleet
zijn.
• Voor het programmeren van een muziekselectie
voor de tweede cassettekant B dient u vooral te
zorgen dat de geprogrammeerde muziekstukken
voor kant A de beschikbare opnameduur niet
overschrijden, anders kan het opnemen niet naar
behoren verlopen.
Beginnen met opnemen halverwege
de cassettekant
• Speel het einde van de bestaande opnamen op de
cassette af of neem enkele seconden lang een stille
passage op en druk dan op de CD SYNC toets.
Zodra u hiermee het opnemen inschakelt, begint
ook het afspelen van de compact disc.
• Bij indrukken van de CD SYNC toets na het
insteken van een cassette, zonder verdere
voorbereiding, begint het afspelen van de compact
disc pas 10 seconden nadat het opnemen is gestart.
Dit is een vaste voorzorgsmaatregel om opnemen
op de aanloopband en verlies van de eerste
muziek te voorkomen; u dient er vooral rekening
mee te houden als u begint met opnemen ergens
halverwege de cassette.
§
0)
=+
·P p
2
POWER
§
0)
·ª
p
P
1
5743 6
p
Tuner/CD-speler
Cassettedeck
(los verkrijgbaar)
wordt vervolgd
50NL
1Plaats een cassette in het deck.
2Druk net zovaak op de FUNCTION
toets tot de op te nemen geluidsbron
wordt aangegeven in het
uitleesvenster van de tuner/CD-
speler.
3Schuif de DIRECTION schakelaar in
de stand voor enkelzijdig of
dubbelzijdig opnemen.
* Het opnemen stopt altijd automatisch aan
het eind van de onderste kant van de
cassette. Voor dubbelzijdig opnemen dient u
te beginnen aan de bovenste kant.
4Om storende bandruis in zacht
doorkomende hoge frequenties te
onderdrukken, schuift u nu de
DOLBY NR schakelaar in de “ON”
stand.
5Druk op de REC opnametoets van
het cassettedeck.
Het stereo cassettedeck komt in
gereedheid voor opname, waarbij de
aanduiding en het lampje van de
P pauzetoets op het cassettedeck
oplichten.
Het lampje van de ( of 9 toets licht
op en het andere lampje knippert even
en dooft dan. Als het ( of 9 lampje
niet oplicht of knippert, wijst dit erop
dat het wispreventienokje voor de
betreffende cassettekant is uitgebroken.
Dan kunt u op die cassettekant niet
opnemen.
6Druk op de ( of 9 toets om te
kiezen op welke cassettekant u met
opnemen wilt beginnen.
Om te beginnen met opnemen op de
bovenliggende kant van de cassette
drukt u op de ( toets.
Om op te nemen op de onderliggende
kant drukt u op de 9 toets.*
* In het laatste geval zal er alleen worden
opgenomen op de onderste kant van de
cassette.
7Druk op de P pauzetoets van het
cassettedeck.
Nu begint het opnemen.
Als u de DIRECTION schakelaar in de
a stand hebt gezet, zal het opnemen
stoppen aan het eind van de tweede
(onderste) cassettekant.
8Start de weergave van de
geluidsbron.
Stoppen met opnemen
Druk op de p stoptoets van het cassettedeck.
Opmerking
Als u tijdens het opnemen op de FUNCTION toets
drukt, stopt het opnemen.
Geluidsbron
Compact disc
Radio
Andere audio/
video-apparatuur
Minidisc
Aanduiding
CD
TUNER
VIDEO of PC
MD
Handmatig opnemen van een CD
e.d. op cassette (vervolg)
Voor opnemen op
één cassettekant
beide cassettekanten*
Schuift u
DIRECTION naar
A
a
51NL
Instellen van de
weergave
Extra versterking van
de bassen
— DBFB basversterking
Met de DBFB (Dynamic Bass Feedback)
basversterking kunt u de lage tonen extra
versterken, om het geluid voller en krachtiger
te laten klinken.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
§
0)
=+·P p
DBFB
DBFB
DBFB
n DBFB ON n DBFB OFF
Druk op de DBFB toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Zolang de DBFB basversterking is
ingeschakeld, brandt de “DBFB” aanduiding
in het uitleesvenster van de tuner/CD-speler.
Opmerking
Wanneer de DBFB basversterking en de Surround
akoestiekverruiming zijn uitgeschakeld, kunt u
genieten van bijna dezelfde geluidsweergave als
met directe weergave van compact discs (Source
Direct systeem).
Tuner/CD-speler
52NL
BALANCE
L/R
Druk op de BALANCE L of R toets.
Druk op de BALANCE R toets om de
relatieve geluidssterkte van de rechter
luidspreker te verhogen en druk op de
BALANCE L toets om de geluidssterkte van
de linker luidspreker te verhogen.
Telkens wanneer u op deze toetsen drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
10 LEFT n 9 LEFT n ..... n 1 LEFT n
CENTER n 1 RIGHT n 2 RIGHT n ..... n
10 RIGHT
Weergave met
akoestiekverruiming
Met deze functie klinkt de weergave extra
ruimtelijk, zoals in een bioscoop of
concertzaal.
Druk op de SURROUND toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Zolang de SURROUND akoestiekverruiming
is ingeschakeld, brandt de “SURR”
aanduiding in het uitleesvenster van de
tuner/CD-speler.
Opmerking
Wanneer de Surround akoestiekverruiming en de
DBFB basversterking zijn uitgeschakeld, kunt u
genieten van bijna dezelfde geluidsweergave als
met directe weergave van compact discs (Directe
signaalweergave).
Instellen van de
luidsprekerbalans
U kunt de geluidsbalans van het linker en
rechter kanaal bijregelen om een beter stereo
klankbeeld te verkrijgen, bijvoorbeeld als de
opstelling van de luidsprekers niet geheel
symmetrisch is.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
SURROUND
n SURR ON n SURR OFF
Afstandsbediening (binnenpaneel)
53NL
1Druk net zovaak op de BAND toets
(of de TUNER/BAND toets van de
afstandsbediening) tot de gewenste
afstemband in het uitleesvenster
wordt aangegeven.
Voor elk van uw vastgelegde
voorkeurzenders kunt u een zelf gekozen
naam van maximaal tien letters invoeren. Bij
afstemmen op een voorkeurzender zal dan de
bijbehorende zendernaam in het
uitleesvenster verschijnen.
Andere mogelijkheden
Naamgeving van uw
voorkeurzenders
— Zendernamen
Afstandsbediening (buitenpaneel)
§
0)
=+·P p
1p
13
2
7,8,9
5,10
6
4
DISPLAY
Tuner/CD-speler
Afstandsbediening (binnenpaneel)
2Druk op de TUNING MODE toets
totdat de aanduiding “PRESET” in
het uitleesvenster verschijnt.
3Druk op de TUNING + of – toets
van de afstandsbediening tot in het
uitleesvenster het nummer
verschijnt van de voorkeurzender
die u van een naam wilt voorzien.
4Druk op de EDIT/NO toets tot de
aanduiding “Name in?” verschijnt.
5Druk op de YES toets.
De cursor (plaats-markering voor het
invoeren van letters) gaat knipperen.
6Druk net zovaak op de
CHARACTER toets van de
afstandsbediening tot het gewenste
lettertype wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de lettertype-aanduiding in
het uitleesvenster als volgt:
A (hoofdletters) n a (kleine letters) n
0 (cijfers)/! (symbolen)* n (spatie)
n A…
* De volgende symbolen zijn
beschikbaar voor gebruik in uw
zendernamen:
7Druk op de + of – toets van de
afstandsbediening tot het gewenste
letterteken wordt aangegeven.
Om een spatie in te voeren, drukt u op
de / pijltoets van de afstandsbediening
terwijl de cursor knippert.
wordt vervolgd
! " # $ % & ' ( ) + , – . / : ; < = > ? @
_ `
54NL
Met muziek in slaap
vallen
— SLEEP sluimerfunctie
U kunt de stereo-installatie na een zelf te
kiezen periode automatisch laten
uitschakelen, zodat u gerust met muziek in
slaap kunt vallen (dit noemen we de
sluimerfunctie). De sluimerduur is instelbaar
in stappen van 10 minuten. Voor het instellen
van deze sluimerfunctie moet wel eerst de
ingebouwde klok op de juiste tijd zijn
ingesteld (zie blz. 6).
1Start de weergave van de gewenste
geluidsbron.
2Druk op de SLEEP toets van de
afstandsbediening.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de minuten-aanduiding (de
sluimerduur of tijd tot het uitschakelen)
als volgt:
90min n 80min n 70min nn 10min
Controleren van de resterende
sluimertijd
Druk eenmaal op de SLEEP toets.
Wijzigen van de sluimertijd na
inschakelen
Kies weer de gewenste tijd tot het
uitschakelen met de SLEEP toets.
Uitschakelen van de sluimerfunctie
Druk net zovaak op de SLEEP toets tot de
aanduiding “SLEEP OFF” verschijnt.
Opmerking
Zolang de sluimerfunctie is ingeschakeld, zullen de
wekfunctie en de schakelklok-opname niet werken.
8Druk op de / pijltoets van de
afstandsbediening om het gekozen
letterteken in te voeren.
De cursor schuift een plaatsje naar rechts
en gaat knipperen, voor de volgende
letter.
9Herhaal de stappen 6 t/m 8 tot u de
gehele zendernaam hebt ingevoerd.
Bij een vergissing in de letterkeuze drukt
u op de ? of / toets van de
afstandsbediening tot de letter die u wilt
wijzigen knippert en dan herhaalt u de
stappen 6 t/m 8. Om een letterteken uit
de zendernaam te wissen, drukt u op de
CLEAR toets terwijl het letterteken
knippert.
10 Druk tenslotte op de YES toets.
Uitschakelen van de zendernaam-
invoer
Druk op de p stoptoets van de tuner/CD-
speler.
Wissen van een eerder ingevoerde
zendernaam
1Herhaal de stappen 1 t/m 5 en druk op de
EDIT/NO toets tot alle lettertekens zijn
verdwenen.
2Druk op de YES toets.
De zendernaam wordt dan uit het
geheugen gewist.
Controleren van de zendernaam
Druk op de DISPLAY toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding in het
uitleesvenster als volgt:
Voorkeurzendernummer en
afstemfrequentie
Zendernaam*
* Als er nog geen zendernaam is vastgelegd, wordt
er hier niets aangegeven.
Afstandsbediening (buitenpaneel)
Naamgeving van uw
voorkeurzenders
— Zendernamen (vervolg)
˜
N
N
OFF
(sluimerfunctie uitgeschakeld)
SLEEP
55NL
1Breng de geluidsbron waarmee u
gewekt wilt worden in gereedheid.
Compact disc: Steek een CD in de
disc-gleuf. Als u wilt beginnen met
een bepaald muziekstuk, maakt u een
muziekprogramma (zie blz. 25).
Minidisc: Steek een minidisc in de
minidisc-recorder.
Radio: Stem af op de gewenste zender
(zie blz. 17).
Cassette: Steek een cassette in met de
kant die u wilt afspelen naar boven
gericht en druk op de ( toets zodat
de weergave zal beginnen vanaf de
bovenkant.
2Stel met de VOL + en – toetsen de
geluidssterkte voor het wekgeluid
naar wens in.
3Druk op de TIMER SET toets.
4Druk op de TIMER + of – toets tot
de aanduiding “DAILY TIMER”
verschijnt en druk dan op de
ENTER toets.
De uren-cijfers voor de wektijd gaan
knipperen.
5Stel het tijdstip in waarop u door de
stereo-installatie gewekt wilt
worden.
Druk op de TIMER + of – toets om het
juiste uur in te stellen en druk op de
ENTER toets.
Nu gaan de minuten-cijfers voor de
inschakeltijd knipperen.
Druk op de TIMER + of – toets om de
juiste minuut in te stellen en druk op de
ENTER toets.
Weer gaan de uren-cijfers knipperen, nu
voor de uitschakeltijd.
Met muziek gewekt
worden
— DAILY TIMER wekfunctie
U kunt de stereo-installatie op een vooraf
ingesteld tijdstip automatisch laten
inschakelen, zodat u met muziek gewekt
wordt. De DAILY TIMER zorgt dat het
wekgeluid elke dag op dezelfde tijd klinkt.
Voor het instellen van de wekfunctie moet
wel eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd
zijn ingesteld (zie blz. 6).
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
2
8
3
TIMER
SELECT
4,5,7
4,5,7
wordt vervolgd
56NL
6Stel op de dezelfde wijze de tijd in
waarop u de stereo-installatie wilt
laten stoppen met weergeven.
De aanduiding van de geluidsbron gaat
knipperen.
7Druk op de TIMER + of – toets tot u
de geluidsbron ziet waarmee u
gewekt wilt worden en druk dan op
de ENTER toets.
De aanduiding van de geluidsbron
verspringt als volgt:
CD source ˜ TUNER source
TAPE source ˜ MD source
In het uitleesvenster verschijnen nu de
door u gekozen inschakeltijd, de
uitschakeltijd, de geluidsbron en de
geluidssterkte, gevolgd door de
oorspronkelijke aanduidingen.
Annuleren van de
inschakelfunctie
Druk op de TIMER SET toets.
Als de aanduidingen
“CONNECTION” en “CHECK”
gaan knipperen
Dan is er iets mis met de aansluitingen
van de gekozen geluidsbron (minidisc-
recorder of cassettedeck). Controleer de
aansluitingen en verricht stap 7
opnieuw.
8Druk op de POWER schakelaar om
de stereo-installatie uit te schakelen.
De stereo-installatie komt in gereedheid
voor afspelen. Op de door u gekozen
inschakeltijd wordt de stroom
ingeschakeld en start de weergave van
de gekozen geluidsbron. Op de
ingestelde uitschakeltijd wordt de
stroom weer automatisch uitgeschakeld.
Controleren van de wekfunctie-
instellingen
Druk net zovaak op de TIMER SELECT toets
tot de aanduiding “DAILY” dooft en dan
weer verschijnt. Dan worden de door u
gekozen inschakeltijd, uitschakeltijd,
geluidsbron en geluidssterkte aangegeven,
gevolgd door de oorspronkelijke
aanduidingen.
Uitschakelen van de schakelklok-
wekfunctie
Druk net zovaak op de TIMER SELECT toets
tot de aanduiding “TIMER OFF” in het
uitleesvenster verschijnt.
Wijzigen van de wekfunctie-
instellingen
Maak de instellingen opnieuw vanaf stap 1.
Weer inschakelen van de
wekfunctie met dezelfde
instellingen
Druk op de TIMER SELECT toets tot de
aanduiding “DAILY” verschijnt en druk dan
op de POWER toets om de stereo-installatie
uit te schakelen. Eenmaal gemaakte
instellingen blijven in het geheugen bewaard
en zijn altijd gebruiksklaar.
Met muziek gewekt worden
— DAILY TIMER wekfunctie
(vervolg)
˜
˜
57NL
1Voor het opnemen op een minidisc
plaatst u een opname-minidisc in de
minidisc-recorder.
Voor het opnemen op een cassette
plaatst u een voor opnemen geschikte
cassette met de kant waarop u wilt
opnemen naar boven gericht in het
cassettedeck, en drukt u op de ( toets
zodat het opnemen zal beginnen vanaf
de bovenkant.
2Druk net zovaak op de
TUNER/BAND toets tot de
gewenste afstemband in het
uitleesvenster wordt aangegeven.
3Druk enkele malen op de
TUNING MODE toets totdat de
aanduiding “PRESET” verschijnt.
4Druk op de TUNING + of – toets
om af te stemmen op de gewenste
voorkeurzender.
5Druk op de TIMER SET toets.
6Druk op de TIMER + of – toets tot
de aanduiding “REC TIMER”
verschijnt en druk dan op de
ENTER toets.
De uren-cijfers voor de inschakeltijd
gaan knipperen.
Schakelklok-opname
van radio-
uitzendingen
U kunt de schakelklok instellen voor het
opnemen van een radio-uitzending op een
bepaalde tijd, maar dan moet de radiozender
wel in het afstemgeheugen zijn vastgelegd
(zie blz. 7) en moet de klok op de juiste tijd
zijn ingesteld (zie blz. 6).
Wanneer u een radio-uitzending opneemt
van een voorkeurzender waarvoor u een
zendernaam hebt vastgelegd (zie blz. 53), dan
zal die zendernaam ook automatisch samen
met de inschakeltijd en de uitschakeltijd op
de minidisc worden opgenomen.
Afstandsbediening (binnenpaneel)
Afstandsbediening (buitenpaneel)
4
10
6,7,9
5
6,7,9
2
3
TIMER
SELECT
wordt vervolgd
58NL
7Stel de tijd in waarop u met
opnemen wilt beginnen.
Druk op de TIMER + of – toets om het
juiste uur in te stellen en druk op de
ENTER toets.
Nu gaan de minuten-cijfers voor de
inschakeltijd knipperen.
Druk op de TIMER + of – toets om de
juiste minuut in te stellen en druk op de
ENTER toets.
Weer gaan de uren-cijfers knipperen, nu
voor de uitschakeltijd.
8Stel op de dezelfde wijze de tijd in
waarop u wilt stoppen met
opnemen.
9Druk op de TIMER +/– toets om te
kiezen waarop u de radio-
uitzending wilt opnemen en druk
dan op de ENTER toets.
Voor opnemen op een cassette drukt u
tot er “REC to TAPE” verschijnt.
Voor opnemen op een minidisc drukt u
tot er “REC to MD” of “REC to MD
(MONO)*” verschijnt.
Daarna verschijnen de gemaakte
instellingen één voor één in het
uitleesvenster.
Annuleren van de
inschakelfunctie
Druk op de TIMER SET toets.
Als de aanduidingen
“CONNECTION” en “CHECK”
gaan knipperen
Dan is er iets mis met de aansluitingen
van de gekozen opname-apparatuur
(minidisc-recorder of cassettedeck).
Controleer de aansluitingen en verricht
stap 9 opnieuw.
10 Druk op de POWER schakelaar om
de stereo-installatie uit te schakelen.
De stereo-installatie komt in gereedheid
voor afspelen. Op de door u gekozen
inschakeltijd wordt de stroom
ingeschakeld en start het opnemen van
de gekozen geluidsbron. Op de
ingestelde uitschakeltijd wordt de
schakelklok en de stroom weer
automatisch uitgeschakeld. Tijdens het
opnemen staat de geluidssterkte in de
minimumstand en blijft daar naderhand
ook op ingesteld.
* “REC to MD (MONO)”: In deze stand kunt u
mono geluidsopnamen maken, waarbij de
beschikbare opnameduur tweemaal zo lang
wordt.
Controleren van de
schakelklokopname-instellingen
Druk net zovaak op de TIMER SELECT toets
tot de aanduiding “REC” dooft en er “TIMER
OFF” verschijnt. Dan worden de door u
gekozen inschakeltijd, uitschakeltijd,
geluidsbron en geluidssterkte aangegeven,
gevolgd door de oorspronkelijke
aanduidingen.
Uitschakelen van de schakelklok-
functie
Druk net zovaak op de TIMER SELECT toets
tot de aanduiding “TIMER OFF” in het
uitleesvenster verschijnt.
Wijzigen van de opname-
instellingen
Maak de instellingen opnieuw vanaf stap 1.
Weer inschakelen van de opname-
schakelklok met dezelfde
instellingen
Druk op de TIMER SELECT toets tot de
aanduiding “REC” verschijnt en druk dan op
de POWER toets om de stereo-installatie uit
te schakelen. Eenmaal gemaakte instellingen
blijven in het geheugen bewaard en zijn altijd
gebruiksklaar.
Opmerking
Als de opname-minidisc tijdens de schakelklok-
opname vol raakt, stopt het opnemen onmiddellijk
en wordt de minidisc-recorder uitgeschakeld.
Schakelklok-opname van radio-
uitzendingen (vervolg)
59NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Betreffende de luidsprekers
Alhoewel deze luidsprekers magnetisch zijn
afgeschermd, kan er in bepaalde gevallen toch
sprake zijn van vervorming in de beeldweergave op
een TV-toestel of computermonitor. Als dit zich
voordoet, schakel de TV of computer (gegevens
veilig stellen!) dan eenmaal uit en vervolgens na 15
à 30 minuten weer in.
Als er na weer inschakelen geen verbetering
zichtbaar is in de kleurweergave, zet de
luidsprekers en de TV of monitor dan iets verder
van elkaar vandaan. Zorg er bovendien voor dat
voorwerpen waarin magneten worden gebruikt,
zoals een audiorek, een TV-standaard, bepaald soort
speelgoed, etc., niet in de buurt van de TV of de
computer staan, aangezien interactie tussen de
magneten ervan en deze apparatuur storing in het
beeld kan veroorzaken.
Beveiligen van een opgenomen
minidisc
Om de opnamen op een minidisc te beveiligen tegen
per ongeluk wissen, schuift u het wispreventienokje
in de hoek van de minidisc open, zodat er een
opening ontstaat.
In die stand is opnemen op de minidisc niet meer
mogelijk. Om de minidisc weer geschikt te maken
voor opname, schuift u het wispreventienokje weer
dicht.
Betreffende de omgang met
minidiscs
Open nooit het schuifdeksel van de minidisc. Als
het schuifdeksel per ongeluk open schuift, dient u
het onmiddellijk weer te sluiten.
Als de buitenkant van een minidisc vuil is, kunt u
deze schoonvegen met een droog doekje.
Zorg dat uw minidiscs niet worden blootgesteld
aan fel zonlicht of de hitte van een kachel of
verwarmingsradiator; laat minidiscs nooit achter
in een afgesloten auto die in de volle zon
geparkeerd staat.
Veiligheid
• Zolang de stekker van het netsnoer in het
stopcontact zit, blijft er sprake van
stroomvoorziening, ook al is het apparaat zelf
uitgeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u
denkt het apparaat geruime tijd niet te gebruiken.
Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te
trekken. Trek nooit aan het snoer.
• Mocht er vloeistof of een voorwerp in het
inwendige van het apparaat terechtkomen,
verbreek dan de aansluiting op het stopcontact en
laat de stereo-installatie daarna eerst door een
deskundige nakijken alvorens deze weer in
gebruik te nemen.
• Mocht het nodig zijn het netsnoer of de stekker te
vervangen, laat dit dan uitsluitend bij een erkende
vakhandel verrichten.
Opstelling
• Zet de stereo-installatie op een plaats met
voldoende ventilatie om oververhitting van de
inwendige onderdelen te voorkomen, in het
belang van een langdurige betrouwbare werking.
• Zorg dat het apparaat zo goed mogelijk
horizontaal staat.
• Plaats het apparaat niet ergens waar het
blootgesteld wordt aan:
extreme hitte of koude
stof of vuil
– erg veel vocht
– heftige trillingen
– directe zonnestraling.
Voorkomen van beschadiging
• Als de stereo-installatie rechtstreeks van een
koude in een warme omgeving wordt gebracht of
in een erg vochtige kamer wordt geplaatst, kan op
de lens binnenin de compact disc speler of de
minidisc-recorder vocht uit de lucht condenseren.
Als dit zich voordoet, zal de stereo-installatie niet
naar behoren functioneren. In zulke gevallen
dient u de CD of minidisc te verwijderen en het
apparaat ongeveer een uur ingeschakeld maar
ongebruikt aan te laten staan, zodat alle
condensvocht kan verdampen.
• Voor u de tuner/CD-speler verplaatst of vervoert,
schakelt u het apparaat uit, dan controleert u of de
tijdsaanduiding wordt aangegeven en pas daarna
trekt u de stekker uit het stopcontact.
Voor het verplaatsen van de minidisc-recorder
schakelt u deze uit, controleert u of alle
aanduidingen verdwijnen en dan trekt u de
stekker uit het stopcontact.
Mocht u vragen of problemen met uw stereo-
installatie hebben, aarzel dan niet contact op te
nemen met de dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Schuifdeksel
Schuif het nokje
open.
Wispreventienokje
wordt vervolgd
60NL
Betreffende de omgang met
compact discs
Veeg een CD voor het afspelen schoon met een
niet pluizend reinigingsdoekje, vanuit het midden
naar de rand. Berg elke CD na het afspelen weer
in het bijbehorende doosje op.
Gebruik voor het reinigen geen oplosmiddelen als
benzine of thinner, evenmin als
reinigingsvloeistoffen of antistatische spray voor
het reinigen van conventionele
grammofoonplaten.
Zorg dat uw compact discs niet worden
blootgesteld aan fel zonlicht of de hitte van een
kachel of verwarmingsradiator; laat compact discs
nooit achter in een afgesloten auto die in de volle
zon geparkeerd staat.
Reinigen van de behuizing
Maak de buitenkant de apparatuur schoon met een
zacht doekje, droog of licht bevochtigd met wat
milde vloeibare zeep.
Alvorens u een cassette in het
deck plaatst
Zorg dat eventuele lussen in de band zijn
strakgetrokken. Anders zou de band in het
mechanisme verwikkeld kunnen raken, met kans op
ernstige beschadiging.
Betreffende cassettes langer dan
90 minuten
De uiterst dunne band in deze cassettes kan
gemakkelijk uitrekken en in het bandloopwerk
verstrikt raken. Bij gebruik van een dergelijke
cassette mag u de band niet te vaak stoppen,
snelspoelen en weer starten.
Beveiligen van waardevolle
bandopnamen
Om een cassette tegen per ongeluk wissen of
abusievelijk opnemen te beveiligen, breekt u het
wispreventienokje uit voor cassettekant A of B,
zoals hieronder aangegeven.
Om een beveiligde cassette weer voor opnemen te
gebruiken, dekt u de opening(en) met een stukje
plakband af.
Overigens mag u de bandsoortuitsparingen niet
afplakken, anders kan het cassettedeck het type
band niet naar behoren aflezen.
Voorzorgsmaatregelen
(vervolg)
Bandsoortuitsparingen
Wispreventienokje
van kant A
Nokje van
kant B
Wispreventienokje
voor kant A
uitbreken.
kant A
Bandsoortuitsparingen
(Niet bedekken met
plakband.)
Reinigen van de bandkoppen
Maak de bandkoppen na iedere tien gebruiksuren
even schoon. Als de koppen erg vuil worden, kan
dit leiden tot vervorming in de weergave,
verminderde geluidssterkte, wegvallend geluid,
onvolledig wissen van eerdere opnamen of
tegenvallende opnameresultaten. Maak de
bandkoppen in elk geval even schoon vóór het
maken van een belangrijke bandopname, evenals
na het afspelen van een oude cassette. Reinig de
bandkoppen met een in de audiohandel
verkrijgbare reinigingscassette. Zie hierbij de
gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette.
Demagnetiseren van de koppen
Na 20 à 30 gebruiksuren, of bij een hoorbaar verlies
aan hoge tonen en/of toename van ruis, dient u de
bandkoppen en alle metalen onderdelen van het
bandloopwerk te demagnetiseren met een in de
audiohandel verkrijgbare demagnetiseercassette.
Zie voor nadere bijzonderheden de
gebruiksaanwijzing van de demagnetiseercassette.
61NL
De totale opgenomen speelduur
plus de resterende beschikbare
opnameduur op de minidisc
komen in totaal niet aan de
nominale speelduur van de disc
(60 tot 74 minuten)
Het opnemen wordt verricht in minimum-eenheden
van 2 seconden, ongeacht de lengte van het
opgenomen materiaal. Dit kan leiden tot een
geringe afwijking van de nominale speelduur.
Daarnaast kan de speelduur van een minidisc
beperkt worden door krassen en dergelijke.
Bij het doorzoeken van muziekstukken
die door bewerking zijn samengesteld
valt het geluid af en toe weg
Muziekstukken die niet rechtstreeks zijn
opgenomen, maar door bewerking zijn
samengesteld, kunnen nogal over de minidisc
verspreid zijn en dan kan de versnelde weergave
het zoeken niet altijd bijhouden.
De muziekstuknummers worden
niet juist vastgelegd
Bij het opnemen van een compact disc via digitale
aansluitingen kunnen er wel eens extra
muziekstuknummers worden vastgelegd.
Ook al wordt er tijdens analoog opnemen
“LEVEL-SYNC” (zie blz. 38) in het uitleesvenster
aangegeven, dan nog kunnen de
muziekstuknummers soms niet naar behoren
worden vastgelegd aan het begin van elk
muziekstuk:
als het ingangssignaal minder dan twee
seconden lang onder het grensniveau blijft;
als het ingangssignaal midden in een
muziekstuk langer dan twee seconden onder
het grensniveau blijft.
Beperkingen van het
minidisc-systeem
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Het opnamesysteem van uw minidisc-recorder is
gebonden aan een aantal specifieke beperkingen,
waarvan hieronder een overzicht volgt. Deze
beperkingen zijn inherent aan het ontwerp van het
minidisc-systeem en duiden niet op storing in uw
apparatuur.
De “Disc Full” foutmelding
verschijnt reeds vóór het bereiken
van de maximale opnameduur (60
tot 74 minuten)
Wanneer er 255 nummers op de minidisc zijn
opgenomen, zal de “Disc Full” foutmelding
verschijnen, ongeacht de feitelijke opnameduur.
Een minidisc kan niet meer dan 255 muziekstukken
bevatten. Om verder te gaan met opnemen, dient u
muziekstukken te wissen of een andere minidisc te
gebruiken.
De “Disc Full” foutmelding
verschijnt reeds vóór het bereiken
van het maximaal aantal
muziekstukken (255)
Soms kunnen de zachtere passages binnen
muziekstukken worden opgevat als pauzes
ertussen, zodat het aantal nummers het feitelijk
aantal muziekstukken overschrijdt. Dan zal de
“Disc Full” foutmelding al gauw verschijnen.
De resterende opnameduur
vermeerdert niet, ook na het
wissen van diverse korte nummers
Nummers van minder dan 12 seconden lengte tellen
niet mee, zodat het wissen ervan niet tot meer
beschikbare opnameduur zal leiden.
Bepaalde muziekstukken laten zich
niet met andere samenvoegen
Na bewerking kunnen bepaalde muziekstukken niet
meer met andere te combineren zijn.
wordt vervolgd
62NL
Verhelpen van
storingen
Mocht zich een probleem voordoen met de
stereo-installatie, neemt u dan de volgende
lijst met controlepunten door.
Controleer echter eerst of het netsnoer stevig
is aangesloten en of alle aansluitingen van de
luidsprekers in orde zijn.
Is het probleem niet zo eenvoudig te
verhelpen, neem dan a.u.b. contact op met
uw dichtstbijzijnde Sony handelaar.
Algemeen
Er klinkt geen geluid.
Stel de geluidssterkte hoger in.
Wellicht is er een hoofdtelefoon
aangesloten.
Ernstige brom of ander storend geluid.
De stereo-installatie staat te dicht bij een
TV of videorecorder. Zet de stereo-
installatie verder van de TV of
videorecorder vandaan.
Er knippert “0:00” (bij Europese modellen)
of “12:00 AM” (bij andere modellen) in het
uitleesvenster.
De stroomvoorziening is onderbroken
geweest. Stel de klok op de juiste tijd in
en leg uw voorkeurzenders en
schakelklok-instellingen opnieuw in het
geheugen vast.
De schakelklok-functies werken niet naar
behoren.
Stel de klok op de juiste tijd in.
Bij indrukken van de TIMER SELECT toets
verschijnt de aanduiding “DAILY” of “REC”
niet.
Maak de schakelklok-instellingen
zorgvuldig volgens de aanwijzingen.
De afstandsbediening werkt niet.
Zorg dat er geen obstakels tussen de
afstandsbediening en de stereo-installatie
zijn.
Richt de afstandsbediening van niet al te
ver recht op de afstandsbedieningssensor
van de stereo-installatie.
Wellicht zijn de batterijen (bijna) leeg.
Vervang beide batterijen door nieuwe.
Overzicht van het één-generatie
kopieersysteem (“Serial Copy
Management System”)
Digitale audio-apparatuur zoals voor compact discs,
minidiscs en DAT cassettes maken het mogelijk om
vrijwel perfecte kopieën te maken van
geluidsmateriaal, want bij het kopiëren van digitale
signalen blijft de kwaliteit intact.
Ter bescherming van de auteursrechten van
componisten en musici is dit apparaat voorzien van
het “Serial Copy Management System” dat slechts
één generatie aan volledig digitale kopieën toestaat
via digitale aansluitingen.
Via digitale aansluitingen kunt u uitsluitend een
eerste-generatie kopie* maken van digitaal
geluidsmateriaal.
Bijvoorbeeld:
1U kunt een digitale kopie maken van een in de
handel verkrijgbaar digitaal medium (zoals een
compact disc of een voorbespeelde minidisc),
maar het is niet mogelijk van deze kopie weer een
tweede (generatie) kopie te maken.
2U kunt een digitale kopie maken van het digitaal
opgenomen geluid van een oorspronkelijk analoge
geluidsbron (zoals een grammofoonplaat of een
muziekcassette) of een opname van een digitale
satelliet-uitzending, maar hiervan kunt u weer
geen tweede kopie maken.
* Een eerste-generatie kopie is een digitale opname
van digitale signalen, gemaakt met digitale
geluidsapparatuur. Als u bijvoorbeeld met de
minidisc-recorder en de CD-speler van deze
stereo-installatie het geluid van een compact disc
opneemt, is dit een eerste-generatie digitale kopie.
Opmerkingen
Het één-generatie kopieersysteem legt u geen
beperkingen op wanneer u opneemt via analoge
aansluitingen.
Met deze stereo-installatie kunt u geen digitale
opname maken van satelliet-uitzendingen,
waarvan de bemonsteringsfrequentie 32 kHz of
48 kHz bedraagt. Voor het digitaal opnemen van
dergelijke uitzendingen hebt u een minidisc-
recorder of een DAT cassettedeck nodig dat
geschikt is voor deze frequenties. Hiervan kunt u
dan wel weer een tweede-generatie kopie maken.
Beperkingen van het minidisc-
systeem
(vervolg)
63NL
Geen geluid van één kanaal of
onevenwichtige weergave van links en rechts.
Controleer de luidspreker-aansluitingen
en de opstelling van de luidsprekers.
Druk enkele malen op de BALANCE L of
R toets tot de aanduiding “CENTER”
verschijnt.
Compact disc speler
Insteken van de CD is niet mogelijk.
Controleer of er al een compact disc
aanwezig is.
Uitnemen van de CD is niet mogelijk.
Houd de 6 uitwerptoets van de tuner/
CD-speler langer dan twee seconden
ingedrukt.
Het afspelen van de compact disc begint niet.
Controleer of de compact disc vuil is.
Is de CD niet ondersteboven ingestoken?
Er is vocht uit de lucht in het apparaat
gecondenseerd. Verwijder de compact
disc en laat de stereo-installatie een uur
lang ongebruikt aan staan, zodat het
condensvocht kan verdampen.
De weergave begint niet bij het eerste
muziekstuk.
De compact disc speler staat ingesteld op
programma-weergave of weergave in
willekeurige volgorde. Druk enkele
malen op de PLAY MODE toets, zodat de
“PROGRAM” of “SHUFFLE” aanduiding
uit het uitleesvenster verdwijnt.
Minidisc-recorder
(alleen voor gebruikers van de
MDS-MX101)
Na opnemen of bewerking is de
opgenomen muziek niet te vinden.
De stekker is uit het stopcontact
getrokken zonder dat de minidisc is
uitgenomen na het opnemen of
bewerken.
Vergeet niet om de minidisc na het
opnemen of bewerken eerst uit het
apparaat te nemen, omdat pas daardoor
de informatie betreffende de opnamen op
de minidisc wordt bijgeschreven.
Insteken van de minidisc is niet mogelijk.
Controleer of er al een minidisc aanwezig
is.
De minidisc-recorder reageert niet of werkt
niet goed.
Wellicht is de minidisc beschadigd. (Dan
wordt er “Disc Error” in het
uitleesvenster aangegeven). Vervang de
minidisc door een andere.
Het afspelen van de minidisc begint niet.
Wellicht is er vocht uit de lucht in de
minidisc-recorder gecondenseerd.
Verwijder de minidisc en laat de stereo-
installatie een uur lang ongebruikt aan
staan, zodat het condensvocht kan
verdampen.
Steek de minidisc met de label-kant
boven en de pijl naar voren toe in.
Wellicht is er niets op de minidisc
opgenomen.
Het opnemen op een minidisc lukt niet.
De minidisc is tegen opnemen en wissen
beveiligd. (Dan verschijnt de aanduiding
“MD Protected”.) Schuif het
wispreventienokje opzij om de opening af
te sluiten (zie blz. 59).
Controleer of de geluidsbron naar
behoren is aangesloten.
Wellicht is de geplaatste minidisc een
voorbespeelde disc, niet geschikt voor
opnemen. Vervang deze door een
opname-minidisc.
Er is te weinig ruimte voor opnemen op
de minidisc over. Wis enkele
muziekstukken of vervang de disc door
een andere opname-minidisc met meer
ruimte.
Tijdens opnemen is de stroom
weggevallen of de stekker uit het
stopcontact geraakt. Maak de gewenste
opname opnieuw.
Cassettedeck
(alleen voor gebruikers van de
TC-TX101)
Insteken van de cassette is niet mogelijk.
Controleer of er al een cassette aanwezig
is.
Het opnemen op een cassette lukt niet.
Wellicht is het wispreventienokje van de
cassettekant uitgebroken. Bedek de
uitsparing met een stukje plakband.
Is de band niet tot het einde
doorgespoeld?
wordt vervolgd
65NL
Technische gegevens
Tuner/compact disc speler (HCD-101)
Tuner-gedeelte
Afstembereik
Model met 2 afstembanden:
Europees model: FM: 87,5 – 108 MHz
(afsteminterval 50 kHz)
AM: 522 – 1611 kHz
Overige modellen: FM: 87,5 – 108 MHz
(afsteminterval 50 kHz)
AM: 531 – 1602 kHz
(afsteminterval 9 kHz)
530 – 1710 kHz
(afsteminterval 10 kHz)
Model met 3 afstembanden:
FM: 87,5 – 108 MHz
(afsteminterval 50 kHz)
MW (MG): 522 –
1611 kHz (afsteminterval
9 kHz)
LW (LG): 144 – 288 kHz
(afsteminterval 3 kHz)
Tussenfrequenties FM: 10,7 MHz
AM: 450 kHz
Antenne-aansluitingen FM: 75 ohm
asymmetrisch
AM: Externe antenne-
aansluiting
Schakelkloksysteem Kwartskoppeling
Schakelklokinstelling Op de minuut precies
Wekfunctie-instelling In stappen van
10 minuten, tot maximaal
90 minuten
Compact disc speler
Afspeelsysteem Compact disc digitaal
audiosysteem
Laser Halfgeleider laser
(λ = 780 nm)
Laser-uitgangsvermogen Maximaal 44,6 µW*
* Deze waarde is gemeten op een afstand van ca.
200 mm van het lensoppervlak van het optisch
blok, bij een diafragma van 7 mm.
Frequentiebereik 5 Hz – 20 kHz
Signaal/ruisverhouding Meer dan 90 dB
Harmonische vervorming Minder dan 0,05%
Versterker-gedeelte
Europees model
DIN uitgangsvermogen 15 + 15 watt (aan 4 ohm,
bij 1 kHz, DIN)
Continu RMS uitgangsvermogen
21 + 21 watt (aan 4 ohm,
bij 1 kHz, 10 % THV)
Muziekvermogen 26 + 26 watt
Overige modellen
Nominaal RMS uitgangsvermogen
16 + 16 watt (aan 4 ohm,
bij 1 kHz, 1 % THV, 240/
120 V wisselstroom)
Referentie RMS uitgangsvermogen
22 + 22 watt (aan 4 ohm,
bij 1 kHz, 10% THV, 240/
120 V wisselstroom)
Ingangsaansluitingen VIDEO/PC IN ingangen:
stereo tulpstekker-
bussen,
ingangsspanning 500 mV,
impedantie 47 kOhm
Uitgangsaansluitingen VIDEO/PC OUT
uitgangen:
stereo tulpstekkerbussen,
ingangsspanning 250 mV,
impedantie 1 kOhm
DIGITAL OUT (CD
OPTICAL OUT):
vierkante optische
stekkerbus, –18 dBm,
Golflengte 660 nm
PHONES hoofdtelefoon-
aansluiting: stereo
ministekkerbus, voor
hoofdtelefoons van 8 ohm
of meer.
Algemeen
Stroomvoorziening
Europees model: 220 – 230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Overige modellen: 110 – 120 V of 220 – 240 V
wisselstroom, 50/60 Hz
omschakelbaar met
spanningskiezer
Stroomverbruik 66 watt (met aangesloten
TC-TX101 en
MDS-MX101)
Afmetingen (b/h/d) Ca. 142 × 125 × 260 mm,
incl. uitstekende
onderdelen en knoppen
Gewicht Ca. 4,1 kg
wordt vervolgd
66NL
Luidsprekers (SS-Q101/Q101A)
Luidsprekersysteem 2-wegsysteem, in
basreflexkast (magnetisch
afgeschermd ontwerp)
Luidsprekereenheden Lage tonen: 10 cm
doorsnede, conus-type
Hoge tonen: 2 cm
doorsnede, gebalanceerd
type
Nominale impedantie 4 ohm
Afmetingen (b/h/d) Ca. 125 × 205 × 197 mm,
incl. uitstekende
onderdelen en knoppen
Gewicht Ca. 1,9 kg netto per box
Bijgeleverd toebehoren
Sony RM-SQ101 afstandsbediening (1)
R6 (AA-formaat) batterijen (2)
AM kaderantenne (1)
FM draadantenne (1)
Luidsprekersnoeren (2)
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden, zonder kennisgeving.
Technische gegevens (vervolg)
67NL
Index D
DAILY TIMER wekfunctie
55
DBFB basversterking 51
Digitale opname 32
Divide functie 43
E, F
Eén-generatie
kopieersysteem (SCMS)
61
Eén-toets weergavestart 11,
14, 18
Erase wisfunctie 40
Foutmeldingen voor de
minidisc 64
G, H, I
Geheugenafstemming 17
Geluidregeling 51
Herhaalde weergave 23, 29
J, K, L
Klok gelijkzetten 6
Luidsprekers 5
M, N
Markeren van
muziekstukken 38
Muziekstuknummers 38
Naamgeving
compact discs 26
minidiscs 46
voorkeurzenders 53
O
Onderverdelen (Divide) 43
Opnemen
compact discs 12, 15
op cassette 15, 20
op minidisc 12, 19
radio-uitzending 19, 20
schakelklok 57
P, Q, R
Programma-weergave 25, 31
Radiozenders
afstemmen 17
voorinstellen 7
RDS informatie-ontvangst
18
S
Samenvoegen van
muziekstukken 44
Schakelklok
gewekt worden met
muziek 55
in slaap vallen met
muziek 54
schakelklok-opname 57
SHUFFLE willekeurige
weergave 24, 30
Sluimerfunctie 54
Smart Space pauze-
verkorting 37
T, U, V
Tijdinstelling 6
Titelinvoer. Zie Naamgeving
Uitleesvenster 22, 28
Verhelpen van storingen 62
Verplaatsen van nummers
(Move) 42
Voorinstellen van
radiozenders 7
W
Waarschuwingsaanduidingen.
Zie Foutmeldingen
Weergeven. Zie Afspelen
Wekfunctie 55
Wissen
deel van een muziekstuk
41
enkel muziekstuk 40
gehele minidisc 41
opnamen 40
X, Y, Z
Zendernaam 53
A
Aanduidingen 22, 28
Aansluiten
antennes 5, 10
los verkrijgbare
apparatuur 9
stereo-installatie 4
stroomvoorziening 6
Afspelen
cassette 16
compact disc 11
herhaaldelijk (REPEAT)
23, 29
minidisc 13
in willekeurige volgorde
(SHUFFLE) 24, 30
in zelf gekozen volgorde
(PROGRAM) 25, 31
Afstemmen op een
voorkeurzender 17
AMS zoekfunctie 11
Analoge opname 33
Antennes 5, 10
Auto Cut pauzestand 37
Automatische
geluidsbronkeuze 11, 14,
17
B
Basversterking 51
Batterijen 6
Beperkingen van het
minidisc-systeem 61
Beveiligen van
bandopnamen 60
Beveiligen van minidisc-
opnamen 59
Bijregelen
geluidssterkte 11
geluidsweergave 51
C
CD synchroon-opname 12
Compact disc speler 11, 22
Combine functie 44
2S
Innehålll
Förberedelserna
Steg 1: Anslutningarna .......................... 4
Steg 2: Tidsinställning............................ 6
Steg 3: Lagring av stationer i
snabbvalsminne ............................... 7
Anslutning av extra ljud/videokällor
och utomhusantenner ..................... 9
Grundläggande tillvägagångssätt
Uppspelning av CD-skivor ................. 11
Inspelning av CD-musik på MD* ...... 12
Uppspelning av MD-skivor* .............. 13
Inspelning av CD-musik på
kassettband**.................................. 15
Bandavspelning** ................................. 16
Radiomottagning.................................. 17
RDS-mottagning (gäller modellen till
Europa)............................................ 18
Inspelning av radioprogram på
MD*.................................................. 19
Inspelning av radioprogram på
kassettband**.................................. 20
CD-spelare
Hur teckenfönstret används ............... 22
Repetering (REPEAT) .......................... 23
Spårens uppspelning i slumpvis följd
(SHUFFLE) ..................................... 24
Spårens lagring i ett musikval
(PROGRAM)................................... 25
Lagring av titlar i CD-spelarens
minne............................................... 26
Denna stereo har Dolby* brusreducering.
* Dolby brusreducering tillverkas under licens av
Dolby Licensing Laboratories Corporation.
DOLBY och dubbel D-kännetecknet a är Dolby
Laboratories Licensing Corporation:s varumärken.
Angående denna
bruksanvisning
Denna bruksanvisningen beskriver radion
HCD-101 med inbyggd CD-spelare, MD-
spelaren MDS-MX101 (tillval) och
stereokassettdäcket TC-TX101 (tillval).
Anvisningarna för styrning av MD-spelare
och däcket är endast avsedda till kunder som
skaffat sig MDS-MX101 och TC-TX101.
Denna bruksanvisningen beskriver:
– radion HCD-101 med inbyggd CD-spelare
– MD-spelaren MDS-MX101 (tillval)
– kassettdäcket TC-TX101 (tillval)
VARNING
Utsätt inte stereon för regn och fukt för
att undvika riskerna för brand och/eller
elektriska stötar.
Öppna inte höljet. Det kan resultera i risk för
elektriska stötar. Överlåt allt reparations- och
underhållsarbete till fackkunniga tekniker.
Placera inte stereon i ett trångt utrymme, som
t. ex. i en bokhylla eller i ett skåp.
Amerikanska och utländska patenter utfärdade av
Dolby Laboratories Licensing Corporation.
Utsrålningen från den laserkomponent som finns i
denna laserprodukt överstiger den strålningsgräns
som ställs på Klass 1.
CD-spelaren i denna
stereo klassificeras som
en laserprodukt
tillhörande Klass 1.
Etiketten CLASS 1
LASER PRODUCT
finns på baksidan.
Denna varningsetikett finns på insidan:
* efter anslutning av MD-spelare MDS-MX101
(tillval)
** efter anslutning av kassettdäck TC-TX101 (tillval)
3S
MD-spelare*
– Uppspelning
Hur teckenfönstret används ............... 28
Repetering (REPEAT) .......................... 29
Spårens uppspelning i slumpvis följd
(SHUFFLE) ..................................... 30
Spårens lagring i ett musikval
(PROGRAM)................................... 31
– Inspelning
Före inspelningsstart............................ 32
Inspelning av CD-musik genom att
ange spårens ordningsföljd .......... 33
Manuell inspelning på MD ................. 34
Sex sekunders buffertminne vid
inspelningsstart .............................. 36
Tre sekunders speluppehåll mellan
spåren .............................................. 37
Kodning av spårnummer.................... 38
– Redigering
Före redigeringsstart............................ 39
Radering av spår – Erase..................... 40
Flyttning av spår – Move .................... 42
Uppdelning av spår – Divide ............. 43
Sammanslagning av spår
– Combine....................................... 44
Att ångra sig – Undo............................ 45
Lagring av namn i MD-skivans
minne............................................... 46
Kassettdäck**
Inspelning av CD-musik genom att
ange spårens ordningsföljd .......... 48
Manuell inspelning av CD-musik,
radioprogram m. m. ...................... 49
Styrning av ljudkvalitet
Basförstärkning - DBFB ....................... 51
Återgivning av akustiskt ljud
(SUR) ............................................... 52
Styrning av högtalarnas
volymbalans ................................... 52
Övrigt
Lagring i minnet av namn på
snabbvalsstationer ......................... 53
Att somna till musik ............................ 54
Väckning till musik.............................. 55
Timerstyrd inspelning av
radioprogram ................................. 57
Tekniska detaljer
Att observera......................................... 59
Begränsningar vid inspelning på
MD-skivor* ..................................... 61
Felsökning ............................................. 62
Tekniska data ........................................ 65
Alfabetiskt register............................... 67
S
4S
Anslutning av MD-spelare.
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
1Anslut systemkabeln från MD-
spelaren till MD-ingången på radion
med inbyggd CD-spelare.
Anslutning
Urkoppling
Förberedelserna
Steg 1: Anslutningarna
Använd de medföljande kablarna och tillbehören och utför anslutningarna enligt nedanstående
punkter 16. Följ också anvisningarna enligt punkterna 2 och 3.
2Anslut den optiska kabeln (levereras
med MDS-MX101) till CD DIGITAL
OUT på radion med inbyggd CD-
spelare och till MD DIGITAL IN på
MD-spelaren.
Anslutning av radio med inbyggd CD-
spelare
Anslutning av MD-spelare
1
Vänster högtalareHöger högtalare
FM-trådantenn AM-ramantenn
Radio med
CD-spelare*
till ett nätuttag
Kassettdäck** MD-spelare***
Pilen skall vara
på höger sida
Dra denna del
(hylsan) utåt
mot dig.
Hylsan glider
bakåt och
kontakten
kopplas ur.
MD
MD
* CMT-101/HCD-101 består av en inbyggd CD-spelare, radio och förstärkare.
** Detta tillvalsdäck TC-TX101 skall anslutas till radion med inbyggd CD-spelare.
*** Denna MD-spelare MDS-MX101, tillval, skall anslutas till radion med inbyggd CD-spelare.
Sonys logo skall vara på
höger sida.
Sonys logo skall vara på
vänster sida.
CD DIGITAL OUT
OPTICAL
CD DIGITAL OUT
OPTICAL
DIGITAL
OPTICAL
IN
DIGITAL
OPTICAL
IN
220-240
110-120
4
5
1-2 1-1
6
3
2
5S
Anslutning av högtalarna.
Anslut de färgade högtalarkablarna till
högtalarutgångarna. Dra
högtalarkablarna på ett längre avstånd
från antennkablarna.
Baksida på radio med CD-spelare
Baksida på högtalare SS-Q101/Q101A
Dra lätt i kablarna för att kontrollera att
kabeln sitter fast. Om någon kabel
lossnar, måste den anslutas igen.
Anslutning av kassettdäck.
(gäller kunder med kassettdäcket
TC-TX101)
Anslut systemkabeln från kassettdäcket
till in/utgångarna TAPE på radion med
inbyggd CD-spelare på samma sätt som
enligt steg 1-1.
Anslut FM- och AM-antennerna.
FM-trådantenn
Den medföljande FM-trådantennen är en
enkel antenn. Vi rekommenderar
anslutning av FM-utomhusantenn för
bättre mottagningskvalitet.
AM-ramantenn
Sätt ihop AM-ramantennen och anslut
den,
Sträck FM-trådantennen
rakt uppåt så högt som
möjligt.
3
42
Skjut in kontakten i ingången
med det konvexa spåret vänt åt
höger tills klicket anger att
kontakten låsts i ingången.
Grå ]
Svart }
Grå ]
Skjut in denna del.
Grå ]
Svart }
Skjut in denna del.
forts.
FM 75
6S
Steg 2:
Tidsinställning
Tiden skall ställas in innan strömmen slås på
till stereon för första gången för att kunna
använda timerstyrd manövrering.
Tidsangivelsen är en 24-timmars
tidsangivelse på modellen till Europa och 12-
timmars på modellerna till övriga länder.
Modellen till Europa visas på illustrationerna.
1Tryck på TIMER SET.
2Tryck på TIMER + eller – så att
CLOCK visas. Tryck på ENTER.
Timsiffrorna börjar blinka:
3Tryck på TIMER + eller – för att
ställa in timtalet. Tryck på ENTER.
Minutsiffrorna börjar blinka:
Knapparna under locket
1
2,3,4
2,3,4
Ställ VOLTAGE SELECTOR i
lämpligt läge för lokal nätspänning
(gäller inte modellen till Europa).
Anslut nätkabeln.
Anslut allra sist nätkabeln från radion
med inbyggd CD-spelare till ett nätuttag,
efter att alla andra anslutningar har
gjorts.
Isättning av två batterier R6
(storlek AA) i fjärrkontrollen
Tips
Vid normalt bruk beräknas batteriernas livslängd
till ca. sex månader. När fjärrkontrollen inte längre
kan användas för stereons fjärrstyrning, måste
batterierna bytas ut mot nya.
OBS!
Ta ur batterierna, när fjärrkontrollen inte skall
användas under en längre tid, för att undvika
skador på grund av batteriläckage.
5
6
220-240
110-120
Steg 1: Anslutningarna (forts.)
7S
n
Steg 3: Lagring av
stationer i
snabbvalsminne
Upp till 30 stationers snabbval, 20 på FM och
10 på AM på modellen med två våglängder.
Upp till 40 stationers snabbval, 20 på FM, 10
på MW (MV) och 10 på LW (LV) på modellen
med tre våglängder.
Knapparna på ovansidan
4Tryck på TIMER + eller – för att
ställa in minuterna. Tryck på
ENTER.
Klockan börjar gå.
Ändring av tid
Följ igen anvisningarna från punkt 1 till 4.
Att observera angående
tidsangivelsen
• Tiden visas i teckenfönstret efter att strömmen har
slagits av.
• Den övre punkten i kolontecknet : blinkar för att
ange sekunderna från 0 till 29 och den nedre för
att ange sekunderna från 30 till 59.
1Tryck på POWER för att slå på
strömmen.
2Tryck gång på gång på
TUNER/BAND tills önskad
våglängd visas i teckenfönstret.
På modellen med två våglängder:
FM ˜ AM
På modellen med tre våglängder:
FM n MW (MV) n LW (LV) forts.
2
3
4,7
6,8
1
5
1
Knapparna under locket
8S
Steg 3: Lagring av stationer i
snabbvalsminne (forts.) Ändring av stationssökningssteg på
AM (gäller varken modellen till
Europa)
Stationssökningssteget på AM har förvalts till 9 kHz
(10 kHz på modelller till vissa länder). Ändring av
stationssökningssteget på AM till 10 kHz (eller 9
kHz): tryck gång på gång på TUNER/BAND tills
AM visas och slå sedan av strömmen. Håll +
intryckt och slå på strömmen igen.
Observera att alla snabbval på AM raderas ur
minnet när stationssökningssteget ändras. Följ de
ovanstående anvisningarna för att återgå till förvalt
stationssökningssteg.
OBS!
Snabbvalen hålls kvar i minnet i en veckas tid, också
om det inträffar ett strömavbrott eller nätkabeln
kopplas ur.
3Tryck gång på gång på
TUNING MODE så att AUTO visas.
4Tryck på + eller – för att ställa in
stationen som skall lagras i minnet.
Frekvensen, som visas, ändras.
Stationssökningen avbryts så fort radion
påträffat en station. TUNED och
STEREO (anger ett stereoprogram) visas
i teckenfönstret.
5Tryck på EDIT/NO tills Frq-
Memory? visas.
6Tryck på YES.
Ett snabbvalsnummer blinkar i
teckenfönstret.
7Tryck på ? eller / för att välja
önskat snabbvalsnummer.
8Tryck på YES.
Stationen har lagrats i minnet.
9Följ igen anvisningarna från punkt 2
till 8 för att lagra de resterande
stationerna i minnet.
Inställning av en station med låg
signalstyrka
Tryck på TUNING MODE (punkt 3) så att
AUTO och PRESET slocknar. Tryck sedan på
+ eller – för att ställa in stationen.
Ändring av snabbvalsnummer
Börja om från och med punkt 2.
9S
Anslutning av extra
ljud/videokällor och
utomhusantenner
Det är möjligt att ansluta extra ljud/
videokällor till denna ministereo. Vi hänvisar
till respektive källors bruksanvisningar
angående detaljer.
Anslutning av en
videobandspelare/dator
Anslut videobandspelaren/datorn till
VIDEO/PC på baksidan av radion med CD-
spelare genom att använda ljudkablar
(tillval).
Anslut de färgade kontakterna till in/
utgångarna i samma färg.
Ljudåtergivning
Tryck gång på gång på FUNCTION tills
VIDEO visas i teckenfönstret.
Tryck på DISPLAY för att ändra VIDEO till
PC eller vice versa.
Ljudet från ansluten stereovideo återges i
stereo.
Anslutning av digital
produkt som MD-spelare
m. m.
(gäller kunderna med MDS-MX101)
Efter anslutning av en digital produkt till
MDS-MX101 är det möjligt att göra digitala
inspelningar av digitalt ljud. Anslut MD
DIGITAL OPTICAL OUT på MDS-MX101 till
den optiska, digitala ingången på den digitala
produkten genom att använda en optisk
kabel (tillval).
OBS!
Denna stereo har skyddskretsen mot digital
seriekopiering, SCMS. Det möjliggör engenerations,
digital kopiering via de digitala ut/ingångarna.
till digital ingång på digital
produkt som
MD-spelare
Radio med CD-spelare
till ljudutgångarna på
video/dator
till ljudingångarna på
video/dator
Ç : signalflöde
Ç : signalflöde
forts.
10S
Anslutning av
utomhusantenner
Anslut en utomhusantenn för att förbättra
mottagningskvaliteten.
FM-utomhusantenn
Anslut en FM-utomhusantenn (tillval). Tv-
antennen kan också användas.
AM-utomhusantenn
Låt AM-ramantennen vara ansluten till
ministereon. Anslut sedan AM-
utomhusantennen (tillval) till AM-
antennintaget.
Viktigt!
En utomhusantenn måste jordas mot
åsknedslag. Jorda inte den till ett gasrör. Det
kan resultera i gasexplosion.
IEC-standardkontakt
(tillval)
Anslutning av extra ljud/
videokällor och utomhusantenner
(forts.)
AM-ramantenn
AM
12S
§
0)
=+·P p
2
0)
=+·P p
§
564
POWER 1
3
6
6
2Sätt in en inspelningsbar MD.
MD-skivan dras in i skivfacket. visas.
3Tryck gång på gång på FUNCTION
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
4Tryck på CD SYNC.
MD-spelaren står i beredskap för
inspelningsstart. CD-spelaren kopplas
om till paus.
5Tryck på ^ på MD-spelaren.
Inspelningen sätts igång.
MD-spelaren kopplas om till beredskap
för inspelningsstart efter avslutad
inspelning. CD:n stannar automatiskt.
6Tryck på p på MD-spelaren efter
avslutad inspelning och ta ut MD:n.
Kom ihåg att ta ur MD:n efter avslutad
inspelning. Detta beroende på att det
inspelade materialet kodas på MD:n när
skivfacksöppnaren trycks in för att ta ur
den.
Under tiden då TOC lyser eller
blinkar
Var noga med att varken rubba MD-spelaren
eller koppla ur nätkabeln. Detta för att
inspelningen skall ske på korrekt sätt. MD-
spelaren uppdaterar innehållet i TOC
(innehållsförteckning) under tiden då TOC
blinkar.
1Sätt in önskad CD-skiva.
CD-skivan dras in i skivfacket. visas.
Inspelning av CD-
musik på MD
— Synkroninspelning av CD-musik
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101) Med
skivetiketten
vänd uppåt
Med pilen före
0)
=+·P p
§
Radio med CD-spelare
MD-spelare (tillval)
Med skivetiketten
vänd uppåt
§
0)
=+
·P p
Att
avbryta inspelning:
koppla in pausen:
ta ur CD:n:
ta ur MD:n:
Gör enligt följande
Tryck på p på MD-spelaren.
Tryck på ^ på CD-
spelaren.
Tryck på 6 på CD-spelaren
Tryck på 6 på MD-spelaren.
CD-musiken kan spelas in digitalt på en
inspelningsbar MD-skiva, varvid spårnumren
på CD-skivan kodas i samma ordningsföljd
på MD-skivan. När inspelningen görs på en
MD med inspelat material, letar MD-spelaren
fram slutet på den föregående inspelningen.
Inspelningen börjar därifrån.
Grundläggande tillvägagångssätt
13S
0)
=+·P p
§
§
0)
=+·P p
1
2
POWER
p
6
=0/
)+
VOL +/–
MD-spelare (tillval)
1Sätt in önskad MD-skiva.
MD:n dras in i skivfacket. visas.
MD-skivorna spelas upp på samma sätt som
CD-skivorna.
Uppspelning av MD-
skivor
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Med
skivetiketten
vänd uppåt
Med pilen före
0)
=+·P p
§
Tips
• Spåren på CD:n kan spelas in i önskad följd (sid.
33).
• Det inspelade materialet på en MD kan redigeras
efter materialets inspelning (sid. 39).
OBS!
Synkroninspelning av CD-musik kan inte göras
genom att trycka på CD SYNC både på MD-
spelaren och däcket.
Radio med CD-spelare
forts.
14S
2Tryck på ^ (MD (
fjärrkontrollen).
Skivan spelas upp.
Att
avbryta
uppspelning:
koppla in
pausen:
välja önskat
spår:
söka efter
önskad sekvens
inom ett spår:
ta ur MD-skivan:
styra
volymnivån:
Gör enligt följande
Tryck på p.
Tryck på ^ (P
fjärrkontrollen). Tryck en gång
till för fortsatt uppspelning.
Tryck på )+ (sökning
framåt) eller =0 (sökning
bakåt) (alt. (+ eller =
fjärrkontrollen).
Håll )+ eller =0
(0 eller )
fjärkontrollen) intryckt under
uppspelning. Släpp upp när
önskad sekvens letats fram.
Tryck på 6.
Tryck på VOL + eller –.
Uppspelning av MD-skivor (forts.) Tips
Isättning av en MD gör att strömmen slås
automatiskt på.
Uppspelningsstart vid början av önskat spår: tryck
gång på gång på )+ eller =0 (+ eller
= på fjärrkontrollen) så att önskat spårnummer
visas innan ^ (MD ( på fjärrkontrollen) trycks
in enligt punkt 2.
Intryckning av ^ (MD ( på fjärrkontrollen)
efter strömavslag gör att strömmen slås
automatiskt på. MD-skivan spelas upp, förutsatt
att det ligger en MD i skivfacket (entrycks
ljudåtergivningsstart).
Det är möjligt under pågående ljudåtergivning
från en annan ljudkälla att gå över till MD-musik
genom att trycka in ^ (MD (
fjärrkontrollen) (automatiskt val av ljudkälla).
OBS!
Efter att sista spåret på MD:n har letats fram
under musiksökning, kopplas MD-spelaren
automatiskt om till stoppläge.
Det kan hända att MD-spelaren inte kan leta fram
ett spår vars längd i tid är bara några sekunder.
OVER i teckenfönstret under musiksökning anger
att MD-spelaren har letat fram det sista spåret.
Tryck i detta fall på =0 på MD-spelaren
(= på fjärrkontrollen).
Grundläggande tillvägagångssätt
15S
1Sätt in önskad CD-skiva.
CD:n dras automatiskt in. visas i
teckenfönstret.
2Sätt in kassetten för inspelning.
Kassetten dras in. visas.
3Skjut på DIRECTION för att välja
inspelning på kassettens båda sidor
eller endast på en sida:
* Inspelningen avbryts alltid på
kassettsidan som vänds nedåt. Var
noga med att starta inspelningen på
den övre sidan.
4Tryck gång på gång på FUNCTION
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
5Tryck på CD SYNC på däcket.
Däcket står i beredskap för
inspelningsstart. CD-spelaren kopplas
om till paus.
6Tryck på ( eller 9 på däcket för
att välja sidan för inspelningsstart.
Inspelningsstart på kassettens övre sida:
( (TAPE ( på fjärrkontrollen).
Inspelningsstart på kassettens nedre
sida: 9 (TAPE ( på fjärrkontrollen).*
* I detta fall görs inspelningen endast på
kassettens nedre sida.
Inspelning på
en sida
båda sidor*
Skjut Direction till
läget D.
läget a.
Tack vare knappen CD SYNC är det enkelt att
spela in CD-musik på kassettband. Använd
kassetter typ I (med normalband) eller
kassetter typ II (med ferrokromband).
Bandtypsväljarautomatiken känner
automatiskt av bandtypen.
Kontrollera att tungorna inte har tagits bort
från kassetten.
Inspelning av CD-
musik på kassettband
— Synkroninspelning av CD-musik
(gäller kunder med kassettdäcket
TC-TX101)
Med skivetiketten
vänd uppåt
§
0)
=+·P p
Radio med CD-spelare
forts.
§
0)
·ª
p
P
§
0)
=+·P p
2
POWER 1
5763 p
p
4
DOLBY
NR
Kassettdäck (tillval)
16S
1Sätt in önskad kassett.
Kassetten dras in i kassettfacket.
visas i teckenfönstret.
Kassetter typ I (med normalband), typ II
(med ferrokromband) och typ IV (med
metallband) kan användas i detta däck. Efter
isättning av en kassett känner
bandtypsväljarautomatiken automatiskt av
bandtypen.
Bandavspelning
(gäller kunder med kassettdäcket
TC-TX101)
Radio med CD-spelare
Kassettdäck (tillval)
§
0)
·ª
P
p
7Tryck på P.
Inspelningen börjar. Efter ca. tio
sekunder spelas CD-skivan upp.
Hur inspelningen avbryts
Tryck på p på däcket eller på radion med
CD-spelaren.
Tips
Skjut DOLBY NR till tillslaget läge ON, efter
åtgärden enligt punkt 3, för att reducera bandbrus
inom lägre diskantområdet.
Mot bandslutet på övre sidan under inspelning på
kassettens båda sidor i följd tonas ljudet ned för
att undvika ett plötsligt ljudavbrott halvvägs i ett
spår (synkroniserad nedtoning). Spåret spelas in
från början på kassettens andra sida.
Synkroniserad nedtoning arbetar också vid
bandslutet när inspelningen görs bara på en
kassettsida.
OBS!
Synkroninspelning av CD-musik kan inte göras
genom att trycka på CD SYNC både däcket och på
MD-spelaren.
Inspelning av CD-musik på
kassettband
— Synkroninspelning av CD-musik
(forts.)
§
0)
·ª
p
P
§
0)
=+·P p
1
POWER
2
p0/)D/
d
P
DOLBY
NR
Grundläggande tillvägagångssätt
17S
Radiomottagning
–– Snabbval
Lagra först de önskade stationerna i
snabbvalsminnet (sid.7).
1Tryck lämpligt antal gånger på
BAND, så att önskad våglängd visas
i teckenfönstret.
2Tryck gång på gång på
TUNING MODE så att PRESET
visas.
2Tryck på ( för inspelningsstart på
kassettens övre sida och på 9 för
inspelningsstart på sidan som vänds
nedåt.
* Däcket blir automatiskt stillastående så fort de
båda sidorna har spelats av fem gånger i följd.
Tips
• När ( eller 9 trycks in efter strömavslag, slås
strömmen automatiskt på.
• Det är möjligt under pågående ljudåtergivning
från en annan ljudkälla att gå över till
bandavspelning genom att trycka in ( eller 9
på däcket (automatiskt val av ljudkälla).
• Skjut DOLBY NR till tillslaget läge ON före
avspelningsstart på en kassett som spelats in med
DOLBY B.
Att
avbryta
bandavspelning:
koppla in pausen:
leta fram början av
spåret som spelas
upp eller av
eferföljande spår:
snabbspola bandet
bakåt eller framåt:
bara spela av en
kassettsida:
spela av båda sidor i
följd:*
ta ur kassetten:
Gör enligt följande
Tryck på p.
Tryck på P. Tryck en
gång till för fortsatt
avspelning.
Tryck på 0 eller )
däcket under
bandavspelning.
Stanna bandet och tryck
0 eller )
däcket.
Skjut DIRECTION till A.
Skjut DIRECTION till
a.
Tryck på 6 på däcket.
Knapparna under locket
Radio med CD-spelare
forts.
§
0)
=+·P p
13
POWER
VOL +/–
STEREO/
MONO
2
18S
RDS-mottagning
(gäller modellen till Europa)
Ställ in en FM-station.
Efter inställning av en FM-station, som
sänder koderna för programinformation,
visas stationsnamnet i teckenfönstret.
Vad är RDS (Radio Data System)?
RDS är en informationstjänst som gör att
vissa FM-sändare kan sända digitalt kodad
information tillsammans med de vanliga
radiovågorna. Endast FM-sändarna kan
utnyttja denna tjänst.
OBS!
Det kan hända att radion inte tar emot önskad RDS-
information efter inställning av en station som inte
sänder koder för önskad tjänst eller vars
signalstyrka är låg.
* Alla FM-sändare sänder inte koder för alla RDS-
tjänster. Ta reda på vilka RDS-tjänster som de
olika lokala FM-sändarna sänder.
forts.
3Tryck på TUNING + eller – för att
välja önskat snabbvalsnummer.
Tryck på TUNING + för val av en station
med högre nummer och på TUNING –
för val av en station med lägre nummer.
Inställning av stationer som inte
lagrats i snabbvalsminnet
Tryck gång på gång på TUNING MODE
(punkt 2) så att AUTO och PRESET slocknar i
teckenfönstret. Tryck sedan på TUNING +
eller – på fjärrkontrollen för att ställa in
önskad station.
Tips
Intryckning av BAND efter strömavslag gör att
strömmen slås på. Stationen, som senast ställdes in
före strömavslag, ställs automatiskt in (entrycks
ljudåtergivningsstart).
Stereon kan kopplas om till radiomottagning
under pågående ljudåtergivning från en annan
ljudkälla genom att BAND trycks in (automatiskt
val av ljudkälla).
Rikta de anslutna antennerna för att förbättra
mottagningskvaliteten.
Tryck på STEREO/MONO på fjärrkontrollen, när
det uppstår störningar vid FM-mottagning, så att
MONO visas i teckenfönstret. Ljudet återges inte
längre i stereo, men mottagningskvaliteten
förbättras. Tryck en gång till på denna knapp för
att återgå till stereomottagning.
Att
slå av radion:
styra volymnivån:
Gör enligt följande
Tryck på POWER.
Tryck på VOL + eller –.
Radiomottagning
–– Snabbval (forts.)
Grundläggande tillvägagångssätt
19S
§
0)
=+·P p
24
POWER 1Sätt in en inspelningsbar MD.
MD:n dras in i skivfacket. visas i
teckenfönstret.
2Tryck gång på gång på BAND, så att
önskad våglängd visas i
teckenfönstret.
3Tryck gång på gång på
TUNING MODE, så att PRESET
visas i teckenfönstret.
4Tryck på TUNING + eller – för att
ställa in önskad station.
Tryck på TUNING + för val av ett
snabbval med högre nummer och på
TUNING – för val av ett med ett lägre
nummer.
5Tryck på •REC på MD-spelaren.
MD-spelaren står i beredskap för
inspelningsstart.
6Tryck på ^ på MD-spelaren.
Inspelningen börjar.
Med skivetiketten
vänd uppåt
Med pilen före
0)
=+·P p
§
Önskat radioprogram på vald
snabbvalsstation kan spelas in på en
inspelningsbar MD. När inspelningen görs på
en MD med inspelat material, letar MD-
spelaren fram slutet på den föregående
inspelningen. Inspelningen börjar därifrån.
Inspelning av
radioprogram på MD
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Knapparna under locket
Radio med CD-spelare
MD-spelare (tillval)
0)
=+·P p
§
1
675
3
forts.
20S
§
0)
=+·P p
24
POWER
§
0)
·ª
p
P
1
7865 p
DOLBY
NR
Inspelning av radioprogram görs genom att
ställa in önskat snabbval och spela in
programmet det sänder.
Använd kassetter typ I (med normalband)
eller kassetter typ II (med ferrokromband).
Bandtypsväljarautomatiken känner
automatiskt av bandtypen.
Inspelning av
radioprogram på
kassettband
(gäller kunder med kassettdäcket
TC-TX101)
Radio med CD-spelare
Kassettdäck (tillval)
Inspelning av radioprogram på MD
(forts.)
7Tryck på p på MD-spelaren efter
avslutad inspelning och ta ut MD:n.
Kom ihåg att ta ur MD:n efter avslutad
inspelning. Detta beroende på att det
inspelade materialet kodas på MD:n när
skivfacksöppnaren trycks in för att ta ur
den.
Hur en inspelningen avbryts
Tryck på p på MD-spelaren.
Tips
Inspelning av stationer som inte lagrats i
snabbvalsminnet: tryck gång på gång på
TUNING MODE (punkt 3) så att AUTO och
PRESET slocknar. Tryck sedan på TUNING + eller
– för att ställa in önskad station.
Rikta de anslutna antennerna för att förbättra
mottagningskvaliteten.
Grundläggande tillvägagångssätt
21S
3
6Tryck på REC på däcket.
Däcket står i beredskap för
inspelningsstart.
7Tryck på ( eller 9 på däcket för
att välja sidan för inspelningsstart.
Inspelningsstart på kassettens övre sida:
(.
Inspelningsstart på kassetten nedre sida:
9.*
* I detta fall görs inspelningen endast på den
nedre sidan.
8Tryck på P på däcket.
Inspelningen börjar.
Hur inspelningen avbryts
Tryck på p på däcket.
Tips
Inspelning av stationer som inte lagrats i minnet:
tryck på TUNING MODE (punkt 3) så att AUTO
och PRESET slocknar. Tryck sedan på TUNING +
eller – för att ställa in önskad station.
Rikta de anslutna antennerna för att förbättra
mottagningskvaliteten.
Skjut DOLBY NR till tillslaget läge ON för att
reducera bandbrus inom lägre diskantområdet
efter att ha utfört åtgärden enligt punkt 5.
Knapparna under locket
1Sätt in kassetten för inspelning.
Kassetten dras in i kassettfacket.
visas.
2Tryck gång på gång på BAND, så att
önskad våglängd ställs in.
3Tryck gång på gång på
TUNING MODE så att PRESET
visas.
4Tryck på TUNING + eller – för att
välja önskat snabbval.
Tryck på TUNING + för att välja ett med
ett högre nummer och på TUNING – för
val av ett med ett lägre nummer.
5Skjut på DIRECTION för att välja
inspelning på kassettens båda sidor
eller endast på en sida:
* Inspelningen avbryts alltid på kassettens
nedre sida. Starta den alltid på den övre
sidan.
§
0)
·ª
P
p
Inspelning på
en sida
båda sidor i följd*
Skjut DIRECTION till
läget A.
läget a.
22S
Hur teckenfönstret
används
Den återstående tiden i spåret som spelas upp
eller den på CD-skivan kan kontrolleras i
teckenfönstret.
CD-spelare
Knapparna under locket
Kontroll av CD-skivans
uppspelningstid och antal spår
1Tryck gång på gång på FUNCTION
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
2Tryck gång på gång på DISPLAY
när CD-spelaren står i stoppläge.
Med vart tryck på knappen ändras
visningssättet enligt nedanstående:
nAntal spår och skivans
uppspelningstid
µ
Skivtitel*
* När CD:n inte namngivits, visas No Name
först och därefter antalet spår tillsammans
med skivans uppspelningstid.
12
Kontroll av återstående tid
Tryck gång på gång på DISPLAY under
uppspelning.
Med vart tryck på DISPLAY ändras
visningssättet enligt nedanstående:
nTid som gått i spåret som spelas upp.
µ
Återstående tid i det spåret
µ
Återstående tid på isatt CD
Det som visas i teckenfönstret under
uppspelning av ett musikval skiljer sig något
från det ovanstående.
23S
Repetering (REPEAT)
–– Repetering
Det är möjligt att repetera alla spår på den
ilagda CD-skivan vid normal och
slumpmässig uppspelning samt vid
uppspelning av ett musikval.
Knapparna under locket
1Tryck gång på gång på FUNCTION
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
2Tryck gång på gång på REPEAT
under uppspelning, så att REPEAT
visas i teckenfönstret.
Repetering sätts igång.
Repetering av ett enda spår
Tryck på REPEAT under pågående
uppspelning av spåret som skall
repeteras, så att REPEAT 1 visas i
teckenfönstret.
12
Hur repetering kopplas ur
Tryck gång på gång på REPEAT, så att
varken REPEAT eller REPEAT 1 visas i
teckenfönstret.
OBS!
Repetering av ett enda spår kan varken kopplas in
under spårens uppspelning i slumpvis följd eller
under uppspelning av ett musikval.
24S
Knapparna på ovansidan
Spårens uppspelning i
slumpvis följd
(SHUFFLE)
–– Slumpmässig uppspelning
Alla spår på den ilagda CD-skivan kan spelas
upp i slumpvis följd.
Knapparna under locket
1Sätt in CD-skivan.
2Tryck gång på gång på FUNCTION
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
3Tryck gång på gång på
PLAY MODE, så att SHUFFLE
visas.
4Tryck på ^ (CD (
fjärrkontrollen).
J visas först i teckenfönstret. Därefter
spelas spåren upp i slumpvis följd.
Hur detta uppspelningssätt
kopplas ur
Tryck gång på gång på PLAY MODE, så att
SHUFFLE slocknar.
Tips
CD-spelaren kan kopplas om till spårens
uppspelning i slumpvis följd under pågående
normal uppspelning genom att trycka på
PLAY MODE så att SHUFFLE visas i
teckenfönstret.
Tryck på CD + på fjärrkontrollen för att hoppa
över ett spår. Det är inte möjligt att gå över till
föregående spår genom att trycka på CD =.
§
0)
=+·P p
4
POWER
2
1
4
2
+
3
2
Radio med CD-spelare
25S
Spårens lagring i ett
musikval (PROGRAM)
–– Musikval och dess uppspelning
Upp till 25 spår kan lagras i ett musikval för
spårens uppspelning i önskad följd.
Knapparna på ovansidan
Knapparna under locket
forts.
2Tryck gång på gång på
PLAY MODE så att PROGRAM
visas.
3Följ endera anvisningarna a eller
b:
aSpårval genom att trycka på
direktväljarna på fjärrkontrollen:
tryck på lämpliga direktväljare för att
välja spåren i den ordning de skall
lagras i musikvalet.
Val av spår vilkas nummer överstiger
11, tryck på > 10.
Efter val av varje spår visas spårens
sammanlagda uppspelningstid inkl.
det senast valda spåret tillsammans
med det sammanlagda antalet spår i
teckenfönstret.
Efter inmatning av fel spårnummer
Tryck först på CLEAR och sedan på
korrekt direktväljare.
bVal av önskade spår genom att
kontrollera musikvalets
uppspelningstid:
1Tryck på =0 eller )+ (?
eller / på fjärrkontrollen) så att
önskat spårnummer visas. Den
sammanlagda uppspelningstiden av
de valda spåren inkl. det senast valda
spåret blinkar i teckenfönstret.
2Tryck på PLAY MODE.
Först visas spårets ordningsnummer
(STEP) under en sekund i
teckenfönstret och sedan musikvalets
uppspelningstid.
4Följ anvisningarna enligt punkt 3 för
att lagra de resterande spåren i
musikvalet.
5Tryck på ^ (CD (
fjärrkontrollen).
Spåren spelas upp i den ordning de
lagrades i musikvalet.
Hur detta uppspelningssätt
kopplas ur
Tryck gång på gång på PLAY MODE så att
PROGRAM slocknar i teckenfönstret.
§
0)
=+·P p
513
POWER
p
5
1
Number
buttons
2,3
3
1CLEAR
DISPLAY
Radio med CD-spelare
Direktväljare
1Tryck gång på gång på FUNCTION
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
26S
Lagring av titlar i CD-
spelarens minne
Spårens lagring i ett musikval
(PROGRAM)
–– Musikval och dess uppspelning
(forts.)
Knapparna under locket
Ändring av musikvalets innehåll
* Nya spår kan lagras i musikvalet under pågående
uppspelning genom att trycka på lämpliga
direktväljare på fjärrkontrollen för att välja
önskade spår enligt anvisningarna i punkt 3 a.
Tips
Musikvalet hålls kvar i minnet efter att det spelats
upp. Tryck på ^ (CD ( på fjärrkontrollen) för
att igen spela upp detsamma musikvalet.
Om DISPLAY trycks in när CD-skivan står stilla,
visas spårets ordningsnummer (STEP) i
teckenfönstret.
OBS!
Spårens sammanlagda uppspelningstid visas inte
när musikvalets uppspelningstid överstiger 100
minuter.
Vid ett försök att lagra fler spår i minnet efter att
25 spår redan lagrats i musikvalet, visas STEP
FULL i teckenfönstret.
Det är möjligt att lagra skivtitlar på upp till 35
CD i CD-spelarens minne. Titlarna kan bestå
av upp till 10 tecken. Efter isättning av CD
med skivtitel visas titeln i teckenfönstret.
1Tryck gång på gång på FUNCTION,
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare. Sätt in
önskad CD.
2Tryck gång på gång på EDIT/NO,
så att Name in ? visas i
teckenfönstret.
Att
lagra ett nytt
spår som det
sista spåret i
musikvalet*:
radera
musikvalet ur
minnet:
radera det sista
spåret ur
musikvalet:
Gör enligt följande
Följ igen anvisningarna enligt
punkterna 3 och 4 (med CD-
spelaren i stoppläge).
Tryck på p på radion med
inbyggd CD-spelare med CD-
spelaren i stoppläge.
Tryck på CLEAR.
Med vart tryck raderas det
sista spåret ur musikvalet.
Radio med CD-spelare
1
5,6,7
3,8
4
2
§
0)
=+·P p
POWER
p
1
1
27S
3Tryck på YES.
Markören börjar blinka:
4Tryck gång på gång på
CHARACTER på fjärrkontrollen för
att välja önskad teckentyp.
Med vart tryck ändras teckentypen
enligt följande:
A (versal) n a (i gemen) n 0
(siffror)/! (tecken)* n (mellanslag)
n A ...
*De följande tecknen kan väljas:
5Tryck på + eller – på fjärrkontrollen,
så att önskat tecken visas.
Det valda tecknet blinkar. Tryck på /,
medan markören blinkar, för att välja ett
mellanslag.
6Tryck på /på fjärrkontrollen.
Tecknet, som valdes enligt punkt 5, lyser
upp. Markören flyttas med ett steg till
höger.
7Följ igen anvisningarna från punkt 4
till 6 för att mata in alla tecken i
skivtiteln.
Efter inmatning av fel tecken: tryck gång
på gång på ? eller / så att tecknet,
som skall ändras, börjar blinka. Följ igen
anvisningarna från punkt 4 till 6.
Radering av ett tecken: tryck på
EDIT/NO medan tecknet blinkar.
Name Full visas i teckenfönstret vid ett
försök att välja över tio tecken i en
skivtitel.
8Tryck på YES för att lagra titeln i
CD-spelarens minne.
Skivtiteln visas i teckenfönstret.
Hur skivtitelns lagring i minnet
avbryts
Tryck på p.
Radering av skivtitlar
1Tryck gång på gång på EDIT/NO så att
Name Erase ? visas.
2Tryck på YES.
Skivtiteln visas i teckenfönstret.
No Name visas när en skivtitel för den
ilagda CD:n inte lagrats i minnet.
3Tryck igen på YES.
Complete visas i teckenfönstret. Titeln har
raderats ur CD-spelarens minne.
OBS!
En skivtitel kan inte lagras i minnet under pågående
uppspelning av en CD.
! " # $ % & ' ( ) + , – . / : ; < = > ? @
_ `
28S
2Tryck gång på gång på DISPLAY
när MD-spelaren står i stoppläge.
Med vart tryck ändras visningssättet
enligt nedanstående:
nAntalet spår och uppspelningstid
µ
Återstående inspelningstid (endast på
inspelningsbara MD*1)
µ
Skivtitel*2
*1Den återstående tiden visas inte på förinspelade
MD.
*2No Name visas istället för titeln när en titel inte
lagrats i minnet.
Det som visas i teckenfönstret under
uppspelning av ett musikval skiljer sig något
från det ovanstående.
MD-spelare
Hur teckenfönstret
används
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Återstående tid på ilagd MD-skiva, antalet
spår och skivans uppspelningstid kan
kontrolleras i teckenfönstret.
Knapparna under locket
Antalet spår Uppspelningstid
0)
=+·P p
§
SCROLL
2
2
1
MD-spelare (tillval)
Kontroll av antalet spår på ilagd
MD, dess uppspelningstid,
återstående tid och skivtitel
1Tryck gång på gång på FUNCTION
så att MD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
30S
Spårens uppspelning i
slumpvis följd
(SHUFFLE)
–– Slumpmässig uppspelning
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Alla spår på isatt MD kan spelas upp i
slumpvis följd.
Knapparna under locket
Knapparna på ovansidan
1Tryck gång på gång på FUNCTION
så att MD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
2Tryck gång på gång på
PLAY MODE, så att SHUFFLE visas
i teckenfönstret på MD-spelaren.
3Tryck på ^ (MD (
fjärrkontrollen).
J visas först i teckenfönstret, varefter
spåren spelas upp i slumpvis följd.
Hur detta uppspelningssätt
kopplas ur
Tryck gång på gång på PLAY MODE, så att
SHUFFLE slocknar.
Tips
Tryck på MD + på fjärrkontrollen för att hoppa
över spår. Det är inte möjligt att återgå föregående
spår genom att trycka på MD =.
0)
=+·P p
§
3
31
+
1
2
MD-spelare (tillval)
31S
Spårens lagring i ett
musikval (PROGRAM)
–– Musikval och dess uppspelning
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Upp till 25 spår kan lagras i ett musikval för
spårens uppspelning i önskad följd.
Knapparna under locket
Knapparna på ovansidan
forts.
1Tryck gång på gång på FUNCTION
så att MD visas i teckenfönstret på
radion med CD-spelare.
2Tryck gång på gång på
PLAY MODE så att PROGRAM
visas i teckenfönstret på MD-
spelaren.
3Följ endera anvisningarna a eller
b:
aSpårval genom att trycka på
direktväljarna på fjärrkontrollen:
tryck på lämpliga direktväljare för att
välja spåren i den ordning de skall
lagras i musikvalet.
Val av spår vilkas nummer överstiger
11: tryck på väljaren >10.
Efter val av varje spår visas de valda
spårens sammanlagda
uppspelningstid inkl. det senast
valda spåret tillsammans med dess
ordningsnummer (STEP).
Efter inmatning av fel spårnummer
Tryck först på CLEAR och sedan på
korrekt direktväljare.
bVal av önskade spår genom att
kontrollera musikvalets
uppspelningstid:
1Tryck på =0 eller )+ (alt.
? eller / på fjärrkontrollen) så att
önskat spårnummer visas. Den
sammanlagda uppspelningstiden av
de valda spåren inkl. det senast valda
spåret blinkar i teckenfönstret.
2Tryck på PLAY MODE.
Först visas spårets ordningsnummer
(STEP) under en sekund i
teckenfönstret och sedan musikvalets
uppspelningstid.
4Följ anvisningarna enligt punkt 3 för
att lagra fler spår i musikvalet.
5Tryck på ^ (MD (
fjärrkontrollen).
Spåren spelas upp i den ordning de
lagrades i musikvalet.
MD-spelare (tillval)
0)
=+·P p
§
53 p
6
51
p
2,3 CLEAR
3
1
Direktväljare
32S
Före inspelningsstart
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Att
lagra ett nytt spår
som det sista spåret
i musikvalet:
radera musikvalet
ur minnet:
radera det sista
spåret ur
musikvalet:
Gör enligt följande
Följ igen anvisningarna
enligt punkt 3 (med MD-
spelaren i stoppläge).
Tryck på p med MD-
spelaren i stoppläge.
Tryck på CLEAR.
Med vart tryck raderas det
sista spåret ur musikvalet.
Spårens lagring i ett musikval
(PROGRAM)
–– Musikval och dess uppspelning
(forts.)
Hur detta uppspelningssätt
kopplas ur
Tryck gång på gång på PLAY MODE så att
PROGRAM slocknar i teckenfönstret.
Ändring av musikvalets innehåll
Tips
Musikvalet hålls kvar i minnet efter att det spelats
upp. Tryck på ^ (MD ( på fjärrkontrollen) för
att igen spela upp detsamma musikvalet.
OBS!
Musikvalet raderas när 6 trycks in för att ta ur
MD-skivan.
--m--s visas i teckenfönstret när musikvalets
uppspelningstid överstiger 100 min.
Det är möjligt att digitalt spela in musik på en
inspelningsbar MD (MiniDisc) för digital
uppspelning med en ljudkvalitet på CD-nivå.
Efter inspelning
Kom ihåg att ta ur MD:n efter avslutad
inspelning. Detta beroende på att det
inspelade materialet kodas på MD:n när
skivfacksöppnaren trycks in för att ta ur den.
Angående kodning av spår på en MD
Kodning av spårnummer på en MD gör det
enkelt att hitta önskad musiksekvens och
underlättar också redigeringen.
Inspelningssättet varierar enligt den typ av
källjud som spelas in.
Hur kodningen av spårnummer görs beror
också på källjudets typ.
Vid inspelning av:
Ljudet från CD-spelare i denna stereo
Den digitala CD-musiken spelas in i sitt
ursprungsformat (digital inspelning*1).
Spårnumren kodas automatiskt på MD:n i den
följd de finns på CD-skivan.
Ljudet från andra typer av digitala
ljudkällor
(som från anslutet DAT-däck)
De digitala ljudsignalerna omvandlas först till
analoga signaler och sedan till digitala, varefter de
spelas in *2 (analog inspelning).
Ett spårnummer kodas automatiskt vid läget för
inspelningsstart. När visning av LVL-SYNC (sid.
38) valdes före inspelningsstart, kodas ett
spårnummer varje gång nivån faller under en viss
nivå för att därefter, efter ett par sekunder, igen
återgå till vanlig nivå.
33S
Inspelning av CD-
musik genom att
ange spårens
ordningsföljd
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
MD-spelare (tillval)
Knapparna på ovansidan
forts.
Ljudet från radio i denna stereo och
från andra anslutna, analoga
ljudkällor
(som från anslutet kassettdäck)
Den analoga ljudsignalen omvandlas till digital
och spelas in (analog inspelning).
Ett spårnummer kodas vid läget för
inspelningsstart. När visning av LEVEL-SYNC
(sid. 38) valdes före inspelningsstart, kodas ett
spårnummer varje gång nivån faller under en viss
nivå för att därefter, efter ett par sekunder, igen
återgå till vanlig nivå.
*1 Vi hänvisar till sid. 61 angående begränsningar
vid digital inspelning.
*2 Omvandling till analoga signaler görs beroende på
att denna stereo varken har en digital ingång eller
utgång.
Synkroninspelning av CD-musik kan göras
när ett musikval har lagrats i CD-spelarens
minne.
Radio med CD-spelare
0)
=+·P p
§
p
§
0)
=+·P p
1
2
2
34S
1Sätt i en inspelningsbar MD.
2Tryck gång på gång på FUNCTION,
så att namnet på önskad källa (som
t. ex. CD) visas.
Efter val av CD visas D-IN i
teckenfönstret på MD-spelaren. MD-
spelaren kopplas automatiskt om till
digital inspelning.
1Sätt in en CD.
2Tryck gång på gång på FUNCTION,
så att CD visas i teckenfönstret på
radion med inbyggd CD-spelare.
3Lagra de önskade spåren från CD:n
i ett musikval.
Följ anvisningarna från punkt 2 till
punkt 4 under rubriken Spårens lagring i
ett musikval (PROGRAM) (sid. 25).
4Följ anvisningarna från punkt 3 till
punkt 5 under rubriken Inspelning
av CD-musik på MD (sid. 12).
Hur inspelningen avbryts
Tryck på p på MD-spelaren.
Manuell inspelning på
MD
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
MD-spelaren letar automatiskt fram läget, där
den föregående inspelningen på den ilagda
MD:n slutar. Inspelningen börjar från och
med det läget.
Knapparna på ovansidan
Inspelning av CD-musik genom att
ange spårens ordningsföljd (forts.)
Källa
CD-spelare
Radio
Kassettdäck
Extra källa
Namn
CD
TUNER
TAPE
VIDEO eller PC
0)
=+·P p
§
5314 p
MD-spelare (tillval)
5
p
2
35S
forts.
3Följ de nedanstående anvisningarna
för inspelning av ljudet från en
enkanalig ljudkälla.
Trots att ljudet spelas in enkanaligt, blir
inspelningstiden dubbel. Detta är
praktiskt vid inspelning med halvfart.
1Tryck lämpligt antal gånger på
EDIT/NO på MD-spelaren, när MD-
spelaren står i stoppläge, så att MONO
REC? visas.
2Tryck på YES på MD-spelaren.
MONO REC Y/N visas.
3Tryck på YES på MD-spelaren.
MONO visas.
Efter avslutad inspelning återgår
ljudåtergivningen automatiskt till
stereo.
4Tryck på •REC på MD-spelaren.
MD-spelaren står nu i beredskap för
inspelningsstart.
5Tryck på ^ på MD-spelaren (MD
( på fjärrkontrollen).
Inspelningen sätts igång.
6Starta uppspelningen av källjudet.
Hur en pågående inspelning
avbryts
Tryck på p på MD-spelaren.
Under tiden då TOC blinkar
Rubba inte på MD-spelaren. Koppla inte heller ur
nätkabeln. Det tillförsäkrar problemfri inspelning.
Under tiden då TOC blinkar uppdaterar MD-
spelaren innehållet i TOC.
OBS!
Om en paus kopplas in under pågående inspelning
av CD-musik, kodas det läget med ett spårnummer.
Observera att musiken spelas in som ett enda långt
spår när:
• ett och samma spår från en CD spelas in gång på
gång,
• två eller fler spår med samma spårnummer från
olika CD-skivor spelas in i följd.
Uppspelning av nyssinspelade
spår
Spåren kan spelas upp strax efter att de
spelats in.
Tryck på ^ (MD ( på fjärrkontrollen)
genast efter avslutad inspelning. Spåren,
som senast spelades in, spelas upp med
start från det första spåret.
Uppspelningsstart vid första spåret på
MD:n efter avslutad inspelning
1Tryck på p på MD-spelaren efter avslutad
inspelning.
2Tryck på ^ (MD ( på fjärrkontrollen).
Uppspelningen börjar från första spåret på MD:n.
OBS!
Om FUNCTION trycks in under pågående
inspelning, avbryts inspelningen.
Tips
Det är möjligt att kontrollera inspelningstiden eller
den återstående tiden på en inspelningsbar MD
genom att trycka på DISPLAY under den
pågående inspelningen.
Ljudet kan spelas in enkanaligt genom att utnyttja
synkroninspelning av CD-musik. Följ
anvisningarna enligt punkt 3 på denna sida Tryck
sedan på CD SYNC.
36S
0)
=+·P p
§
2p
Sex sekunders
buffertminne vid
inspelningsstart
— Buffertminne
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Vid inspelning av ett FM- eller ett
satellitprogram händer det ofta att de första
sekunderna går förlorade på grund av
förberedelserna för inspelningsstart. För att
undvika att detta material går förlorat, lagrar
det inbyggda buffertminnet kontinuerligt det
senaste ljuddata under sex sek. När
inspelningen sätts igång, börjar den med
inspelning av det sex sekunder långa ljuddata
som lagrats i buffertminnet på förhand. Se
nedanstående illustration.
1Följ anvisningarna från punkt 1 till 4
under Manuell inspelning på MD på
sid. 34.
MD-spelaren står i beredskap för
inspelningsstart.
2Tryck på YES på MD-spelaren vid
läget för inspelningsstart.
Inspelningen börjar med inspelning av
det sex sek. ljuddata som lagrats i
buffertminnet.
Hur detta inspelningssätt avbryts
Tryck på p.
OBS!
Lagring av ljuddata i buffertminnet börjar när MD-
spelaren står i beredskap för inspelningsstart från
och med ljudåtergivningsstart på ljudkällan. När
antalet sekunder från lagringsstart i buffertminnet
till faktisk inspelningsstart understiger sex
sekunder, börjar inspelningen med inspelning av
det antal sekunder av ljuddata som lagrats i minnet.
När YES trycks in
enligt punkt 2 Slutet på ljudet
som skall spelas in
Tid
Det
inspelade
ljudet
Början av ljudet som skall
spelas in
6 sek. ljuddata i
buffertminne
MD-spelare (tillval)
40S
Radering av spår
— Erase
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Det är enkelt och snabbt att radera spår från
en MD. Tre sätt att radera:
radering av ett spår,
radering av alla spår,
radering av en viss musiksekvens inom ett
spår.
Radering av ett spår
Radering av ett spår sker enkelt genom att
ange spårnumret. Efter radering av ett spår,
sänks antalet spår på den MD:n med ett. De
efterföljande spåren omnumreras.
T. ex.: När spår B raderas.
1Tryck på =0 eller )+
att numret på spåret som skall
raderas visas.
2Tryck gång på gång på EDIT/NO,
så att Erase ? visas i tectenfönstret
på MD-spelaren.
3Tryck på YES för att radera det
spåret.
Complete visas i några sekunder. Spåret
tillsammans med spårnamnet har
raderats från MD:n. När radering av ett
spår görs under uppspelning, spelas
spåret efter det raderade spåret upp.
4Följ igen anvisningarna från punkt 1
till 3 för att radera nästa spår.
Hur radering av ett spår annuleras
Tryck gång på gång på EDIT/NO eller p
att Erase slocknar. Eller tryck på =0
eller )+ för att ändra spårnumret.
OBS!
Erase!? visas när spåret spelats in/redigerats på en
annan MD-spelare och har skyddats mot inspelning.
Radering av det spåret: tryck på YES under visning
av Erase!?
AC D
1
1
23
2
4
3
Spårnummer Radering av spår B:
De
ursprungliga
spåren
Radering
0)
=+·P p
§
p
123
MD-spelare (tillval)
AB C D
58S
enligt ovanstående.
9Tryck på TIMER + eller – för att
välja MD:n eller kassettbandet.
Tryck på ENTER.
Inspelning på kassettband: välj visning
av REC to TAPE.
Inspelning på MD: välj visning av REC
to MD eller REC to MD (MONO)*.
Uppgifterna, som lagrades i minnet,
visas i följd i teckenfönstret.
Hur timerstyrd inspelning
kopplas ur
Tryck på TIMER SET.
När CONNECTION eller CHECK
blinkar
anger det att anslutningen av MD-
spelaren eller kassettdäcket (den som
valdes) inte har gjorts på korrekt sätt.
Kontrollera anslutningarna och upprepa
igen åtgärden enligt punkt 9.
10 Tryck på POWER för att slå av
strömmen.
Stereon står i beredskap för
inspelningsstart. Vid klockslaget för
inspelningsstart slås strömmen på och
inspelningen börjar. Vid klockslaget för
sluttid slås strömmen av och timerstyrd
inspelning kopplas ur. Volymnivån
sänks till miniminivån under timerstyrd
inspelning.
* REC to MD (MONO): ljudet spelas in i mono, men
inspelningsstiden blir dubbel.
Kontroll av uppgifterna
Tryck gång på gång på TIMER SELECT, så att
REC slocknar och TIMER OFF visas. Start-
resp. sluttiden och snabbvalsnumret visas,
varefter visningen återgår till det som visades
före uppgifternas kontroll.
Hur timerstyrd inspelning kopplas
ur
Tryck gång på gång på TIMER SELECT, så att
TIMER OFF visas.
Ändring av inställningarna
Börja om från och med punkt 1.
Inkoppling av timerstyrd
inspelning med samma
inställningar
Tryck på TIMER SELECT så att REC visas och
tryck på POWER för att slå av strömmen.
Efter uppgifternas lagring i minnet hålls de
kvar i minnet och behöver inte ställas in igen.
OBS!
Om tiden för inspelning på den ilagda MD:n tar slut
under timerstyrd inspelning, avbryts inspelningen
genast och MD-spelaren kopplas om till stoppläge.
Timerstyrd inspelning av
radioprogram (forts.)
59S
Tekniska detaljer
Att observera Angående högtalarna
Trots att högtalarna är magnetiskt avskärmade, kan
det ibland hända att bildkvaliteten på intillstående
tv/dator påverkas. Slå av strömmen till tv/datorn,
vänta i 15 - 30 minuter och slå på strömmen.
När bildkvaliteten inte blir bättre, måste
högtalarna flyttas på längre avstånd från tv:n/
datorn. Ställ inte heller föremål med magneter, som
t. ex. stereomöbel, tv-möbel, leksaker o.s.v., nära
tv:n och högtalarna. Det kan uppstå inbördes
störningar på grund av växelverkan.
Hur inspelningarna på en MD
skyddas mot radering
Skjut in den lilla tungan på MD:n, så att hålet syns.
Nu kan inget material spelas in på MD:n. Skjut ut
tungan över hålet för att spela in nytt material på
MD:n.
Att observera angående MD-
skivor
Öppna inte slutaren på en MD-skiva. Stäng genast
slutaren om det skulle hända att den öppnas.
Torka vid behov MD-skivorna med en torr trasa.
Utsätt inte MD-skivorna för solsken eller värme.
Lämna inte heller skivorna i en låst bil som står
parkerad i solen.
Att observera angående CD-skivor
Före uppspelningsstart: rengör skivan med en
rengöringsduk. Torka skivan inifrån och utåt.
Använd inte lösningar som bensin, lösningsmedel
eller rengöringsvätskor och antistatisk spray som
är avsedd för LP-skivor av vinyl.
Utsätt inte CD-skivorna för solsken eller värme.
Lämna inte heller skivorna i en låst bil som står
parkerad i solen.
Angående säkerhet
• Nätströmtillförseln kopplas inte ur så länge
stickkontakten sitter i ett nätuttag, inte ens när
strömmen slås av.
• Koppla ur nätkabeln från nätuttaget när stereon
inte skall användas under en längre tid. Dra i
kontakten, inte i kabeln, för att koppla ur
nätkabeln.
• Koppla ur nätkabeln från nätuttaget om du skulle
råka tappa någonting eller spilla vätska i stereon.
Låt en fackkunnig reparatör besiktiga stereon
innan den tas i bruk igen.
• Nätkabelbytet får endast utföras av en
auktoriserad Sony-verkstad.
Angående placering
• Placera stereon på ett ställe med god ventilation
för att undvika överhettning.
• Stereon måste stå plant.
• Placera inte stereon där den utsätts för:
kyla eller värme,
– damm eller smuts,
– fukt,
– vibrationer,
– solsken.
Angående hantering
• När stereon vid kall väderlek förs in i ett varmt
rum, eller placeras i ett fuktigt rum, kan det bildas
kondensvätska på linserna i CD- och/eller MD-
spelaren. I detta fall uppstår det fel. Ta ur CD/
MD-skivan och låt stereon vila med strömmen
påslagen i ca. en timme tills fukten avdunstat.
• När radion med den inbyggda CD-spelaren skall
flyttas, kontrollera först att tiden visas i
teckenfönstret innan nätkabeln kopplas ur. När
MD-spelaren skall flyttas, slå först av strömmen
och kontrollera sedan att ingenting visas i
teckenfönstret. Koppla till sist ur nätkabeln.
Rådfråga affären där stereon köptes när du
råkar ut för svårigheter, eller vill ställa frågor
som inte besvaras i denna bruksanvisning.
Slutare
Tunga
Skjut in tungan
så att hålet syns.
forts.
61S
Det kan uppstå ljudavbrott vid
sökning efter redigerade spår.
Detta beroende på att snabbsökning med ljud tar
längre tid på en MD på vilken spåren spridits ut
över hela skivan på grund av redigering.
Spårnumren kodas inte på MD:n.
Vid digital inspelning av CD-musik kan det hända
att extra spårnummer kodas på MD:n.
När LEVEL-SYNC (sid. 38) visas i teckenfönstret
under pågående analog inspelning, kan det hända
att början av ett visst spår inte kodas med ett
spårnummer:
– när nivån i inkommande ljud ej hålls kvar under
en fastställd nivå i minst två sekunder,
– när nivån halvvägs i en musiksekvens i
inkommande ljud hålls kvar under en fastställd
nivå i över två sekunder.
Vägledning till digital
seriekopiering SCMS
Det är lätt att spela in CD-, MD- och DAT-musik
med utmärkt ljudkvalitet, beroende på att dessa
digitala produkter behandlar musiken som digitala
signaler.
Kretsen SCMS (Serial Copy Management System)
används i denna MD-spelare för att förhindra
inspelning av material som skyddats mot
inspelning. En engenerations, digital inspelning kan
göras av digitalt inspelat material.
En engenerations kopia* kan göras via de
digitala in/utgångarna.
T. ex.:
1Det är till exempel möjligt att spela in musiken
från en förinspelad CD- och MD-skiva, men det är
inte möjligt att göra en andragenerations kopia av
den förstagenerations kopian.
2Det är möjligt att spela in ljudet, som spelats in
digitalt, från en analog ljudkälla (som t. ex. en
grammofonskiva eller en musikkassett) samt att
spela in digitala satellitprogram, men en
andragenerations kopia av dessa inspelningar kan
inte göras.
* En förstagenerations kopia är en digital inspelning
av digitalt ljud på en digital ljudprodukt för
inspelning, som t. ex. inspelning av CD-musik från
CD-spelaren på denna stereo till MD-spelaren
ansluten till denna stereo.
OBS!
Kretsen SCMS påverkar inte inspelningen när den
Begränsningar vid
inspelning på MD-
skivor
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Inspelningssystemet på MD-spelaren har
följande begränsningar. Observera emellertid
att dessa begränsningar härrör från själva
MD-inspelningssystemet. De anger inte något
mekaniskt fel på MD-spelaren.
Disc Full visas i teckenfönstret
innan inspelningstiden (60 eller 74
min.) gått ut.
Efter att 255 spår spelats in på en MD, visas
Disc Full oavsett spårens sammanlagda
inspelningstid. 255 spår är det maximala antalet
spår som kan spelas in. Radera spår för att kunna
spela in nya spår eller byt MD.
Disc Full visas innan det maximala
antalet (255) spår spelats in.
Nivåvariationer inom ett spår kan ibland tolkas som
paus mellan två spår. Detta höjer antalet spår och
gör att Disc Full visas.
Återstående inspelningstid
förlängs inte efter radering av ett
antal korta spår.
Spår, vilkas längder är under 12 sek., räknas inte.
Det gör att radering av korta spår inte påverkar
längden på inspelningstiden.
Vissa spår kan inte slås samman
med ett annat.
Sammanslagning av spår, vilkas längder
understiger 12 sek., misslyckas.
Spårens sammanlagda
inspelningstid och den
återstående inspelningstiden
stämmer inte överens med
maximal inspelningstid (60 eller
74 min.).
Inspelning sker med inspelning av två sekunders
sekvenser, oavsett hur kort materialet är. Det gör att
längden på det inspelade materialet kan vara
kortare än den maximala inspelningstiden. Området
för inspelning av ljud reduceras också av repor på
MD:n.
forts.
63S
På CD-spelare
Isättning av CD-skivan misslyckas
Kontrollera om det redan ligger en CD i
skivfacket.
CD:n kan inte tas ur.
Tryck på 6 på radion med inbyggd CD-
spelare och håll den intryckt i minst två
sekunder.
Uppspelning misslyckas.
Smutsig CD-skiva
CD-skivan har satts i med etiketten vänd
nedåt.
Fuktbildning. Ta ur CD:n och låt stereon
vila med strömmen påslagen i ca. en
timme tills fukten avdunstat.
Uppspelning sätts inte igång från första
spåret.
CD-spelaren har kopplats om till
uppspelning av musikval eller
slumpmässig skivspelning. Tryck på
PLAY MODE, så att SHUFFLE eller
PROGRAM slocknar.
På MD-spelare
(gäller kunder med MD-spelaren
MDS-MX101)
Det inspelade/redigerade materialet
kodades inte på MD:n.
Nätkabeln kopplades ur utan att MD:n
togs ut ur skivfacket efter inspelning/
redigering.
Kom ihåg att alltid ta ur MD:n efter
avslutad inspelning/redigering. Detta
beroende på att det inspelade/redigerade
materialet kodas på MD:n när
skivfacksöppnaren trycks in för att ta ur
MD:n.
Isättning av en MD misslyckas.
Kontrollera om det redan ligger en MD i
skivfacket.
MD:n spelas inte upp när knappen för
uppspelningstart trycks in.
Repor eller smuts på MD:n (Disc Error
visas). Byt mot en annan.
Uppspelning sätts inte igång.
Fuktbildning. Ta ur MD:n och låt stereon
vila med strömmen påslagen i ca. en
timme tills fukten avdunstat.
Sätt in MD:n med pilen före.
En MD utan inspelat material.
Inspelning misslyckas.
MD:n har skyddats mot radering
(Protected visas). Skjut ut tungan över
hålet (sid. 59).
Anslut ljudkällan på korrekt sätt.
En förinspelad MD. Byt ut mot en
inspelningsbar.
Byt ut den inspelningsbara MD:n mot en
med tillräckligt lång återstående tid eller
radera spår från MD:n.
Nätkabeln har kopplats ur eller så har det
inträffat ett strömavbrott under pågående
inspelning. Börja om från början.
På kassettdäck
(gäller kunder med kassettdäcket
TC-TX101)
Isättning av en kassett misslyckas.
Kontrollera om det redan ligger en kassett
i kassetfacket.
Inspelning misslyckas.
Tungan för kassettsidan för inspelning
har brutits av. Vidhäfta en bit tejp över
hålet/hålen.
Bandet har spolats till bandslutet.
Synkroninspelning av CD-musik sätts inte
igång.
När DIRECTION står i läger a, börjar
inte inspelningen om tungan för endera
kassettsidan har brutits av.
Störningar i ljudet eller så sänks
volymnivån.
Smutsiga tonhuvuden. Rengör.
Kvarstående magnetism i in/
avspelningshuvudet. Avmagnetisera.
Ljudbortfall
Smutsig drivrulle eller motrulle. Rengör.
forts.
2D
Inhaltsverzeichnis
Vor dem Betrieb
Schritt 1: Anschluß der Anlage ............ 4
Schritt 2: Einstellen der Uhr.................. 6
Schritt 3: Stationsvorwahl ..................... 7
Anschluß von Zusatzgeräten und
Außenantennen................................ 9
Grundlegender Betrieb
Wiedergabe einer CD........................... 11
Überspielen einer CD auf eine MD* .. 12
Wiedergabe einer MD* ........................ 13
Überspielen einer CD auf
eine Cassette**................................ 15
Bandwiedergabe**................................ 16
Radiobetrieb .......................................... 17
Empfang von RDS-Sendern
(nur Europa-Modell) ..................... 18
Aufnehmen eines
Radioprogramms auf MD*........... 19
Aufnehmen eines
Radioprogramms auf
Cassette** ........................................ 20
CD-Spieler
Die Informationen im Display............ 22
Wiederholte Wiedergabe
von CD-Titeln................................. 23
CD-Zufalls-Wiedergabe ...................... 24
CD-Programm-Wiedergabe................ 25
Eingabe eines CD-Namens ................. 26
Diese Anlage ist dem Dolby
Rauschverminderungssystem* ausgestattet.
* Das Dolby-Rauschverminderungssystem wird
unter Lizenz der Dolby Laboratories Licensing
Corporation hergestellt.
DOLBY und das Doppel-D-Symbol a sind
Warenzeichen der Dolby Laboratories Licensing
Corporation.
Zu dieser Anleitung
Diese Anleitung behandelt den Tuner/CD-
Spieler HCD-101, das getrennt erhältliche
MD-Deck MDS-MX101 und das getrennt
erhältliche Cassettendeck TC-TX101. Wenn
Sie das MD-Deck MDS-MX101 bzw. das
Cassettendeck TC-TX101 nicht besitzen,
haben die betreffenden Erläuterungen für Sie
keine Relevanz.
Diese Anleitung behandelt die folgenden
Komponenten:
Tuner/CD-Spieler HCD-101
MD-Deck MDS-MX101 (nicht mitgeliefert)
Stereo-Cassettendeck TC-TX101 (nicht
mitgeliefert)
VORSICHT
Um Feuergefahr und die Gefahr eines
elektrischen Schlages zu vermeiden, darf
das Gerät weder Regen noch Feuchtigkeit
ausgesetzt werden.
Um einen elektrischen Schlag zu vermeiden, darf
das Gehäuse nicht geöffnet werden. Überlassen Sie
Wartungsarbeiten stets nur einem Fachmann.
Stellen Sie das Gerät nicht in einen
geschlossenen Schrank oder ein Regal usw.
US- und Auslandspatente in Lizenz vergeben von
der Dolby Laboratories Licensing Corporation.
Die Leistung des diesem Gerät verwendeten Lasers
kann die Grenze der Klasse 1 überschreiten.
Bei diesem Gerät handelt
es sich um ein Produkt
der Laser-Klasse 1. Die
Aufschrift CLASS 1
LASER PRODUCT
befindet sich an der
Rückseite des Geräts.
Im Inneren des Geräts befindet sich folgender
Achtungsaufkleber.
* Mit dem getrennt erhältlichen MD-Deck
MDS-MX101.
** Mit dem getrennt erhältlichen Cassettendeck
TC-TX101


Produkt Specifikationer

Mærke: Sony
Kategori: Midi sæt
Model: HCD101

Har du brug for hjælp?

Hvis du har brug for hjælp til Sony HCD101 stil et spørgsmål nedenfor, og andre brugere vil svare dig