Viessmann Vitocal 300-G tot 45 kW Manual

Viessmann Varmepumpe Vitocal 300-G tot 45 kW

Læs nedenfor 📖 manual på dansk for Viessmann Vitocal 300-G tot 45 kW (148 sider) i kategorien Varmepumpe. Denne guide var nyttig for 9 personer og blev bedømt med 4.5 stjerner i gennemsnit af 2 brugere

Side 1/148
Montage- en
servicehandleiding
voor de vakman
VIESMANN
Vitocal 300-G
type BW 301.A21 tot A45
type BWS 301.A21 tot A45
Warmtepompen met elektrische aandrijving, 1- en 2-traps
Geldigheidsverwijzing zie laatste pagina
VITOCAL 300-G
5782 373 NL 3/2013 Bewaren a.u.b.!
2
Volg deze veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op ter voorkoming van licha-
melijk letsel en materiële schade.
Toelichting bij veiligheidsvoorschrif-
ten
Gevaar
Dit teken waarschuwt voor per-
soonlijk letsel.
!Opgelet
Dit teken waarschuwt voor mate-
riële schade en schade aan het
milieu.
Opmerking
Gegevens met het woord "Opmerking"
bevatten aanvullende informatie.
Doelgroep
Deze handleiding is uitsluitend bedoeld
voor erkende installateurs.
Werkzaamheden aan het koelmiddel-
circuit mogen alleen door bevoegde
vakmensen worden uitgevoerd.
Elektrische werkzaamheden mogen
alleen door elektromonteurs worden
uitgevoerd.
De eerste inbedrijfstelling moet door
de installateur van de installatie of een
door hem aangewezen vakman
plaatsvinden.
Voorschriften
Respecteer bij de werkzaamheden
de nationale installatievoorschriften,
de ARBO voorschriften,
de wettelijke milieuvoorschriften,
EN, NEN, VEWIN voorschriften, het
bouwbesluit en eventuele lokale voor-
schriften.
Werkzaamheden aan de installatie
Installatie spanningsvrij schakelen
(bijvoorbeeld met de afzonderlijke
zekering of een hoofdschakelaar) en
op aanwezige spanning controleren.
Opmerking
Naast het regelingsstroomcircuit kun-
nen meerdere laststroomcircuits aan-
wezig zijn.
Gevaar
Het aanraken van spanning-
voerende onderdelen kan ern-
stig letsel veroorzaken. Enkele
onderdelen op printplaten zijn
ook na het uitschakelen van de
netspanning nog spanningvoe-
rend.
Voor het verwijderen van appa-
raatafdekkingen minimaal 4
min. wachten, tot de spanning
is afgebouwd.
Installatie tegen opnieuw inschakelen
beveiligen.
!Opgelet
Door elektrostatische ontlading
kunnen elektronische modules
beschadigd worden.
Voor de werkzaamheden
geaarde objecten, bijv. verwar-
mings- of waterleidingen, aanra-
ken om de statische lading af te
leiden.
Veiligheidsvoorschriften
Veiligheidsinstructies
5782 373 NL
3
Reparatiewerkzaamheden
!Opgelet
De reparatie van onderdelen met
een veiligheidstechnische functie
brengt de veilige werking van de
installatie in gevaar.
Defecte onderdelen moeten door
originele onderdelen van
Viessmann worden vervangen.
Extra componenten, reserveonderde-
len en slijtende onderdelen
!Opgelet
Reserveonderdelen en slijtende
onderdelen die niet met de instal-
latie zijn getest, kunnen de wer-
king nadelig beïnvloeden. De
montage van componenten die
niet zijn toegestaan evenals de
wijziging en ombouw zonder toe-
stemming kan de veilige werking
nadelig beïnvloeden en de
garantie beperken.
Bij vervanging uitsluitend origi-
nele onderdelen van Viessmann
of door Viessmann goedge-
keurde onderdelen gebruiken.
Veiligheidsvoorschriften
Veiligheidsinstructies (vervolg)
5782 373 NL
4
Montagehandleiding
Montagehandleiding
Gebruik conform het doel van de installatie......................................................... 6
Productinformatie................................................................................................. 6
Kenmerken in de installatievoorbeelden.............................................................. 7
Primair circuit brine/water..................................................................................... 8
Primair circuit water/water.................................................................................... 10
Primair circuit brine/water, 2-traps........................................................................ 13
Primair circuit water/water, 2-traps....................................................................... 18
Integratie 2-traps warmtepomp............................................................................ 26
Integratie warmtepompcascade........................................................................... 28
Eisen aan aansluitingen door de installateur....................................................... 33
Eisen voor de opstelling....................................................................................... 35
Montageverloop
Warmtepomp plaatsen......................................................................................... 38
Hydraulisch aansluiten......................................................................................... 41
Elektrisch aansluiten............................................................................................ 43
Netaansluiting....................................................................................................... 71
Aansluiting op klemmen X3.8/X3.9 maken........................................................... 80
Warmtepomp sluiten............................................................................................ 81
Doorvoertules controleren.................................................................................... 82
Servicehandleiding
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud
Stappen - eerste inbedrijfstelling, inspectie en onderhoud.................................. 84
Aanvullende info over de stappen........................................................................ 85
Storingen oplossen
Reparatie.............................................................................................................. 99
Onderdelenlijsten type BW 301.A
Onderdelenlijsten typeBW 301.A......................................................................... 107
Overzicht van de modules.................................................................................... 108
Behuizing.............................................................................................................. 109
Elektrische uitrusting............................................................................................ 110
Warmtepompmodule............................................................................................ 112
Basisframe........................................................................................................... 114
Overige................................................................................................................. 116
Onderdelenlijsten type BWS 301.A
Onderdelenlijsten typeBWS 301.A....................................................................... 117
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
5782 373 NL
5
Overzicht van de modules.................................................................................... 118
Behuizing.............................................................................................................. 119
Elektrische uitrusting............................................................................................ 120
Warmtepompmodule............................................................................................ 123
Basisframe........................................................................................................... 125
Overige................................................................................................................. 127
Protocollen.......................................................................................................... 128
Technische gegevens
Brine/water-warmtepompen................................................................................. 136
Water/water-warmtepompen................................................................................ 138
Bijlage
Opdracht tot eerste inbedrijfstelling van de warmtepomp.................................... 141
Verklaringen
Conformiteitsverklaring......................................................................................... 142
Index.................................................................................................................... 143
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave (vervolg)
5782 373 NL
6
Het toestel mag volgens de regelgeving
enkel geïnstalleerd en gebruikt worden
in gesloten verwarmingssystemen con-
form EN 12828, rekening houdend met
de bijbehorende montage-, service- en
gebruiksaanwijzingen.
Afhankelijk van de uitvoering kan het
toestel uitsluitend voor de volgende
doeleinden worden gebruikt:
■ Kamerverwarming
■ Kamerkoeling
■ Tapwateropwarming
Met bijkomende componenten en toebe-
horen kan de functieomvang uitgebreid
worden.
Gebruik van het toestel volgens de regel-
geving impliceert dat een stationaire
installatie in combinatie met installatie-
specifiek toegelaten componenten werd
uitgevoerd.
Het gebruik in bedrijven of industrie voor
een ander doel als voor de verwarming/
koeling van gebouwen of van tapwater
geldt als niet volgens de voorschriften.
De fabrikant kan ander gebruik eventu-
eel vrijgeven.
Verkeerd gebruik van het toestel resp.
ondeskundige bediening (bijv. wanneer
de gebruiker het toestel opent) is verbo-
den en leidt tot aansprakelijkheidsuitslui-
ting. Van verkeerd gebruik is sprake
wanneer de functie volgens de regelge-
ving van componenten in het verwar-
mingssysteem wordt gewijzigd.
Opmerking
Het toestel is uitsluitend bedoeld voor
huishoudelijk gebruik, d.w.z. dat ook niet
geïnstrueerde personen het apparaat
veilig kunnen bedienen.
Productinformatie
Type BW 301.A
Brine/water-warmtepomp met warm-
tepompregeling Vitotronic 200 voor
ruimteverwarming/ruimtekoeling en
tapwaterverwarming.
Vermogensuitbreiding met warmte-
pomp van 2e trap mogelijk
(Vitocal 300-G, type BWS 301.A21 tot
A45 of Vitocal 350-G,
type BWS 351.A18).
Met ombouwset (toebehoren) als
water/water-warmtepomp bruikbaar.
Montagehandleiding
Gebruik conform het doel van de installatie
5782 373 NL
7
Type BWS 301.A (warmtepomp 2e trap)
Brine/water-warmtepomp zonder
eigen warmtepompenregeling.
Voor de vermogensuitbreiding van
Vitocal 300-G, type BWS 301.A21 tot
A45 of Vitocal 350-G,
type BWS 351.A18.
Aansturing door warmtepompenrege-
ling van de warmtepomp 1e trap.
Kenmerken in de installatievoorbeelden
--230 V-- -KM-BUS-
--F6--
--F0--
--F8--
--F14--
--212.3--
--211.2--
--211.4--
-2/X3.8;3.9-
2
2
[H
F
[YF
F
--2/F14--
--2/211.2--
-2/145-
A1
--2/X3.8;3.9--
oR
iE
oE oP
oQ
oW
oE
--2/F14--
oEoE
Montagehandleiding
Productinformatie (vervolg)
5782 373 NL
Montage
8
Hydraulisch installatieschema
22
27
1
20
21
--2/X3.8;3.9--
2
--KM-BUS--
--X3.8;3.9--
--211.1--
--230 V--
P1
P1
--2/211.1--
-----
15
P
Benodigde toestellen
Pos. Omschrijving
1Warmtepomp
2Warmtepompregeling
qT Primaire pomp
wP Accessoirepakket voor grondmedium
wQ Drukbewaker primaire circuit
wW Grondverdeler voor aardsonden/-collectoren
wU Aardsonden/-collectoren
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water
5782 373 NL
9
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
X1.
X3.8
X3.9
230 V / 50 Hz
230 V; 0,15 A 21
2
X1.
X2.N
UP 15
200 W
211.1
M
1~
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water (vervolg)
5782 373 NL
Montage
10
Hydraulisch installatieschema
19
24
26
28 1
22
20
2
--KM-BUS--
--X3.8;3.9--
--211.1--
--230 V--
--2/X3.8;3.9--
--2/211.1--
27
---------
P1
P1
--2/X3.3;3.4--
23
--X3.3;3.4--
21
--2/X3.8;3.9--
--2/211.1--
15
-----
P
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
1Warmtepomp
2Warmtepompregeling
qT Primaire pomp
qO Vorstbeveiligingsthermostaat primair circuit
wP Brine-accessoirepakket
wQ Pressostaat primair circuit
Montagehandleiding
Primair circuit water/water
5782 373 NL
11
Pos. Omschrijving
wW Scheidingswarmtewisselaar primair circuit
wE Stromingsbewaker broncircuit (bij aansluiting brug verwijderen)
wR Vuilvanger
wZ Bronpomp (zuigpomp voor grondwater, via relais met zekering door in-
stallateur laten aansluiten)
230 V-aansluiting: Zie pagina 11
400 V-aansluiting: Zie pagina 12
wU Zuigbronnen
wI Absorberende bronnen
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
Met aansluiting bronpomp 230 V~
X1.
X2.N
UP
UP
26
2
N
L
15
200 W
26
N
L1
X1.
X3.4
X3.3
X1.
X3.8
X3.9
230 V / 50 Hz
230 V; 2 mA 23
230 V; 0,15 A 21
230 V; 0,15 A 19
K1
211.1
M
1~
M
1~
Montagehandleiding
Primair circuit water/water (vervolg)
5782 373 NL
Montage
12
Door installateur te realiseren aansluiting bronpomp 400 V~
X1.
X2.N
UP
UP
M
3~ 26
2
N
L
15
200 W
26
L1
230 V / 50 Hz
K1
211.1
L2 L3
M
1~
Montagehandleiding
Primair circuit water/water (vervolg)
5782 373 NL
13
Met twee primaire pompen
Hydraulisch installatieschema
22
27
9
20
21
--2/X3.8;3.9--
1
2
--KM-bus--
--X3.8;3.9--
--230 V--
P1
P1
P1
P1
--F2--
16
--2/224.2-- --2/211.1--
--F3--
17
--F2--
--211.1-- --F3--
--224.2--
25 15
P
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water, 2-traps
5782 373 NL
Montage
14
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
1Warmtepomp 1e trap
2Warmtepompregeling
9Warmtepomp 2e trap
qT Primaire pomp warmtepomp 1e trap
qZ Aanvoertemperatuursensor primair circuit
qU Retourtemperatuursensor primair circuit
wP Brine-accessoirepakket
wQ Pressostaat primair circuit
wW Brineverdeler aardsonden/-collectoren
wT Primaire pomp warmtepomp 2e trap
wU Aardsonden/-collectoren
Opmerking
Aanvoer- en retourtemperatuursensor
primaire circuit met meegeleverde dom-
pelhulsset controleren.
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
15
X1.
X2.N
UP
2
15
200 W
X1.
X3.8
X3.9
230 V / 50 Hz
230 V; 0,15 A 21
211.1
X1.
X2.N
UP 25
200 W
224.2
F2
Laagspanning
16
PT500
F3
17
12
PT500
13
M
1~
M
1~
Met een gemeenschappelijke primaire pomp
Opmerking
Indien de warmtepompen 1e en 2e trap
met verschillende nominale verwar-
mingsvermogens worden geïnstalleerd,
moeten omwille van de verschillende
volumestromen twee primaire pompen
worden gebruikt (zie pagina 13).
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
Montage
16
Hydraulisch installatieschema
22
27
9
20
21
--2/X3.8;3.9--
1
2
--KM-bus--
--X3.8;3.9--
--230 V--
P1
P1
P1
P1
--F2--
16
--2/211.1--
--F3--
17
--F2--
--211.1-- --F3--
15
P
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
1Warmtepomp 1e trap
2Warmtepompregeling
9Warmtepomp 2e trap
qT Gemeenschappelijke primaire pomp
qZ Aanvoertemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
17
Pos. Omschrijving
qU Retourtemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
wP Brine-accessoirepakket
wQ Pressostaat primair circuit
wW Brineverdeler aardsonden/-collectoren
wU Aardsonden/-collectoren
Opmerking
Aanvoer- en retourtemperatuursensor
primaire circuit met meegeleverde dom-
pelhulsset controleren.
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
2
X1.
X3.8
X3.9
230 V / 50 Hz
230 V; 0,15 A 21
211.1
X1.
X2.N
UP 15
200 W
224.2
F2
Laagspanning
16
PT500
F3
17
12
PT500
13
M
1~
Montagehandleiding
Primair circuit brine/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
Montage
18
Met twee primaire pompen
Hydraulisch installatieschema
19
24
26 28
22
20
--2/X3.8;3.9--
--2/211.1;224.2--
27
---------
P1
P1
--2/X3.3;3.4--
23
21
--2/X3.8;3.9--
9 1
2
--KM-bus--
--X3.8;3.9--
--230 V--
P1
P1
P1
P1
--F2--
16
--2/224.2-- --2/211.1--
--F3--
17
--F2--
--211.1-- --F3--
--224.2--
25 15
--X3.3:3.4--
P
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps
5782 373 NL
19
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
1Warmtepomp 1e trap
2Warmtepompregeling
9Warmtepomp 2e trap
qT Primaire pomp warmtepomp 1e trap
qZ Aanvoertemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
qU Retourtemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
qO Vorstbeveiligingsthermostaat primair circuit
wP Brine-accessoirepakket
wQ Pressostaat primair circuit
wW Warmtewisselaar primair circuit
wE Stromingsbewaker broncircuit (voor aansluiting brug verwijderen)
wR Vuilvanger
wT Primaire pomp warmtepomp 2e trap
wZ Bronpomp (zuigpomp voor grondwater, via relais met zekering door in-
stallateur laten aansluiten)
230 V-aansluiting: Zie pagina 20
400 V-aansluiting: Zie pagina's 21, 25
wU Zuigbronnen
wI Absorberende bronnen
Opmerking
Aanvoer- en retourtemperatuursensor
primaire circuit met meegeleverde dom-
pelhulsset controleren.
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
Montage
20
Door installateur te realiseren aansluiting bronpomp 230 V~
2
230 V / 50 Hz
211.1
X1.
X2.N
UP 25
200 W
224.2
X1.
X2.N
UP 15
200 W
UP
M
1~ 26
N
L1
K3
X3.1
K2K1
X2.N
M
1~
M
1~
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
21
Door installateur te realiseren aansluiting bronpomp 400 V~
2
230 V / 50 Hz
211.1
X1.
X2.N
UP 25
200 W
224.2
X1.
X2.N
UP 15
200 W
X3.1
K2K1
X2.N
UP
M
3~ 26
L1
K1
L2 L3
M
1~
M
1~
Aansluiting van de sensoren en bewakers
2
230 V / 50 Hz
F2
Laagspanning
16
PT500
F3
17
12
PT500
13
X1.
X3.4
X3.3
X1.
X3.9
X3.8
230 V; 2 mA 23
230 V; 0,15 A 21
230 V; 0,15 A 19
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
Montage
22
Met een gemeenschappelijke primaire pomp
Opmerking
Indien de warmtepompen 1e en 2e trap
met verschillende nominale verwar-
mingsvermogens worden geïnstalleerd,
moeten omwille van de verschillende
volumestromen twee primaire pompen
worden gebruikt (zie pagina 18).
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
23
Hydraulisch installatieschema
19
24
26 28
22
20
--2/X3.8;3.9--
--2/211.1;224.2--
27
---------
P1
P1
--2/X3.3;3.4--
23
21
--2/X3.8;3.9--
9 1
2
--KM-bus--
--X3.8;3.9--
--230 V--
P1
P1
P1
P1
--F2--
16
--F3--
17
--F2--
--211.1-- --F3--
--2/211.1--
15
--224.2--
P
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
1Warmtepomp 1e trap
2Warmtepompregeling
9Warmtepomp 2e trap
qT Gemeenschappelijke primaire pomp
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
Montage
24
Pos. Omschrijving
qZ Aanvoertemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
qU Retourtemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
qO Vorstbeveiligingsthermostaat primair circuit
wP Brine-accessoirepakket
wQ Pressostaat primair circuit
wW Warmtewisselaar primair circuit
wE Stromingsbewaker broncircuit (voor aansluiting brug verwijderen)
wR Vuilvanger
wZ Bronpomp (zuigpomp voor grondwater, via relais met zekering door in-
stallateur laten aansluiten)
230 V-aansluiting: Zie pagina 20
400 V-aansluiting: Zie pagina's 21, 25
wU Zuigbronnen
wI Absorberende bronnen
Opmerking
Aanvoer- en retourtemperatuursensor
primaire circuit met meegeleverde dom-
pelhulsset controleren.
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
25
Door installateur te realiseren aansluiting bronpomp 400 V~
2
230 V / 50 Hz
211.1
X1.
X2.N
UP
M
1~
200 W
224.2
L1 L2 L3
X2.N UP
M
3~ 26
Aansluiting van de sensoren en bewakers
2
230 V / 50 Hz
F2
Laagspanning
16
PT500
F3
17
12
PT500
13
X1.
X3.4
X3.3
X1.
X3.9
X3.8
230 V; 2 mA 23
230 V; 0,15 A 21
230 V; 0,15 A 19
Montagehandleiding
Primair circuit water/water, 2-traps (vervolg)
5782 373 NL
Montage
26
Opmerking
Een tweetraps warmtepomp bestaat
uit de warmtepomp 1e trap en de
warmtepomp 2e trap.
Retour warmwaterboiler alleen aan de
warmtepomp 1e trap aansluiten.
Het deelschema kan via de geken-
merkte interfaces in de CV-installatie
worden geïntegreerd.
Montagehandleiding
Integratie 2-traps warmtepomp
5782 373 NL
27
Hydraulisch installatieschema
9 1
2
--X3.8;3.9--
--2/F2--
16
--
--F2--
--211.1--
--F3--
--211.2--
25 15
--2/F3--
17
3
--145--
8
--145--
--145--
--2/F0--
P1
P1
--2/224.2--
--
--2/211.1--
12
13
W
H
C
P
10 6
11 5
--2/224.3-- --2/211.2--
------
--2/224.5--
------
--2/211.4--
--F0--
--211.4--
--224.3--
--224.2--
--KM-BUS--
--230 V--
--224.5--
Montagehandleiding
Integratie 2-traps warmtepomp (vervolg)
5782 373 NL
Montage
28
CInterface naar CV-/koelcircuit of
afzonderlijk koelcircuit
HInterface naar de CV-circuits of naar
de CV-waterbuffer
PInterface naar het primaire circuit
WInterface naar de warmwaterboiler
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
Verwarming
1Warmtepomp 1e trap
2Warmtepompregeling
3Buitentemperatuursensor
5Circulatiepomp voor boileropwarming (aan verwarmingswaterzijde) warm-
tepomp 1e trap
6Secundaire pomp warmtepomp 1e trap
9Warmtepomp 2e trap
qP Secundaire pomp warmtepomp 2e trap
qQ Circulatiepomp voor boileropwarming (aan verwarmingswaterzijde) warm-
tepomp 2e trap
qW Kleinverdeler met veiligheidsgroep
qE Expansievat
qT Primaire pomp warmtepomp 1e trap
qZ Aanvoertemperatuursensor primair circuit
qU Retourtemperatuursensor primair circuit
wT Primaire pomp warmtepomp 2e trap
Integratie warmtepompcascade
Integratie van een warmtepompcascade in de installatievoor-
beelden
Een warmtepompcascade bestaat uit
een hoofdwarmtepomp en volgwarmte-
pompen.
Elke volgende warmtepomp heeft een
warmtepompregeling. Hoofdwarmte-
pomp en volgwarmtepompen kunnen
beiden 2-traps zijn.
De hoofdwarmtepomp stuurt de werking
van de warmtepompen binnen de cas-
cade.
Maximaal drie volgende warmtepom-
pen bij aansluiting via KM-bus in com-
binatie met de externe uitbreiding H1.
Tot max. 4 volgende warmtepompen
bij aansluiting via LON.
Montagehandleiding
Integratie 2-traps warmtepomp (vervolg)
5782 373 NL
29
In de warmtepompregelingen moeten
de volgende communicatiemodules
(accessoires) zijn ingebouwd:
Communicatiemodule LON voor
cascaderegeling in de hoofdwarm-
tepomp
Communicatiemodule LON in vol-
gende warmtepompen
Het deelschema kan via de geken-
merkte interfaces in de CV-installatie
worden geïntegreerd.
Aansluitschema's
Cascade via externe uitbreiding H1:
Zie pagina 68 en servicehandlei-
ding”Warmtepomprege-
lingVitotronic 200”)
Cascade via LON:
Zie servicehandleiding ”warmtepomp-
regeling Vitotronic 200”.
Montagehandleiding
Integratie warmtepompcascade (vervolg)
5782 373 NL
Montage
30
Hydraulisch installatieschema in het voorbeeld: Warmtepompcascade met
tweetraps warmtepomp
2
9 1
IV
W
P
H
C
qP
qQ
6
5
wT qT
qU
qZ
2
9 1
qP
qQ
6
5
wT qT
qU
qZ
2
9 1
qP
qQ
6
5
wT qT
qU
qZ
2
9 1
3
qP
qQ
6
5
wT qT
qU
qZ
III II I
Montagehandleiding
Integratie warmtepompcascade (vervolg)
5782 373 NL
31
CInterface naar CV-/koelcircuit of
afzonderlijk koelcircuit
HInterface naar de CV-circuits of
naar de CV-waterbuffer
PInterface naar het primaire cir-
cuit
WInterface naar warmwaterboiler
I Hoofdwarmtepomp (2-traps)
van de warmtepompcascade
II tot IV Volgwarmtepompen 1 tot 3,
steeds 2-traps
Benodigde apparaten
Pos. Omschrijving
Verwarming
1Warmtepomp 1e trap
2Warmtepompregeling
3Buitentemperatuursensor
5Circulatiepomp voor boileropwarming (aan verwarmingswaterzijde) warm-
tepomp 1e trap
6Secundaire pomp warmtepomp 1e trap
9Warmtepomp 2e trap
qP Secundaire pomp warmtepomp 2e trap
qQ Circulatiepomp voor boileropwarming (aan verwarmingswaterzijde) warm-
tepomp 2e trap (optioneel)
qT Primaire pomp warmtepomp 1e trap
qZ Aanvoertemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
qU Retourtemperatuursensor primaire circuit (montage zie pagina 66)
wT Primaire pomp warmtepomp 2e trap
Elektrisch installatieschema
Overzicht van de elektrische aansluitin-
gen en verdere gegevens over de print-
platen, zie vanaf pagina 48 en servi-
cehandleiding ”warmtepompregeling
Vitotronic 200”.
Montagehandleiding
Integratie warmtepompcascade (vervolg)
5782 373 NL
Montage
32
X1.
X2.N
UP
2
11
130 W
230 V / 50 Hz
211.4
X1.
X2.N
UP 6
130 W
X1.
X2.N
UP 5
130 W
X1.
X2.N
UP 15
200 W
X1.
X2.N
UP 10
130 W
224.3
X1.
X2.N
UP 25
200 W
224.2
224.5
211.2
211.1
F2
16
Pt500
F3
17
12
Pt500
13
F0
3
Ni500
ATS
Laagspanning
M
1~
M
1~
M
1~
M
1~
M
1~
M
1~
Montagehandleiding
Integratie warmtepompcascade (vervolg)
5782 373 NL
33
Eentraps (type BW 301.A)
86
100
270
540
780
171
301
88
1074
230
400 V
230 V < 42 V
1162
Montagehandleiding
Eisen aan aansluitingen door de installateur
5782 373 NL
Montage
34
Tweetraps (type BW 301.A + BWS 301.A)
Hydraulische aansluitingen ter plaatse
spanningsvrij uitvoeren.
Hydraulische verbindingen tussen de
beide warmtepompen
(type BW/BWS 301.A) door installa-
teur uit te voeren.
Alle benodigde componenten (met
conform voorziene platenwarmtewis-
selaar) voor het koelcircuit moeten
door de installateur worden aange-
legd.
Montagehandleiding
Eisen aan aansluitingen door de installateur (vervolg)
5782 373 NL
35
Leidinglengtes in de warmtepomp minus wandafstand:
Type BW 301.A BWS 301.A
Netaansluiting warmte-
pompregeling (230 V~)
1,0 m Stroom wordt aangevoerd
via verbindingsleiding
Netaansluiting compressor
(400 V~)
1,0 m 1,0 m
Verdere aansluitleidingen 1,5 m Verbindingskabel
Aanbevolen netaansluitkabels:
Type Warmtepompre-
geling (230 V~)
Compressor (400 V~)
Maximale kabel-
lengte
BW 301.A21 3 x 1,5 mm24 x 2,5 mm250 m
BWS 301.A21 4 x 2,5 mm250 m
BW 301.A29 3 x 1,5 mm24 x 4,0 mm250 m
BWS 301.A29 4 x 4,0 mm250 m
BW 301.A45 3 x 1,5 mm24 x 6,0 mm240 m
BWS 301.A45 4 x 6,0 mm240 m
Opmerking
Een verwarmingswater-doorstroomtoe-
stel (door installateur te voorzien) kan
alleen buiten de warmtepomp worden
gemonteerd. De aanvoertemperatuur-
sensor installatie moet in de stromings-
richting achter het verwarmingswater-
doorstroomtoestel worden gemonteerd.
Eisen voor de opstelling
Voor het naar binnen brengen kan de
warmtepompmodule worden gedemon-
teerd (zie pagina 104).
!Opgelet
Schade aan het toestel tijdens
het transport vermijden.
Bovenzijde toestel, front en zij-
wanden niet belasten.
!Opgelet
Sterke helling van de compressor
in de warmtepomp leidt tot
schade aan het toestel doordat
smeermiddel in het koelcircuit
kan terechtkomen.
Kantelhoek max. 45°.
Montagehandleiding
Eisen aan aansluitingen door de installateur (vervolg)
5782 373 NL
Montage
36
Eisen aan de opstellingsruimte
!Opgelet
De opstellingsruimte moet droog
en vorstvrij zijn.
Omgevingstemperaturen van 0
tot 35 °C garanderen.
!Opgelet
Explosiegevaar door stof, gas-
sen, dampen
in de stookruimte voorkomen.
!Opgelet
Respecteer de toegestane vloer-
belasting.
Totaal gewicht
BW 301.A21 245 kg
BWS 301.A21 240 kg
BW 301.A29 272 kg
BWS 301.A29 267 kg
BW 301.A45 298 kg
BWS 301.A45 293 kg
Plaats het toestel niet op houten vloe-
ren (bijv. op zolder) om contactgeluid
te voorkomen.
Toestel horizontaal uitlijnen.
Indien bodemoneffenheden met stel-
poten worden gecompenseerd (maxi-
maal 10 mm), moet de drukbelasting
op de stelpoten gelijkmatig verdeeld
zijn.
Vereist grondvlak en vereist minimaal
ruimtevolume (volgens EN 378) aan-
houden.
Type Grondoppervlak Minimumruimtevolume
BW 301.A21
BWS 301.A21
5 m211 m3
BW 301.A29
BWS 301.A29
7 m214 m3
BW 301.A45
BWS 301.A45
9 m217,5 m3
Benodigde minimumafstanden res-
pecteren:
Montagehandleiding
Eisen voor de opstelling (vervolg)
5782 373 NL
37
Eentraps (type BW 301.A)
400 400
1500
A
AAfstand afhankelijk van installatie
door installateur en inbouwsituatie
Tweetraps (type BW 301.A + BWS 301.A)
400
1500
A
= 300
400
AAfstand afhankelijk van installatie
door installateur en inbouwsituatie
Montagehandleiding
Eisen voor de opstelling (vervolg)
5782 373 NL
Montage
38
Warmtepomp uitlijnen
4x
Warmtepomp volgens de gegevens op
pagina 35 positioneren en horizontaal
uitlijnen.
Montageverloop
Warmtepomp plaatsen
5782 373 NL
39
Transportbeveiliging verwijderen
!Opgelet
Niet verwijderde transportbeveili-
gingen leiden tot trillingen en
sterke geluidsontwikkeling.
Transportbeveiliging verwijderen
en met onderste schroeven aan
de basisdrager bevestigen (zie
stap 4.).
3.
2.
1.
4x
4x
4.
4x
Montageverloop
Warmtepomp plaatsen (vervolg)
5782 373 NL
Montage
40
Bovenplaat demonteren
1.
Montageverloop
Warmtepomp plaatsen (vervolg)
5782 373 NL
41
Overzicht van de aansluitingen
< 42 V
230 V
400 V
Primair circuit aansluiten
!Opgelet
De gebruikte onderdelen moeten
bestand zijn tegen het warmte-
dragende medium.
Geen verzinkte leidingen gebrui-
ken.
1. Primair circuit membraanexpansie-
vat en veiligheidsklep voorzien (vol-
gens DIN 4757).
Opmerking
Het expansievat moet volgens
DIN 4807 toegelaten zijn. De mem-
branen van het expansievat en de
veiligheidsklep moeten geschikt
zijn voor het warmtedragende
medium.
Afvoer- en afblaasleidingen moe-
ten in een vat uitmonden dat het
maximaal mogelijke expansievo-
lume van het warmtedragende
medium kan opnemen.
Montageverloop
Hydraulisch aansluiten
5782 373 NL
Montage
42
2. Alle leidingdoorvoeringen door wan-
den isoleren tegen warmte en
geluid.
3. Primaire leidingen op de warmte-
pomp aansluiten.
!Opgelet
Om schade aan het toestel te
voorkomen,
door installateur voorziene
primaire leidingen last- en
momentvrij aan warmtepomp
aansluiten.
!Opgelet
Hydraulische verbindingen
aan primaire zijde dicht aan-
brengen.
Bij de slangdoorvoeringen op
de juiste plaats van de door-
voertules letten (evt. met
afdichtband afdichten, zie
pagina 82).
4. Leidingen in het gebouw warmte- en
dampdiffusiedicht isoleren.
5. Primair circuit met warmtedragend
medium van Viessmann vullen en
ontluchten.
Secundair circuit aansluiten
1. Secundaire circuit door installateur
van expansievat en veiligheidsgroep
te voorzien (volgens DIN 4757).
Veiligheidsgroep aan de door de
installateur te voorziene leiding in de
CV-waterretour monteren.
2. Secundaire leidingen aan de warm-
tepomp aansluiten (7 ≥ 42 mm).
!Opgelet
Om schade aan het toestel te
voorkomen,
door installateur voorziene
secundaire leidingen last- en
momentvrij aan warmtepomp
aansluiten.
Montageverloop
Hydraulisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
43
!Opgelet
Hydraulische verbindingen
aan secundaire zijde dicht
aanbrengen.
Bij de slangdoorvoeringen op
de juiste plaats van de door-
voertules letten (evt. met
afdichtband afdichten, zie
pagina 82).
3. Secundair circuit vullen en ontluch-
ten.
4. Leidingen binnen het gebouw isole-
ren.
Opmerking
In vloerverwarmingscircuits moet door
de installateur een thermostaat als
maximumtemperatuurbegrenzing
voor de vloerverwarming worden inge-
bouwd.
Minimumdebiet garanderen, bijvoor-
beeld met overstortklep (zie ”techni-
sche gegevens” pagina 136).
Elektrisch aansluiten
Bedieningseenheid monteren
2x
3.
2.
1.
Montageverloop
Hydraulisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
44
6x
[XÖ
X
7.
8.
4.
6.
9.
11.
10.
5.
Elektrische kabels naar de aansluitruimte leggen
Gevaar
Beschadigde kabelisolatie kan
tot letsel en schade aan het toe-
stel leiden.
Kabels zo leggen dat ze niet
tegen sterk warmtegeleidende,
vibrerende of scherpe onderde-
len liggen.
Gevaar
Ondeskundig uitgevoerde bedra-
dingen kunnen tot gevaarlijk let-
sel door elektrische stroom en tot
schade aan het toestel leiden.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
45
■ Laagspanningsleidingen
< 42 V en leidingen > 42 V/
230 V~/400 V~ gescheiden
van elkaar leggen.
Kabels pas voor de aansluit-
klemmen zo kort mogelijk
afstrippen en dicht tegen de bij-
behorende klemmen bunde-
len.
Kabels vastzetten met kabel-
binders.
Dat garandeert dat bij een sto-
ring, bijv. bij het losraken van een
draad, de aders niet tegen de
ernaast liggende spanningsvoe-
rende delen komen.
Om elektrische aansluitkabels (door
installateur) te leggen, de positie van de
leidingdoorvoering in het toestel aan de
achterkant in acht nemen (zie
pagina 33).
400 V
230 V
<42 V
1. Laagspanningsleidingen door ope-
ning ”< 42 V” naar het aansluitbereik
warmtepompregeling leiden.
2. 230 V-leidingen door ope-
ning ”230 V” naar het aansluitbereik
warmtepompregeling leiden.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
46
Opmerking
Laagspanningsleidingen en 230 V-
leidingen zo ver mogelijk van elkaar
verwijderd leggen.
3. Netaansluitkabel voor compressor
door opening ”400 V” naar het aan-
sluitbereik leiden. Netaansluiting, zie
vanaf pagina 71.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
47
Warmtepomp 1e trap en 2e trap elektrisch verbinden
B
C
230 V~
230 V~
BC
BC2.
4.
A
D
aVG
aJB
1.
< 42 V
< 42 V
[C-Ö
X
aBH
5.
BC
3.
aVG
[H
XaVG
[G
X
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
48
AAansluitruimte warmtepomp 2e trap
(type BWS 301.A)
BVerbindingsleidingen laagspanning
< 42 V:
Met stekkers aJB en aVG voor de
aansluitruimte warmtepomp 2e
trap (type BWS 301.A)
Met stekkers ”X6” en aVG voor de
aansluitruimte warmtepomp 1e
trap (type BW 301.A)
CVerbindingskabels 230 V~:
Met stekkers zonder kenmerk
voor de aansluitruimte warmte-
pomp 2e trap (type BWS 301.A)
Met stekkers ”X300” en aBH voor
de aansluitruimte warmtepomp
1e trap (type BW 301.A)
DAansluitruimte warmtepomp 1e trap
(type BW 301.A)
Overzicht van de elektrische aansluitingen van de warmtepomp-
regeling (type BW 301.A)
Opmerking
230 V-kabels en laagspanningskabels
gescheiden van elkaar leggen en dicht
bij de klemmen bundelen. Daarmee
wordt gegarandeerd dat in geval van
storing, bijv. bij het losraken van een
draad, verschuiven van draden naar
een aangrenzend spanningsgebied
wordt voorkomen.
De mantel van kabels voor de aan-
sluitklemmen zo kort mogelijk afstrip-
pen.
Als twee componenten op een
gemeenschappelijke klem worden
aangesloten, moeten beide aders
samen in één adereindhuls worden
geperst.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
49
Aansluitbereik warmtepompregeling
X1 X2
X3
B
sXÖ
F21/F23
F18/F20
aVG
F0/F2
F6/F7
sXD sXS sXA
sXF
sXG
fÖ sYD sYS
sYA
sYÖ
E
D
C
F11/F12
F16/F17
F13/F14
F8/F9
F3/F4
[CA
X
sYF
sYG
sYH
A
LON
ARangeerprintplaat
BF1 Zekering T 6,3 A
CUitbreidingsprintplaat op basisprint-
plaat
DBasisprintplaat
F3 Zekering T 6,3 A
Netaansluiting (door installa-
teur aangesloten)
ERegelaar- en sensorprintplaat
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
50
Basisprintplaat (Bedrijfscomponenten 230 V~)
verwarmingstoestel
Aanwijzingen bij de aansluitwaarden
Het aangegeven vermogen is het
geadviseerde aansluitvermogen.
De som van de vermogens van alle
direct op de warmtepompregeling
aangesloten componenten (bijv. pom-
pen, kleppen, meldinrichtingen, relais)
mag 1000 W niet overschrijden.
Als het totale vermogen ≤ 1000 W is,
kan het afzonderlijke vermogen van
een component (bijv. pomp, klep,
meldinrichting, relais) groter dan
opgegeven worden gekozen. Daarbij
mag het schakelvermogen van het
overeenkomstige relais niet worden
overschreden.
De aangegeven stroomwaarde geeft
de max. schakelstroom van het scha-
kelcontact aan (totale stroom van 5 A
in acht nemen).
Aansturing externe verwarmingstoe-
stel en groepsalarmmelding zijn niet
voor veiligheidslaagspanning
geschikt.
Vereiste parameters bij de inbedrijfstel-
ling instellen, zie vanaf pagina 87.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
51
Stekker sYA
Klemmen Functie Verklaring
211.1
1.
Primaire pomp (warmte-
pomp 1e trap of gemeen-
schappelijke primaire
pomp), aansturing bron-
pomp
Aansluitwaarden
Vermogen: 200 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
211.2
1.
Secundaire pomp (warmte-
pomp 1e trap)
Bij installatie zonder warmwaterbuffer
is verder geen CV-pomp nodig (zie
klem 212.2)
Thermostaat als maximumtempera-
tuurbegrenzing voor vloerverwar-
mingscircuit (indien aanwezig) in serie
aansluiten (zie volgende hoofdstuk)
Aansluitwaarden
Vermogen: 130 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
211.3
r
1.
Aansturing verwarmings-
water-doorstroomtoestel
trap 1
Aansluitwaarden
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
52
Stekker sYA
Klemmen Functie Verklaring
211.4
M
r
■ 3-weg-omschakel-
klep ”Verwarmen/tapwa-
teropwarming”
Circulatiepomp voor de
boileropwarming
Aansluitwaarden
Vermogen: 130 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
211.5
NC/AC
Aansturing koeling
NC-functie (”natural coo-
ling”)
Schakeling door installateur
Aansluitwaarden
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Stekker sYS
Klemmen Functie Verklaring
212.1
ACAC
Aansturing koeling
AC-functie (”active coo-
ling”)
Schakeling door installateur
Aansluitwaarden
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
212.2
A1
Pomp CV-circuit zonder
mengklep (A1/VC1)
Als er een warmwaterbuffer aanwezig
is, wordt deze pomp aanvullend op de
secundaire pomp aangesloten.
Thermostaat als maximumtempera-
tuurbegrenzing voor vloerverwar-
mingscircuit (indien aanwezig) in serie
aansluiten (zie volgende hoofdstuk)
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
53
Stekker sYS
Klemmen Functie Verklaring
Aansluitwaarden
Vermogen: 100 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
212.3 Tapwatercirculatiepomp Aansluitwaarden
Vermogen: 50 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
Thermostaat als maximumtemperatuurbegrenzing voor vloerverwarming aan-
sluiten
Aansluiting van een thermostaat B
algemeen
M
1~
C
B
X2.N
?
A
X1.
Aansluiting van de thermostaat,
bestelnummer 7151 728, 7151 729 B
M
1~
C
B
X2.N
?
A
X1.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
54
Aansluiting A op
de regeling
Circulatiepomp C
CV-circuit zonder mengklep A1/VC1
Zonder verwarmingswaterbuffer 211.2 Secundaire pomp
Met verwarmingswaterbuffer 212.2 CV-pomp A1/VC1
Verwarmingscircuit met mengklep
M2/VC2
225.1 CV-circuitpomp M2/
VC2
Aansluiting van de thermostaat
(bestelnummer 7151 728,
7151 729 B) op de uitbreidingset
mengklep
M
1~
C
B
A
AStekker , op uitbreidingsset ste-
ken.
BThermostaat
CCV-circuitpomp M3/VC3
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
55
Uitbreidingsprintplaat op basisprintplaat (bedrijfscomponenten 230 V~)
verwarmingstoestel
Aanwijzingen bij de aansluitwaarden
Het aangegeven vermogen is het
geadviseerde aansluitvermogen.
De som van de vermogens van alle
direct op de warmtepompregeling
aangesloten componenten (bijv. pom-
pen, kleppen, meldinrichtingen, relais)
mag 1000 W niet overschrijden.
Als het totale vermogen ≤ 1000 W is,
kan het afzonderlijke vermogen van
een component (bijv. pomp, klep,
meldinrichting, relais) groter dan
opgegeven worden gekozen. Daarbij
mag het schakelvermogen van het
overeenkomstige relais niet worden
overschreden.
De aangegeven stroomwaarde geeft
de max. schakelstroom van het scha-
kelcontact aan (totale stroom van 5 A
in acht nemen).
Aansturing externe verwarmingstoe-
stel en groepsalarmmelding zijn niet
voor veiligheidslaagspanning
geschikt.
Vereiste parameters bij de inbedrijfstel-
ling instellen, zie vanaf pagina 87.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
56
Stekker sXS
Klemmen Functie Verklaring
222.1 Aansturing mengklepmotor
voor externe verwarming
Signaal mengklep DICHT
Aansluitwaarden:
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A
222.2 Aansturing mengklepmotor
voor externe verwarming
Signaal Mengklep OPEN
Aansluitwaarden:
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
57
Stekker sXS
Klemmen Functie Verklaring
222.3
222.4
Aansturing externe verwar-
mingstoestel en per veilig-
heidstemperatuurbegren-
zer (door installateur te
voorzien, maximaal 70 °C)
voor het uit- of omschake-
len van de volgende com-
ponenten:
Kamerverwarming:
Secundaire pomp warm-
tepomp
Externe verwarming
Tapwaternaverwarming:
■ 3-weg-omschakel-
klep ”Verwarmen/tapwa-
teropwarming”
Potentiaalvrij contact
Opmerking
Schakelcontact is een potentiaalvrije
sluiter die bij warmteaanvraag wordt
gesloten.
Kleine laagspanning via het contact lei-
den, daarvoor moet door de installateur
een relais worden gemonteerd.
De keteltemperatuursensor van exter-
ne verwarmingstoestelen (stekker F20)
moet de mediumtemperatuur van de
externe verwarming vastleggen.
Aansluitwaarden (contactbelasting):
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Veiligheidstemperatuurbegrenzer aan-
sluiten:
Kamerverwarming
In serie naar secundaire pomp (klem
211.2 op basisprintplaat).
In serie voor de aansturing van externe
verwarming.
Tapwaternaverwarming
In serie naar drieweg-omschakelklep
(klem 211.4 op basisprintplaat).
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
58
Veiligheidstemperatuurbegrenzer
voor warmtepomp in combinatie met
externe verwarmingstoestel
222.3
222.4
A
X3.1
X2.N
C
B
K1
D
AKlemmen op uitbreidingsprintplaat
BBrug van 1X3.1 naar 222.3 leggen
CAansluiting op de externe verwar-
mingstoestel op klemmen voor de
externe aanvraag
DVeiligheidstemperatuurbegrenzer
(max. 70 °C) ter bescherming van
de warmtepomp
K1 Relais, dimensionering volgens de
externe verwarmingstoestel, veilig-
heidsvoorschriften respecteren
Stekker sXD
Klemmen Functie Verklaring
223.1
223.2
U
Algemene storingsmelding Spanningsloos contact:
gesloten: Fouten
Geopend: Geen fout
Niet voor veiligheidslaagspanning ge-
schikt.
Aansluitwaarden (contactbelasting):
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Opmerking
Geen parametrering nodig.
Het contact geeft een korte impuls bij
het inschakelen van de netvoeding. Im-
puls bij verwerking van de melding via
communicatietechniek respecteren.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
59
Verzamelstoringsmelding
223.1 L1
230V~, 0,5 A
N
223.2
A
AKlemmen op uitbreidingsprintplaat
Stekker sXF
Klemmen Functie Verklaring
224.2
2.
Primaire pomp warmte-
pomp 2e trap (indien aan-
wezig)
Aansluitwaarden
Vermogen: 200 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
224.3
2.
Secundaire pomp voor
warmtepomp 2e trap (in-
dien aanwezig)
Aansluitwaarden
Vermogen: 130 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
224.4
r
2.
Aansturing van een verwar-
mingswater-doorstroom-
toestel trap 2
Aansluitwaarden
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
224.5
2.
Circulatiepomp voor boile-
ropwarming (aan verwar-
mingswaterzijde) warmte-
pomp 2e trap (indien aan-
wezig)
Aansluitwaarden
Vermogen: 130 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
60
Stekker sXF
Klemmen Functie Verklaring
224.6
M
Boilerlaadpomp (tapwa-
terzijde)
■ 2-weg-afsluitklep
Boilerlaadpomp en 2-weg-afsluitklep pa-
rallel schakelen.
Aansluitwaarden
Vermogen: 130 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
224.7 Circulatiepomp voor de tap-
waternaverwarming
Aansluitwaarden
Vermogen: 100 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
Door installateur aan te sluiten.
Stekker sXG
Klemmen Functie Verklaring
225.1
M2
r
CV-pomp van het CV-cir-
cuit met mengklep M2/VC2
Thermostaat als maximumtemperatuur-
begrenzing voor vloerverwarmingscircuit
(indien aanwezig) in serie aansluiten.
Aansluitwaarden:
Vermogen: 100 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 4(2) A
225.2
M2
Aansturing van de meng-
klepmotor CV-circuit M2/
VC2
Signaal mengklep DICHT
Aansluitwaarden:
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A
225.3
M2
Aansturing van de meng-
klepmotor CV-circuit M2/
VC2
Signaal Mengklep OPEN
Aansluitwaarden:
Vermogen: 10 W
Spanning: 230 V~
Max. schakelstroom: 0,2(0,1) A
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
61
Rangeerprintplaat (meld- en veiligheidsaansluitingen)
Vereiste parameters bij de inbedrijfstel-
ling instellen, zie vanaf pagina 87.
Klemmen Functie Verklaring
F1 Zekering T 6,3 A
X1 Aardleiding X1.?Klemmen voor aardleiding van alle bijbe-
horende installatiecomponenten
X2 Neutrale leider X2.N Klemmen voor neutrale leider van alle bij-
behorende installatiecomponenten
X3 Aansluitklemmen voor
netaansluiting rege-
ling ”L1” en extra compo-
nenten
Geschakelde fase L1:
X3.1, X3.2, X3.3, X3.7,
X3.11, X3.13
Klemmen voor meld- en veiligheidsaan-
sluitingen
Opmerking
Geschakelde fase kan voor door installa-
teur aan te sluiten componenten van de
installatie worden gebruikt. Max. vermo-
gen respecteren.
X3.1 Fase geschakeld
X3.2
X3.14
of op exter-
ne uitbrei-
ding H1
Signaal ”Extern blokkeren”
(extern blokkeren van com-
pressor en pompen, meng-
kleppen in regelwerking of
DICHT)
Opmerking
Vorstbescherming van de
installatie eventueel niet
gegarandeerd.
Potentiaalvrije sluiter nodig:
Gesloten: blokkering actief
Geopend: geen blokkering
Schakelvermogen 230 V, 2 mA
Opmerking
Deze en verdere externe functies, bijv.
zwembadopwarming, cascade of ex-
terne gewenste waarden, kunnen alter-
natief via de externe uitbreiding H1
worden aangesloten.
Montagehandleiding ”Externe
uitbreiding H1”
Als een zwembadopwarming aan de
externe uitbreiding H1 is aangesloten,
kan geen verdere externe functie aan
de externe uitbreiding H1 worden aan-
gesloten.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
62
Klemmen Functie Verklaring
X3.3
X3.4
Stromingsbewaker broncir-
cuit
Potentiaalvrij contact nodig:
gesloten: warmtepomp in bedrijf
Geopend: warmtepomp uit bedrijf
Schakelvermogen 230 V, 0,15 A
Bij aangesloten stromingsbewaker mag
er geen brug aanwezig zijn.
X3.6
X3.7
G
Blokkering door energiebe-
drijf
Potentiaalvrije opener nodig:
Gesloten: geen blokkering (veiligheids-
circuit vrij)
Geopend: blokkering actief
Schakelvermogen 230 V, 0,15 A
Bij aangesloten blokkeercontact energie-
bedrijf mag er geen brug aanwezig zijn.
Opmerking
Geen parametrering nodig.
De compressor wordt ”hard” uitgescha-
keld zodra het contact opengaat.
Door het signaal van het contact ener-
giebedrijf (blokkering door energiebe-
drijf) wordt gezorgd voor uitschakeling
van de spanning van het betreffende
onderdeel (afhankelijk van het energie-
bedrijf).
Voor het verwarmingswater-door-
stroomtoestel kunnen de uit te schakel-
ende trappen worden gekozen (para-
meter ”Vermogen voor verwarm.wa-
ter-doorstroomtoestel bij blokkering
door energiebedrijf”).
De netaansluiting van de warmtepomp-
regeling (3 x 1,5 mm2) en de leiding
voor het blokkeringsignaal energiebe-
drijf kunnen in een 5-aderige leiding
worden samengebracht.
Zie voor verdere informatie over de
blokkering door het energiebedrijf
hoofdstuk ”Elektrische aansluiting”.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
63
Klemmen Functie Verklaring
X3.8
X3.9
P
Drukbewaker primair circuit
of/en vorstbeveiligingsther-
mostaat
of
Brug
Potentiaalvrij contact nodig:
Gesloten: Veiligheidscircuit vrij
Geopend: veiligheidscircuit onderbro-
ken, warmtepomp uit bedrijf
Schakelvermogen 230 V, 0,15 A
Lokale aansluiting:
Serieschakeling bij aanwezigheid bei-
de veiligheidscomponenten
Brug plaatsen bij afwezigheid veilig-
heidscomponenten
X3.10
X3.11
Storingsmelding volgende
warmtepomp van een cas-
cade
of
Brug
Potentiaalvrij contact nodig:
Gesloten: geen storing
Geopend: Fouten
Schakelvermogen 230 V, 0,15 A
Bij aangesloten meldcontact mag er geen
brug aanwezig zijn.
X3.12
X3.13
of op exter-
ne uitbrei-
ding H1
Signaal ”Externe aanvraag”
(extern inschakelen van
compressor en pompen,
mengklep in regelwerking
of OPEN, omschakelen van
de bedrijfsstatus van meer-
dere installatiecomponen-
ten)
Potentiaalvrije sluiter nodig:
Gesloten: vraag
Geopend: geen vraag
Schakelvermogen 230 V, 2 mA
Opmerking
Deze of verdere externe functies zoals
bijv. zwembadopwarming, cascade of
externe gewenste waarden kunnen al-
ternatief via de externe uitbreiding H1
worden aangesloten.
Montagehandleiding ”Externe
uitbreiding H1”
Als een zwembadopwarming aan de
externe uitbreiding H1 is aangesloten,
kan geen verdere externe functie aan
de externe uitbreiding H1 worden aan-
gesloten.
X3.17
X3.18
Zekering F1 T 6,3 A
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
64
Regelaar- en sensorprintplaat (sensoren)
Vereiste parameters bij de inbedrijfstel-
ling instellen, zie vanaf pagina 87.
Opmerking
Stekker F11: Op stekker F11 mag
door de installateur niets worden aan-
gesloten.
Aanvoertemperatuursensor voor
verwarmingscircuit met mengklep
(M3): De aanvoertemperatuursensor
voor een CV-circuit met mengklep
(M3/VC3) wordt aan de uitbreidingsset
mengklep (accessoire) aangesloten.
Stekker Sensor Type
F0 Buitentemperatuursensor, door installateur aan te slui-
ten
Ni500
(PTC)
F2
(X5.2/X5.3)
Aanvoertemperatuursensor primair circuit, bij tweetraps
warmtepomp door de installateur aan te sluiten (zie vol-
gend hoofdstuk)
Pt500
(PTC)
F3
(X5.4/X5.5)
Retourtemperatuursensor primair circuit, bij tweetraps
warmtepomp door de installateur aan te sluiten (zie vol-
gend hoofdstuk)
Pt500
(PTC)
F4
(X5.6/X5.7)
Buffertemperatuursensor boven, door installateur aan te
sluiten
Pt500
(PTC)
F6
(X6.1/X6.2)
Boilertemperatuursensor boven, door installateur aan te
sluiten
Pt500
(PTC)
F7
(X6.1/X6.3)
Boilertemperatuursensor onder, door installateur aan te
sluiten
Pt500
(PTC)
F12 Aanvoertemperatuursensor CV-circuit met meng-
klep (M2/VC2), door installateur aan te sluiten
Ni500
(PTC)
F13 Aanvoertemperatuursensor installatie (met dompelhuls,
achter verwarmingswaterbuffer), door installateur aan te
sluiten
Pt500
(PTC)
F14 Aanvoertemperatuursensor koelcircuit (direct CV-circuit
A1/VC1 of afzonderlijk koelcircuit SKK), door installateur
aan te sluiten
Ni500
(PTC)
F16 Ruimtetemperatuursensor voor apart koelcircuit (nodig)
of voor direct verwarmings-/koelcircuit (geadviseerd),
door installateur aan te sluiten
Ni500
(PTC)
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
65
Stekker Sensor Type
F17
(X6.4/X6.5)
Niets aansluiten Pt500
(PTC)
F18
(X6.6/X6.7)
Retourtemperatuursensor secundair circuit voor warmte-
pomp 2e trap (indien aanwezig), door installateur aan te
sluiten
Pt500
(PTC)
F20
(X6.8/X6.9)
Keteltemperatuursensor externe verwarmingstoestel,
door installateur aan te sluiten
Pt500
(PTC)
aVG KM-BUS
Aansluiting van de componenten door de installateur
(aders verwisselbaar). Indien meerdere van de volgende
apparaten worden aangesloten, KM-BUS-verdeler (opti-
oneel) gebruiken.
Uitbreidingsset voor een verwarmingscircuit met meng-
klep (M3/VC3)
Afstandsbediening Vitotrol 200A (verwarmingscircuit-
toewijzing aan de afstandsbediening instellen)
Externe uitbreiding H1
Communicatie-interface Vitocom 100
Zonneregelingen Vitosolic 100/200
X24 Aansluiting communicatiemodule LON (door installateur
in te steken, zie montagehandleiding communicatiemo-
dule LON)
X31 Stekkerpositie voor codeerstekker
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
66
Aansluiting aanvoer-/retourtemperatuursensor primair circuit, tweetraps
warmtepomp
<42 V
aD
aS
aS
aD
[G
X
2.
4.
3.
1.
[G
X
aS Aanvoertemperatuursensor primair
circuit
aD Retourtemperatuursensor primair
circuit
!Opgelet
Sensorkabels markeren.
Sensorkabels en gedemon-
teerde kabels (met stekker aS/
aD) met bijgevoegde kabelbin-
ders samen met de overige laag-
spanningsleidingen vastmaken.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
67
Zwembadverwarming
Opmerking
Aansturing van de zwembadverwar-
ming gebeurt via de externe uitbrei-
ding H1 met KM-BUS.
Aansluitingen op externe uitbreiding
H1 alleen volgens de volgende afbeel-
ding maken.
Op stekker alleen de circulatie-
pomp voor de zwembadverwarming
F volgens de volgende afbeelding
aansluiten. De aansluiting van een fil-
tercircuitpomp moet afzonderlijk
plaatsvinden.
Als de componenten voor de zwem-
badverwarming op de externe uitbrei-
ding H1 aangesloten zijn, kan geen
verdere bijschakeling (bijv. modus-
omschakeling) worden aangesloten.
?
L1
L2
L3
M
3~
A
C
D
E
G
1
B
aVG
1
2
3
2
3
aVD
L
N
?
aVG
L
?
N
L1
?
N
F
AAansluiting op regelaar- en sensor-
printplaat
BExterne uitbreiding H1
CTemperatuurregelaar voor zwem-
badtemperatuurregeling (span-
ningsloos contact, 230 V~, 0,1 A,
accessoires)
DAftakdoos (door installateur te ver-
zorgen)
EZekeringen en vermogensrelais
voor de circulatiepomp van de
zwembadverwarming (accessoires)
FCirculatiepomp voor de zwembad-
verwarming (accessoire)
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
68
G3-weg-omschakelklep ”zwembad”
(stroomloos: verwarming warmwa-
terbuffer)
Cascadeaansturing via KM-BUS
Aansluitingen op externe uitbreiding H1
alleen volgens de volgende afbeelding
maken.
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
69
aVG
1
2
3
sA
L
N
A
C
B
sK
?
L
N
?
230V
230V
X3.13
X3.12
D
X3.13
X3.12
H
K
X3.11
X3.10
E
223.1
L
N
?
230V
X3.13
X3.12
F
G
L
?
N
L1
?
N
N L1
L
aVG
223.2
223.1
223.2
223.1
223.2
2
1
A1e warmtepomp (hoofdwarmte-
pomp)
BKM-BUS
CExterne uitbreiding H1
DSpanningsloos contact ”Externe
vraag ”
E1e volgwarmtepomp
Aansluiting op contact voor ”externe
aanvraag ”
FSpanningsloos contact ”Externe
vraag ”
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
Montage
70
G2e volgwarmtepomp
Aansluiting op contact voor ”externe
aanvraag ”
HSpanningsloos contact ”Externe
vraag ”
K3e volgwarmtepomp
LIngang groepsalarmmelding vol-
gende warmtepomp
Open contact X3.10 / X3.11 acti-
veert melding.
Verwarmingswater-doorstroomtoestel (door installateur te voorzien)
Aansluiting
Montagehandleiding
Verwarmingswater-doorstroom-
toestel (door installateur te voor-
zien).
Aansturing en laststroomcircuit van het verwarmingswater-doorstroomtoestel
211.3
224.4
X2.N
M
L3
L2
L1
?
!
?
A
B
AVerwarmingswater-doorstroomtoe-
stel
BAansluiting aan basisprintplaat met
uitbreiding en aan rangeerprint-
plaat
211.3 1. trap
224.4 2. trap
Montageverloop
Elektrisch aansluiten (vervolg)
5782 373 NL
71
Scheidingsinrichtingen voor niet-
geaarde geleiders
De hoofdschakelaar (indien aanwe-
zig) moet gelijktijdig alle ongeaarde
geleiders met minimaal 3 mm contact-
opening van het net scheiden.
Bovendien raden wij aan een univer-
sele stroomgevoelige aardlekschake-
laar (RCD) type B te installe-
ren voor gelijkstroom(storingen), die
kunnen ontstaan door energie-effi-
ciënte bedrijfsmiddelen.
Als er geen hoofdschakelaar wordt
geplaatst, moeten alle ongeaarde
geleiders door de voorgeschakelde
aardlekschakelaar met een contact-
opening van minstens 3 mm van het
net worden gescheiden.
Gevaar
Ondeskundig uitgevoerde elektri-
sche installaties kunnen tot letsel
door elektrische stroom en
schade aan het toestel leiden.
Netaansluiting en veiligheids-
maatregelen (bijv. aardlekscha-
kelaar) moeten volgens de vol-
gende voorschriften worden uit-
gevoerd:
IEC 60364-4-41
■ VDE-voorschriften
Technische aansluitvoorwaar-
den van het plaatselijke ener-
giebedrijf
Gevaar
Ontbrekende aarding van instal-
latiecomponenten kan bij een
elektrisch defect door elektrische
stroom tot ernstige verwondingen
leiden.
Toestel en leidingen moeten met
de equipotentiaalverbinding van
het huis verbonden zijn.
Gevaar
Verkeerde aansluiting van de
aders kan tot ernstig letsel en
schade aan het toestel leiden.
Aders ”L” en ”N” niet verwisse-
len.
In overleg met het energiebedrijf kun-
nen verschillende tarieven voor de
voeding van de laststroomkringen
worden overeengekomen.
Technische aansluitvoorwaarden van
het energiebedrijf respecteren.
Als compressor en/of verwarmingswa-
ter-doorstroomtoestel op laag tarief
worden gebruikt (blokkering door
energiebedrijf), moet ofwel nog een
leiding (bijv. 3 x 1,5 mm2) voor het
schakelcontact blokkering energiebe-
drijf van de meterkast naar de regeling
worden gelegd,
of
de leiding voor het blokkeringsignaal
energiebedrijf en voor de netaanslui-
ting van de warmtepompregeling
(3 x 1,5 mm2) worden in een 5-aderige
leiding samengebracht.
Montageverloop
Netaansluiting
5782 373 NL
Montage
73
Zekering max. 16 A
Normaal tarief (geen laag tarief met
blokkering door energiebedrijf voor de
warmtepompregeling mogelijk)
Geadviseerde kabel: 3 x 1,5 mm2
(5 x 1,5 mm2 met uitschakeling door
energiebedrijf voor compressor/ver-
warmingswater-doorstroomtoestel)
Netaansluiting compressor 400 V~
L1
A
??
L2
L3
L2
L3
N
400 V, 50 Hz
3/PE
L1
Beveiliging overeenkomstig het com-
pressorvermogen (zie technische
gegevens).
Laag tarief en blokkering energiebe-
drijf toepasbaar.
Bij gebruik van laag tarief met blokke-
ring energiebedrijf geen parametre-
ring nodig. De compressor is tijdens de
blokkeertijd buiten werking.
Geadviseerde netaansluitleiding:
Type BW/BWS 301.A07:
4 x 2,5 mm2
Type BW/BWS 301.A29:
4 x 4,0 mm2
Type BW/BWS 301.A45:
4 x 6,0 mm2
Netvoeding met blokkering energiebedrijf
Blokkering energiebedrijf zonder lokale lastscheiding
Het blokkeersignaal van het energiebe-
drijf wordt direct op de warmtepompre-
geling aangesloten. Bij actieve blokke-
ring door het energiebedrijf wordt de
compressor ”kortbij” uitgeschakeld, bij
tweetraps uitvoering (type BW + BWS)
beide compressoren.
Met de parameter ”Vermogen verwar-
mingswater-doorstroomtoestel bij
blokkering door energiebedrijf 790A”
wordt ingesteld of en op welke trap een
eventueel verwarmingswater-door-
stroomtoestel tijdens de blokkering in
bedrijf blijft.
Servicehandleiding ”warmte-
pompregeling Vitotronic 200”
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
Montage
74
Opmerking
Technische aansluitvoorwaarden van
het betreffende energiebedrijf respecte-
ren.
Eentraps
X3.7
X3.6 C
B
A
H
D
F
E
5 43
3
44
3
3/N
3/N
4
G
kWhkWh
Weergave zonder zekeringen en zonder aardlekschakelaar.
AWarmtepompregeling (aansluiting
aan rangeerprintplaat)
BCV-water-doorstroomtoestel
(indien aanwezig)
CCompressor
DHoogtariefmeter
EImpulsfrequentieontvanger (contact
geopend: blokkering actief)
FZekering impulsfrequentieontvan-
ger
GVoeding: TNC-systeem
HLaagtariefmeter
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
75
2-traps (type BW + BWS)
X3.7
X3.6 C
B
A
H
D
F
E
5 43
3
44
3
3/N
3/N
4
G
kWhkWh
K
4
Getoond zonder zekeringen en zonder aardlekschakelaar.
AWarmtepompregeling (aansluiting
aan rangeerprintplaat)
BCV-water-doorstroomtoestel
(indien aanwezig)
CCompressor warmtepomp 1e trap
(type BW)
DHoogtariefmeter
EImpulsfrequentieontvanger (contact
geopend: blokkering actief)
FZekering impulsfrequentieontvan-
ger
GVoeding: TNC-systeem
HLaagtariefmeter
KCompressor warmtepomp 2e trap
(type BWS)
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
Montage
76
Blokkering energiebedrijf met lokale lastscheiding
Het blokkeringsignaal van het energie-
bedrijf wordt op het relais van de laagta-
rief-netvoeding (van installateur) in de
warmtepompregeling aangesloten. Bij
actieve blokkering door het energiebe-
drijf wordt de compressor en het verwar-
mingswater-doorstroomelement (indien
aanwezig) ”kortbij” uitgeschakeld, bij
tweetraps uitvoering (type BW + BWS)
beide compressoren en het verwar-
mingswater-doorstroomelement.
Opmerking
Technische aansluitvoorwaarden van
het betreffende energiebedrijf respecte-
ren.
Eentraps
C
B
A
F H
54
3
44
3
3/N 3/N
G
K
4
kWh kWh
3
E
D
X3.7
X3.6
Weergave zonder zekeringen en zonder aardlekschakelaar.
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
77
AWarmtepompregeling (aansluiting
aan rangeerprintplaat)
BCV-water-doorstroomtoestel
(indien aanwezig)
CCompressor
DNetaansluiting regeling
EHoofdschakelaar
FHoogtariefmeter
GImpulsfrequentieontvanger (contact
geopend: blokkering actief) met
voorzekering
HLaagtariefmeter
KVoeding: TNC-systeem
2-traps (type BW + BWS)
C
B
A
F H
54
3
44
3
3/N 3/N
K
4
kWh kWh
3
E
D
X3.7
X3.6
L
4
G
Getoond zonder zekeringen en zonder aardlekschakelaar.
AWarmtepompregeling (aansluiting
aan rangeerprintplaat)
BCV-water-doorstroomtoestel
(indien aanwezig)
CCompressor warmtepomp 1e trap
(type BW)
DNetaansluiting regeling
EHoofdschakelaar
FHoogtariefmeter
GImpulsfrequentieontvanger (contact
geopend: blokkering actief) met
voorzekering
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
Montage
78
HLaagtariefmeter
KVoeding: TNC-systeem
LCompressor warmtepomp 2e trap
(type BWS)
Fasenbewaker (indien aanwezig)
De fasenbewaker wordt voor de bewa-
king van de netvoeding van de compres-
sor gebruikt.
Als de interne tolerantiegrenzen worden
overschreden, schakelt de fasenbewa-
ker uit (schakelcontact opent).
Als de waarden weer binnen de toleran-
tiegrenzen liggen, schakelt de fasenbe-
waker het net automatisch weer vrij.
Als het relais is aangesproken, moet de
oorzaak worden verholpen. Een ont-
grendeling of terugstelling van het relais
is niet nodig.
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
79
Model 1
A
H
B
C
G
F
E
D
D
<>U
A1
Asy
Ph
Rel
A2
L1
L2
L3
14
11
12
<>U
Asy
t
2
412
%
15
10
5
%
20
10
6
0.1
AOver-/onderspanning in %
BFasenasymmetrie in %
CSchakelvertraging in s
DGebruikt contact in het veiligheids-
circuit (maakcontact)
EWerkingsindicatie (”Rel”)
FStoringsindicator fasenuitval/fase-
nvolgorde (”Ph”)
GStoringsindicator asymmetrie
(”Asy”)
HStoringsindicator over-/onderspan-
ning (”<>U”)
Verklaring van de lichtdiodes
LED ”Rel” brandt groen:
Alle spanningen en draaiveld (rechts-
draaiend) zijn in orde.
LED ”Ph” brandt rood:
Relais is geactiveerd, draaiveld is
linksdraaiend.
Alle LED's uit:
Een of meerdere fasen ontbreken.
LED ”<>U” brandt rood:
Verkeerde spanning op één/meerdere
fasen.
LED ”Asy” brandt rood:
Asymmetrie op één/meerdere fasen.
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
Montage
80
Model 2
A
B
L1
L1
L2
L3
L1
L2
L3
L1
L2
L3
L2
L3
L1 L2 L3
N 11 21
22 24
12 14
Verklaring van de lichtdiodes
ASpanning ”U”:
brandt groen als er spanning aan-
ligt.
BRelais ”R”:
brandt geel bij correcte fasenvolg-
orde.
Brandt niet bij verkeerde fasenvolg-
orde.
Aansluiting op klemmen X3.8/X3.9 maken
Na de netaansluiting moet op de klem-
men 1X3.8 en 1X3.9 één van de vol-
gende aansluitingen plaatsvinden:
drukbewaker primair circuit of/en vor-
stbeveiligingsthermostaat
of
Meegeleverde brug
Montageverloop
Netaansluiting (vervolg)
5782 373 NL
81
!Opgelet
Toestel geluiddicht en diffusie-
dicht afsluiten.
Dichtheid van de interne hydrau-
lische verbindingen controleren.
!Opgelet
Om schade door condenswater
en sterke geluidsontwikkeling te
vermijden
Behuizingdeur afsluiten.
Gevaar
Ontbrekende aarding van instal-
latiecomponenten kan bij een
elektrisch defect door elektrische
stroom tot ernstige verwondingen
leiden.
Aardleider op frontplaat, boven-
plaat en zijplaat monteren.
8.2.
1.
Montageverloop
Warmtepomp sluiten
5782 373 NL
Montage
82
10x
5.
4.
3.
Doorvoertules controleren
!Opgelet
Toestel geluiddicht en diffusie-
dicht afsluiten.
Bij de buisdoorvoeringen op de
juiste plaats van de doorvoertu-
les A letten.
Doorvoertules A eventueel met
afdichtband afdichten.
Montageverloop
Warmtepomp sluiten (vervolg)
5782 373 NL
83
A
Montageverloop
Doorvoertules controleren (vervolg)
5782 373 NL
Montage


Produkt Specifikationer

Mærke: Viessmann
Kategori: Varmepumpe
Model: Vitocal 300-G tot 45 kW

Har du brug for hjælp?

Hvis du har brug for hjælp til Viessmann Vitocal 300-G tot 45 kW stil et spørgsmål nedenfor, og andre brugere vil svare dig




Varmepumpe Viessmann Manualer

Varmepumpe Manualer

Nyeste Varmepumpe Manualer

Dimplex

Dimplex DHW 300D Manual

12 Januar 2025
Dimplex

Dimplex SIW 8TES Manual

12 Januar 2025
Dimplex

Dimplex WI 95TU Manual

11 Januar 2025
Dimplex

Dimplex LA 1728 Manual

11 Januar 2025
Dimplex

Dimplex WI 65TU Manual

11 Januar 2025
Nibe

Nibe S1256 Manual

8 Januar 2025
Calorex

Calorex C-PAC+ Manual

3 Januar 2025
Nibe

Nibe AMS 10-16 Manual

29 December 2024